Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/2498/SGA, 27 oktober 2004, schorsing
Uitspraakdatum:27-10-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/2498/SGA

Betreft: [klager] datum: 27 oktober 2004

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Haarlem.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde locatie d.d. 9 oktober 2004, inhoudende de (interne overplaatsing) vande in de tot de locatie Haarlem behorende afdeling De Vest verblijvende gedetineerden (niet zijnde arrestanten) naar de afdeling De Koepel.

De voorzitter heeft voorts kennis genomen van het klaagschrift d.d. 6 oktober 2004 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur d.d. 27 oktober 2004.

1. De beoordeling
Voorzover verzoeker heeft bedoeld om uit hoofde van zijn voorzitterschap van de gedetineerdencommissie bij de locatie Haarlem tevens namens alle op de afdeling De Vest van voornoemde locatie verblijvende gedetineerden om schorsingvan de tenuitvoerlegging van de onderhavige beslissing van de directeur te verzoeken, overweegt de voorzitter dat, nu de wet niet voorziet in een gemeenschappelijk indienen van een schorsingsverzoek en overigens ook geenmachtigingen om namens andere gedetineerden schorsingsverzoeken in te dienen zijn overgelegd, verzoeker in zoverre niet kan worden ontvangen in zijn verzoek. De voorzitter zal daarom alleen beslissen op het verzoek van verzoekerzelf.

Blijkens hetgeen door verzoeker en door de directeur is aangevoerd zal de feitelijke tenuitvoerlegging van de onderhavige (interne) overplaatsing geschieden in het weekeinde van 13 en 14 november 2004. Nu er thans nog geen sprake isvan een tenuitvoerlegging, heeft verzoeker (nog) geen belang bij een schorsing daarvan. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

De voorzitter overweegt daarbij nog dat, ook indien er inmiddels wel sprake zou zijn van een tenuitvoerlegging van de onderhavige beslissing van de directeur, dit niet tot een toewijzing van het verzoek zou kunnen leiden. Deonderhavige beslissing van de directeur is naar het voorlopig oordeel van de voorzitter niet in strijd met een in de inrichting geldend wettelijk voorschrift en ook niet zodanig onredelijk of onbillijk, dat dit een schorsing van detenuitvoerlegging zou kunnen rechtvaardigen. De omstandigheid dat eerder een dergelijke (interne) overplaatsing in de locatie als een vorm van sanctie werd toegepast, doet daaraan niet af.

2. De uitspraak
De voorzitter verklaart verzoeker niet ontvankelijk voorzover het verzoek is bedoeld als te zijn ingediend namens alle op de afdeling De Vest verblijvende gedetineerden en wijst het (persoonlijke) verzoek van verzoeker af.

Aldus gedaan door mr. D.J. Dee, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 27 oktober 2004.

secretaris voorzitter

Naar boven