Nummer: 04/1801/GB
Betreft: [klager] datum: 13 september 2004
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 3 augustus 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], geboren op [1985], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 27 juli 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring voor jong volwassenen (hierna jovo-h.v.b.) Scheveningen te Den Haag ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 22 mei 2004 gedetineerd. Hij is op 25 mei 2004 als preventief gehechte in het h.v.b. De Geerhorst te Sittard geplaatst. Vanuit dit h.v.b. is hij geherselecteerd voor het jovo-h.v.b. Scheveningen. Dezeoverplaatsing was ten tijde van het instellen van het beroep nog niet gerealiseerd.
3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht. Klager wil niet geplaatst worden in het jovo-h.v.b. Scheveningen, omdat hij in Sittard bezoek kan ontvangen van zijnouders en in Den Haag niet. Klager wil liever zijn straf uitzitten in Sittard.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is preventief ingesloten in De Geerhorst voor het parket Den Haag. Dit omdat er op dat moment geen cellen beschikbaar waren nabij het parket van insluiting. Klager heeft een jovo-indicatie op grond van zijn leeftijd en omdathij first offender is. Om die reden is hij geselecteerd voor een jovo-h.v.b. binnen het parket van insluiting. Klagers bezoek is afkomstig uit Duitsland. Het ontvangen van bezoek geeft geen aanleiding om de beslissing te herzien.Preventief gehechten dienen gedurende hun preventieve hechtenis ingesloten te worden nabij het parket van insluiting.
4. De beoordeling
4.1. Het jovo-h.v.b. Scheveningen is aangewezen als een huis van bewaring voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau alsmede als inrichting voor bijzondere opvang als bedoeld in artikel16 Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (hierna de Regeling).
4.2. De beroepscommissie stelt vast dat het beroep van klager niet is gericht tegen zijn jovo-indicatie, maar dat hij het niet eens is met de locatie waar hij dient te verblijven. Blijkens de indicatiestelling is klager firstoffender. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris is, nu klager voldoet aan de voor de onder 4.1 genoemde inrichting geldende criteria, niet in strijd met de wet en kan, bij afweging vanalle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Daarbij wordt in aanmerking genomen dat klager in voorlopige hechtenis verblijft voor het arrondissementsparket Den Haag en dat het h.v.b.van de locatie De Geerhorst geen jovo-regime kent. Hetgeen door klager is aangevoerd omtrent de bezoekmogelijkheden maakt dit oordeel niet anders. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 13 september 2004
secretaris voorzitter