Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/2697/GA, 24 januari 2005, beroep
Uitspraakdatum:24-01-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/2697/GA

betreft: [klager] datum: 24 januari 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 1 november 2004 van de alleensprekende beklagrechter bij de locatie De IJssel te Krimpen aan den IJssel,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 december 2004, gehouden in de p.i. Amsterdam, is de heer [...], unit-directeur bij voornoemde locatie gehoord.
Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid bevindt, op behoorlijke wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het verblijf in een meerpersoonscel, waar te hoge temperaturen heersen.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt (schriftelijk) toegelicht.
Klager is van mening dat de situatie in de meerpersoonscel onhoudbaar was in de periode juli/augustus 2004. De temperatuur bereikte tropische temperaturen. De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard maar klager vraagtzich af waar hij dan moet klagen over deze zaken. Overigens vond ook de maandcommissaris de situatie toen onhoudbaar.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De directeur heeft alles gedaan wat in zijn macht lag om de temperatuur in de verblijfsruimten te beheersen. Zo zijn er onder meer ventilatoren geplaatst in alle verblijfsruimten en is de ventilatiecapaciteit verhoogd. Een probleemis uiteraard de aard van de inrichting. In een gevangenis is het niet mogelijk om alle deuren zondermeer te openen. De meerpersoonscellen voldoen aan de bouwtechnische voorwaarden. Er is voldoende ventilatiecapaciteit. De directeurkan niet ontkennen dat het in perioden met een hoge buitentemperatuur erg warm kan worden in de verblijfsruimten. In de betreffende perioden is geen ziekmelding ontvangen die het gevolg was van de hoge temperatuur.

3. De beoordeling
De beslissing om een gedetineerde onder te brengen in een één- of meerpersoonscel is een beslissing die op grond van het bepaalde in artikel 16 van de Pbw is voorbehouden aan de directeur van de inrichting. Een dergelijke beslissingis een beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw, waartegen beklag en beroep open staat. Bijzondere omstandigheden die zich voordoen na de plaatsing in een meerpersoonscel en die onder de aandacht van de directeurworden gebracht maken een heroverweging van de oorspronkelijke beslissing noodzakelijk. Wanneer de directeur op grond van die bijzondere omstandigheden de bestaande situatie handhaaft kan dit worden aangemerkt als een voor beklagvatbare beslissing. Dit maakt dat de uitspraak van de beklagrechter niet in stand kan blijven en dat klager alsnog ontvankelijk is zijn beklag.

De beroepscommissie acht aannemelijk dat de directeur voldoende inspanningen heeft verricht om de gevolgen van de hoge buitentemperatuur voor de verblijfsruimten zoveel mogelijk te beperken. De omstandigheid dat de temperatuurdesondanks onaangenaam hoog is opgelopen, doet, nu niet aannemelijk is dat die temperatuur in de verblijfsruimten in de maanden juli en augustus 2004 onaanvaardbaar hoog is geweest, daaraan niet af. Gelet daarop kan niet wordengezegd dat de directeur onvoldoende zorgvuldig heeft gehandeld bij zijn beslissing om klager niet anders onder te brengen dan in een meerpersoonscel. Het beklag zal daarom ongegrond te worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag, maar verklaart dit beklag ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, L. Diepenhorst en mr. H.B. Greven, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 24 januari 2005

secretaris voorzitter

Naar boven