Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1831/TB, 18 november 2004, beroep
Uitspraakdatum:18-11-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/1831/TB

betreft: [klager] datum: 18 november 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 21 juli 2004 van de Minister van Justitie, verder te noemen de Minister,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 21 oktober 2004, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam te Amsterdam, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. J. Steenbrink, en namens de Minister, mevrouw [...].Hiervan is het aangehechte verslag opgemaakt.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Minister heeft beslist klager te plaatsen in Hoeve Boschoord te Boschoord.

2. De feiten
Klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak ter beschikking gesteld (tbs) met bevel tot verpleging van overheidswege. De Minister heeft op 21 juli 2004 beslist klager te plaatsen in Hoeve Boschoord. Deze plaatsingwas ten tijde van het instellen van het beroep nog niet gerealiseerd.

3. De standpunten
Klager kan zich niet verenigen met zijn plaatsing in Hoeve Boschoord, omdat hij daar geen bezoek zal krijgen. De reisduur voor zijn moeder vanuit Nijmegen is drieëneenhalf uur en de kosten zijn te hoog voor zijn moeder, die leeftvan een bijstandsuitkering. Hij heeft een goede band met zijn moeder, maar zijn stiefvader staat contact tussen klager en zijn moeder niet toe. Klager en zijn moeder schrijven elkaar brieven, maar zijn stiefvader verscheurt steedsklagers brieven. Hij kan zijn moeder alleen bezoeken, als zijn stiefvader er niet is, anders komt hij het huis niet in. Zijn moeder mag hem niet bezoeken. Klager heeft wel contact met zijn opa en oma en zijn broertje, die hem perscooter bezoeken. Dit kan vanuit de inrichting van verblijf zeker bevestigd worden. Ook zij zullen hem niet meer kunnen bezoeken als hij in Hoeve Boschoord zit. Klager heeft geen vrienden. Klager wil zich inzetten voor zijntbs-behandeling, die langere tijd zal duren. Daarbij heeft hij de steun van zijn moeder, voorzover mogelijk, en van zijn opa, oma en broertje hard nodig. Zijn vader zat in Hoeve Boschoord en zit nu in een forensisch psychiatrischekliniek. Het is onduidelijk of zijn vader terugkomt naar Hoeve Boschoord. Hij ziet er erg tegenop om samen met zijn vader in dezelfde tbs-inrichting te verblijven. Zijn vader heeft nooit naar hem omgekeken en toen klager hem eenkeer in Hoeve Boschoord bezocht zei zijn vader tegen hem dat het een foutje was dat hij is geboren. Klager wil daarom niets van hem weten. Bovenvermelde persoonlijke omstandigheden zouden de Minister aanleiding moeten geven klagerin een andere inrichting te plaatsen dan Hoeve Boschoord. Klager snapt niet waarom hij niet in een kliniek in Utrecht of Eindhoven geplaatst kan worden. Het door de Minister genoemde resocialisatietraject zal ver in de toekomstliggen. In de pro justitia rapportage wordt over Hoeve Boschoord dan wel een soortgelijke inrichting gesproken. Daarbij gaat het niet specifiek om Hoeve Boschoord, maar om het soort behandeling dat klager nodig heeft. Toen klagerwerd gehoord over de voorgenomen beslissing hem in Hoeve Boschoord te plaatsen, heeft hij gezegd dat het goed was en is hij weggegaan. Zijn hoofd stond er niet naar. Hij was namelijk opgefokt, omdat hij kort daarvoor in elkaargeslagen was.
Klager heeft in het Pieter Baan Centrum eigenlijk niet willen meewerken aan de IQ-testen. Hij heeft maar snel wat ingevuld om weer snel naar zijn afdeling te kunnen gaan. Wellicht is daardoor een veel lager IQ uit die testen naarvoren gekomen. Klager zou die IQ-testen wel over willen doen, omdat hij best slim is. Klager is van de IBA naar een reguliere afdeling gegaan, omdat men vond dat hij niet op een IBA thuishoort. Zo dom is hij dus niet.

De Minister heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Krachtens artikel 12 Bvt dient een spoedige opname in een tbs-inrichting bewerkstelligd te worden met inachtneming van de in artikel 11 Bvt genoemde eisen. Ten aanzien van de selectie van ter beschikking gestelden in het kader vaneen eerste opname of herplaatsing in een tbs-inrichting is een toetsing aan een viertal criteria (geslacht, intelligentie, soort stoornis en beheers-/vluchtgevaarlijkheid) van belang, die plaatsvindt op basis van in het dossieraanwezige informatie. Uit de ter beschikking staande informatie in de onderhavige zaak komt naar voren dat klager een man is die lijdt aan een gemengde persoonlijkheidsstoornis. Zijn intellegentieniveau is vastgesteld op een IQonder de 80. Er is niet gebleken van een extreem vlucht- en/of beheersrisico. Genoemde bevindingen resulteerden, de wachtlijsten inmerking genomen, in selectie voor Hoeve Boschoord. Deze inrichting is gespecialiseerd in behandelingvan ter beschikking gestelden met een IQ van minder dan 80. In de over klager uitgebrachte pro justitia rapportage d.d. 16 en 18 juni 2003 is ook geadviseerd klager te plaatsen in Hoeve Boschoord. Tijdens het horen heeft klageraangegeven in principe akkoord te zijn met Hoeve Boschoord, maar dat het reizen een probleem zal zijn voor zijn moeder. Ook in het beroepschrift geeft klager het bezoekprobleem aan. In beginsel is het niet mogelijk om met depersoonlijke voorkeur van ter beschikking gestelden rekening te houden, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden. Niet is gebleken van een zodanige wenselijkheid van plaatsing van klager in de regio waar zijn familiewoonachtig is, dat dit uit oogpunt van het belang van de behandeling dient te prevaleren boven het belang van een spoedige plaatsing van klager in Hoeve Boschoord. Bij de penitentiaire inrichting van verblijf is navraag gedaan naarde band tussen klager en zijn moeder. Aangegeven werd dat klagers moeder hem niet heeft bezocht, dat klager ook zijn moeder niet heeft bezocht middels incidenteel verlof en dat de verstandhouding met moeder niet goed zou zijn,hetgeen overigens ook wel uit de pro justitia rapportage blijkt. Voorts is aangegeven dat klager in maart 2004 is bezocht door medewerkers van Hoeve Boschoord om deelname aan preklinische interventie te bespreken, dat klager datniet wilde, dat de relatie met zijn moeder niet goed is, dat klagers opa en oma hem wel per scooter bezoeken en dat dat lastig wordt als hij in Hoeve Boschoord verblijft, maar dat Hoeve Boschoord de service wil bieden om hen van hetstation op te halen.
Op basis van deze informatie is er geen aanleiding om af te wijken van de genomen plaatsingsbeslissing. Het staat Hoeve Boschoord vrij om te zijner tijd een resocialisatietraject in de door klager gewenste regio uit te zetten.Plaatsing van klager in Veldzicht is niet overwogen, nu de reisafstand naar die inrichting voor zijn familieleden eveneens groot is. Daadwerkelijke plaatsing van klager in Hoeve Boschoord is eind van dit jaar/begin volgend jaar teverwachten.
Het beroep zal derhalve ongegrond zijn.

4. De beoordeling
De beroepscommissie gaat uit van het in de pro justitia rapportage vastgestelde IQ van klager, ondanks de daartegen door klager aangevoerde bezwaren. In die rapportage is geen enkele aanwijzing te vinden van enige twijfel omtrenthet testresultaat of klagers inzet bij het afnemen van de IQ-testen.

Bij de plaatsing van ter beschikking gestelden dient de Minister, op grond van artikel 11, tweede lid, van de Bvt in zijn overwegingen te betrekken:
a) de eisen die de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de ter beschikking gestelde voor de veiligheid van anderen dan de ter beschikking gestelde of de algemene veiligheid van personen of goederen stelt,en
b) de eisen die de behandeling van de ter beschikking gestelde gezien de aard van de bij hem geconstateerde gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens stelt.

Uitgangspunt van het op grond van het IBO II-rapport door de Minister geformuleerde beleid is dat alle tbs-inrichtingen geoutilleerd zijn voor iedere ter beschikking gestelde, met uitzondering van een aantal speciale categorieën, teweten vrouwen, zwakbegaafden en extreem beheers- en vluchtgevaarlijke ter beschikking gestelden. Daarnaast wordt onderscheiden naar de primaire psychopathologie: psychotische stoornis of persoonlijkheidsstoornis.

De Minister heeft de beslissing tot plaatsing van klager genomen met inachtneming van klagers geslacht, zijn intelligentie, de ten aanzien van hem gestelde diagnose en gegevens omtrent het al dan niet bestaan van eenbeheers/vluchtrisico, alsmede de bestaande wachtlijsten.

Klager heeft geen zwaarwegende argumenten aangevoerd die zouden kunnen of moeten leiden tot het oordeel dat de Minister in redelijkheid niet tot de bestreden plaatsingsbeslissing heeft mogen komen. Hetgeen klager heeft aangevoerdover de bezoekmogelijkheden van zijn familieleden, kan niet leiden tot een ander oordeel. Daarbij is in aanmerking genomen dat Hoeve Boschoord de primair juiste inrichting is voor behandeling van klagers zogenoemdeSGLVG-problematiek. Voorts wil Hoeve Boschoord blijkens het verhandelde ter zitting de service bieden om het bezoek van klager van het station af te halen.
Hetgeen klager heeft aangevoerd over zijn (biologische) vader, kan evenmin tot een ander oordeel leiden, gelet op klagers verklaring ter zitting dat zijn vader thans niet meer in Hoeve Boschoord verblijft. Het staat klager vrij zijnbezwaar tegen een eventuele terugkeer van zijn vader in Hoeve Boschoord te bespreken met zijn behandelaren.
De tbs-inrichting Veldzicht te Balkbrug is de enige andere tbs-inrichting, waar klager voor zijn SGLVG-problematiek behandeld zou kunnen worden. Plaatsing aldaar in plaats van Hoeve Boschoord is wat betreft bezoekmogelijkheden vanklagers familieleden niet een werkelijk alternatief, nu de reisafstand naar die inrichting voor zijn familieleden eveneens groot is.

Het hiervoor overwogene in aanmerking genomen is de beslissing klager te plaatsen in Hoeve Boschoord niet in strijd met de wet en kan deze evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal derhalve ongegrondworden verklaard.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr.drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, drs. B. van Dekken en prof. mr. C. Kelk, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 18 november 2004

secretaris voorzitter

nummer: 04/1383/TB

betreft: [...], verder klager te noemen.

Verslag van het behandelde ter zitting van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden van 21 oktober 2004, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam teAmsterdam.

Samenstelling van de beroepscommissie:
voorzitter: mr. drs. F.A.M. Bakker
leden: drs. B. van Dekken en prof. mr. C. Kelk.
De beroepscommissie is bijgestaan door de secretaris mr. E.W. Bevaart.

Gehoord zijn klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. J. Steenbrink, en namens de Minister, mevrouw [...].
Als toehoorder van de zijde van de Raad was aanwezig de heer [...], en van de zijde van de Minister mevrouw mr. [...].

Door klager is - zakelijk weergegeven - het volgende aangevoerd.
Hij wil niet naar Hoeve Boschoord, omdat hij daar geen bezoek zal krijgen. De reisduur voor zijn moeder vanuit Nijmegen is drieëneenhalf uur en de kosten zijn te hoog voor zijn moeder, die leeft van een bijstandsuitkering. Hij heefteen goede band met zijn moeder, maar zijn stiefvader staat contact tussen klager en zijn moeder niet toe. Klager en zijn moeder schrijven elkaar brieven, maar zijn stiefvader verscheurt steeds klagers brieven. Hij kan zijn moederalleen bezoeken, als zijn stiefvader er niet is, anders komt hij het huis niet in. Zijn moeder mag hem niet bezoeken. Klager heeft wel contact met zijn opa en oma en zijn broertje, die hem per scooter bezoeken. Dit kan vanuit deinrichting van verblijf zeker bevestigd worden. Ook zij zullen hem niet meer kunnen bezoeken als hij in Hoeve Boschoord zit. Klager heeft geen vrienden. Klager wil zich inzetten voor zijn tbs-behandeling, die langere tijd zal duren.Daarbij heeft hij de steun van zijn moeder, voor zover mogelijk, en van zijn opa, oma en broertje hard nodig. Zijn vader zat in Hoeve Boschoord en zit nu in een forensisch psychiatrische kliniek. Het is onduidelijk of zijn vaderterugkomt naar Hoeve Boschoord. Hij ziet er erg tegenop om samen met zijn vader in dezelfde tbs-inrichting te verblijven. Zijn vader heeft nooit naar hem omgekeken en toen klager hem een keer in Hoeve Boschoord bezocht zei zijnvader tegen hem dat het een foutje was dat hij is geboren. Klager wil daarom niets van hem weten. Bovenvermelde persoonlijke omstandigheden zouden de Minister aanleiding moeten geven klager in een andere inrichting te plaatsen danHoeve Boschoord. Klager snapt niet waarom hij niet in een kliniek in Utrecht of Eindhoven geplaatst kan worden. Het door de Minister genoemde resocialisatietraject zal ver in de toekomst liggen. In de pro justitia rapportage wordtover Hoeve Boschoord dan wel een soortgelijke inrichting gesproken. Daarbij gaat het niet specifiek om Hoeve Boschoord, maar om het soort behandeling dat klager nodig heeft. Toen klager werd gehoord over de voorgenomen beslissinghem in Hoeve Boschoord te plaatsen, heeft hij gezegd dat het goed was en is hij weggegaan. Zijn hoofd stond er niet naar. Hij was namelijk opgefokt, omdat hij kort daarvoor in elkaar geslagen was.
Klager heeft in het Pieter Baan Centrum eigenlijk niet willen meewerken aan de IQ-testen. Hij heeft maar snel wat ingevuld om weer snel naar zijn afdeling te kunnen gaan. Wellicht is daardoor een veel lager IQ uit die testengekomen. Klager zou die IQ-testen wel over willen doen, omdat hij best slim is. Klager is van de IBA naar een reguliere afdeling gegaan, omdat men vond dat hij niet op een IBA thuishoort. Zo dom is hij dus niet.

Namens de Minister is - zakelijk weergegeven - het volgende aangevoerd.
Klager is op basis van selectiecriteria geselecteerd voor plaatsing in Hoeve Boschoord, met name vanwege zijn IQ, dat onder de 80 ligt. Hoeve Boschoord is gespecialiseerd in behandeling van ter beschikking gestelden met een IQ vanminder dan 80. In de over klager uitgebrachte pro justitia rapportage d.d. 16 en 18 juni 2003 is ook geadviseerd klager te plaatsen in Hoeve Boschoord. Tijdens het horen heeft klager aangegeven in principe akkoord te zijn met HoeveBoschoord, maar dat het reizen een probleem zal zijn voor zijn moeder. Ook in het beroepschrift geeft klager het bezoekprobleem aan. In beginsel is het niet mogelijk om met de persoonlijke voorkeur van ter beschikking gesteldenrekening te houden, tenzij sprake is van bijzondere omstandigheden. Niet is gebleken van een zodanige wenselijkheid van plaatsing van klager in de regio waar zijn familie woonachtig is, dat dit uit oogpunt van het belang van debehandeling dient te prevaleren boven het belang van een spoedige plaatsing van klager in Hoeve Boschoord. Bij de penitentiaire inrichting van verblijf is navraag gedaan naar de band tussen klager en zijn moeder. Aangegeven werd datklagers moeder hem niet heeft bezocht, dat klager ook zijn moeder niet heeft bezocht middels incidenteel verlof en dat de verstandhouding met moeder niet goed zou zijn, hetgeen overigens ook wel uit de pro justitia rapportageblijkt. Voorts is aangegeven dat klager in maart 2004 is bezocht door medewerkers van Hoeve Boschoord om deelname aan preklinische interventie te bespreken, dat klager dat niet wilde, dat de relatie met zijn moeder niet goed is, datklagers opa en oma hem wel per scooter bezoeken en dat dat lastig wordt als hij in Hoeve Boschoord verblijft, maar dat Hoeve Boschoord de service wil bieden om hen van het station op te halen.
Op basis van deze informatie is er geen aanleiding om af te wijken van de genomen plaatsingsbeslissing. Het staat Hoeve Boschoord vrij om te zijner tijd een resocialisatietraject in de door klager gewenste regio uit te zetten.Plaatsing van klager in Veldzicht is niet overwogen, nu de reisafstand naar die inrichting voor zijn familieleden eveneens groot is. Daadwerkelijke plaatsing van klager in Hoeve Boschoord is eind van dit jaar/begin volgend jaar teverwachten.

secretaris voorzitter

Naar boven