Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1966/GA, 25 oktober 2004, beroep
Uitspraakdatum:25-10-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Post  v

Uitspraak

nummer: 04/1966/GA

betreft: [klager] datum: 25 oktober 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 5 augustus 2004 van de alleensprekende beklagrechter bij het huis van bewaring (h.v.b.) Arnhem-Zuid,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 6 oktober 2004, gehouden in de locatie Zwolle, is gehoord klager.

De directeur van het h.v.b. Arnhem-Zuid heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft het feit dat klagers krant vanaf 14 juli 2004 regelmatig niet, incompleet of te laat bij hem bezorgd wordt.

De beklagrechter heeft deels klager niet-ontvankelijk en deels het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Het is niet juist dat één en ander wordt veroorzaakt door het onjuist vermelden van het celnummer op de krant. Op klagers post wordt ook geen celnummer vermeld en deze wordt gewoon bezorgd. De Telegraaf bezorgt een aantal kranten inde inrichting voor abonnementshouders en in het h.v.b. plakt de visitatiemeester de adressticker op de krant. In het weekend is de visitatiemeester er niet en wordt er geen sticker geplakt, maar klagers naam (en cel) er met de handop geschreven. De krant wordt gewoon uit de postkast gepakt en gelezen door anderen.

De directeur heeft schriftelijk medegedeeld te persisteren bij het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt.

3. De beoordeling
Door de inrichting is niet weersproken dat klagers krant regelmatig niet, te laat of incompleet bij klager wordt bezorgd. Nu is gebleken dat na bezorging van de kranten in de inrichting, niet (de administratie van) het dagblad, maarhet personeel van de inrichting de kranten voorziet van een sticker met naam en celnummer van de abonnementshouder, of deze er met de hand opschrijft, acht de beroepscommissie voldoende aannemelijk geworden dat deverantwoordelijkheid voor het niet, te laat of incompleet bezorgen van de krant bij de directeur van de inrichting kan worden gelegd en niet bij het betreffende dagblad.
De beroepscommissie is van oordeel dat op de directeur van de inrichting de verplichting rust om ervoor te zorgen dat kranten op korte termijn, onbeschadigd en ongelezen als eerste in handen van de abonnementshouders worden gesteld.Derhalve zal het beroep gegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagrechter worden vernietigd en het beklag alsnog gegrond worden verklaard. Aan klager zal een tegemoetkoming van € 10,= worden toegekend.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 10,=.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en mr. L.M. Moerings, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 25 oktober 2004

secretaris voorzitter

Naar boven