Nummer: 05/208/GB
Betreft: [klager] datum: 14 maart 2005
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 14 januari 2005 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring voor psychologisch onvolwassenen (hierna jovo-h.v.b.) Nieuw Vosseveld te Vught ongegrondverklaard.
2. De feiten
2.1. Klager is sedert 27 oktober 2004 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. Haarlem. Op 27 december 2004 is hij overgeplaatst naar het jovo-h.v.b. Nieuw Vosseveld.
3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager woont in Amsterdam. Zijn ouders kunnen niet zo ver reizen. Klagers vader is ziek en heeft hartproblemen. Om die reden ontvangt klager geen bezoek in Vught. Klager prefereert overplaatsing naar Amsterdam of omgeving, opdat hijbezoek kan ontvangen. Er zijn ook jovo-h.v.b.’s in Almere of in Nieuwegein.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is geselecteerd voor het jovo-h.v.b. Nieuw Vosseveld op grond van een door de inrichting ingevulde jovo-indicatiestelling, waarbij klager scoorde op opleiding en leeftijd. Bij de beslissing diende ernstig rekening te wordengehouden met een optimale capaciteitsbenutting van de beschikbare celcapaciteit. Ten tijde van zijn selectie was er dreigende leegstand in het jovo-h.v.b. Nieuw Vosseveld, terwijl andere jovo-inrichtingen zoals Zwaag, Almere,Nieuwegein en Zutphen op dat moment een lange wachtlijst hadden. Amsterdam-Vught is per openbaar vervoer goed te bereizen. Klager kon niet teruggeplaatst worden naar Haarlem, omdat Haarlem geen jovo-h.v.b. heeft. Klager geeft inzijn beroepschrift aan dat zijn ouders niet zo ver kunnen reizen, omdat zijn vader hartproblemen heeft. Klager heeft dit niet onderbouwd door middel van een medische verklaring. Het staat klager vrij om een verzoek tot overplaatsingte doen om meer in de buurt van Amsterdam geplaatst te worden.
4. De beoordeling
4.1. Het jovo-h.v.b. Nieuw Vosseveld te Vught is aangewezen als een h.v.b. voor
mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau alsmede een inrichting voor bijzondere opvang als bedoeld in artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing gedetineerden.
4.2. De beroepscommissie stelt vast dat het beroep van klager niet zozeer is gericht
tegen zijn jovo-indicatie, maar tegen de locatie waar hij dient te verblijven. In dit
verband overweegt de beroepscommissie als volgt. Klager prefereerde in verband met zijn bezoek plaatsing in een jovo-h.v.b. in de omgeving van Amsterdam, Almere of Nieuwegein. De wachtlijsten voor andere jovo-inrichtingen warenechter lang, terwijl klager in het jovo-h.v.b. Nieuw Vosseveld snel geplaatst kon worden. De beroepscommissie is, gelet op het bovenstaande, van oordeel dat de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van deselectiefunctionaris niet in strijd is met de wet en bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Hetgeen klager over de bezoekmogelijkheden heeft aangevoerd,hetgeen niet nader is onderbouwd, is onvoldoende aannemelijk geworden en kan niet tot een ander oordeel leiden.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 14 maart 2005.
secretaris voorzitter