Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/0225/SJB, 7 februari 2005, schorsing
Uitspraakdatum:07-02-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 05/225/SJB

Betreft: [klager] datum: 7 februari 2005

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingedienddoor mr. N. Cuvelier, namens

[...], verder verzoekster te noemen.

Verzoekster vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 78, vierde lid, juncto artikel 71, eerste lid, van de Bjj, van de tenuitvoerlegging van de beslissing van de selectiefunctionaris van 31 januari 2005, strekkende totoverplaatsing van verzoekster naar De Lindenhorst te Zeist.

De voorzitter heeft voorts kennis genomen van het bezwaarschrift van 3 februari 2005, alsmede van de schriftelijke reactie van 4 februari 2005 van de selectiefunctionaris op het verzoekschrift.

1. De beoordeling
Gelet op het bepaalde in artikel 78, vierde lid van de Bjj, gelezen in verband met artikel 71, eerste lid van de Bjj, kan pas schorsing worden verzocht als de selectiefunctionaris het bezwaarschrift ongegrond heeft verklaard enverzoekster tegen die ongegrondverklaring beroep heeft ingesteld bij de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming. Aan de voorzitter is gebleken dat verzoekster op 3 februari 2005 een bezwaarschrift heeft ingediend tegende beslissing van 31 januari 2005 van de selectiefunctionaris. De selectiefunctionaris heeft op dat bezwaar nog niet beslist.
Gelet op het vorenstaande kan de voorzitter het verzoek niet verder behandelen en moet verzoekster niet-ontvankelijk worden verklaard in haar verzoek.

2. De uitspraak
De voorzitter verklaart verzoekster niet-ontvankelijk in haar verzoek.

Deze uitspraak is gedaan door mr. M.L.C.C. de Bruijn-Lückers, voorzitter, bijgestaan door mr. P.N.E. Plooij, secretaris, op 7 februari 2005.

secretaris voorzitter

Naar boven