Nummer: 04/2815/GB
Betreft: [klager] datum: 4 januari 2005
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 17 november 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek om de aan klager opgelegde onvoorwaardelijke gevangenisstraf te mogen ondergaan door toepassing van elektronische detentie afgewezen.
2. De feiten
Klager was geselecteerd voor elektronische detentie. Op 10 november 2004 is door de selectiefunctionaris beslist dat klager niet meer in aanmerking kwam voor elektronische detentie. Op 17 november 2004 is klagers verzoek om hem tochelektronische detentie toe te staan door de selectiefunctionaris afgewezen. Klager dient zich thans te melden op 10 januari 2005 bij de gevangenis Maashegge te Overloon.
3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de afwijzing van het verzoek tot elektronische detentie als volgt toegelicht. Door een aandoening aan zijn darmen was hij absoluut niet in staat om zich te verplaatsen. Klager heeft dit ookkeurig aangegeven in het telefonisch contact. Hij stond voortdurend onder doktersbehandeling. Klager verzoekt in verband met zijn gezondheidssituatie of de maand detentie niet omgezet kan worden in een taakstraf of om tochelektronische detentie toe te passen.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Bij brief van 10 september 2004 werd klager in de gelegenheid gesteld kenbaar te maken of hij in aanmerking wenste te komen voor elektronischedetentie. Klager berichtte op 11 september 2004 dat hij in aanmerking wilde komen voor elektronische detentie. Klager werd opgeroepen voor het voeren van een intakegesprek. Vanwege ziekte was het voor klager niet mogelijk om zichop 28 oktober 2004 te melden voor een intakegesprek. Hij werd nogmaals uitgenodigd voor het voeren van een intakegesprek op 1 november 2004. Hij verscheen wederom niet op het intakegesprek, omdat hij last had van buikklachten.Klager is vervolgens wederom uitgenodigd voor een intakegesprek op 10 november 2004 om 09.00 uur. Op 10 november 2004 rond de klok van 11.00 uur werd het gesprek door klager telefonisch wederom vanwege buikklachten geannuleerd. Op17 november 2004 is negatief beslist ten aanzien van klagers verzoek om de hem opgelegde onvoorwaardelijke vrijheidsstraf te mogen ondergaan door middel van elektronische detentie. Klager zal een oproep ontvangen voortenuitvoerlegging van de hem opgelegde vrijheidsstraf in een beperkt beveiligde inrichting en zal zich thans op 10 januari 2005 dienen te melden in de gevangenis Maashegge.
4. De beoordeling
4.1. Vooruitlopend op wijziging van de Penitentiaire beginselenwet bestaat de mogelijkheid voor zelfmelders, aan wie een vrijheidsstraf is opgelegd van maximaal drie maanden, om elektronische detentie te ondergaan.
4.2. Klager heeft zich bereid verklaard om elektronische detentie te ondergaan. Vast is komen staan dat hij de afspraak voor een intakegesprek op 28 oktober 2004 geannuleerd heeft in verband met ziekte. Klager is vervolgensuitgenodigd voor het voeren van een intakegesprek op 1 november 2004 en is niet op die afspraak verschenen in verband met buikklachten. Een derde afspraak voor een intakegesprek op 10 november 2004 om 09.00 uur werd door klager omcirca 11.00 uur die dag geannuleerd in verband met buikklachten. Nu door klager tot driemaal toe is nagelaten om aan de selectiefunctionaris terzake een medische verklaring te verstrekken en ook bij het beroepsschrift geenonderbouwing van het door klager gestelde is aangetroffen, is de beroepscommissie van oordeel dat het door klager gestelde niet aannemelijk is geworden en dat de beslissing van de selectiefunctionaris om klager niet meer inaanmerking te laten komen om elektronisch zijn detentie te laten ondergaan en hem te plaatsen in de gevangenis Maashegge, met een regime van algehele gemeenschap en een beperkt beveiligingsniveau niet in strijd is met de wet en, bijafweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Overigens wekt de stelling van klager, inhoudende dat hij in verband met zijn gezondheidssituatie niet in staat zou zijn omzijn detentie in een penitentiaire inrichting door te brengen en wel in staat zou zijn om een taakstraf te verrichten, bevreemding bij de beroepscommissie.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 4 januari 2005
secretaris voorzitter