Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1658/GB, 7 september 2004, beroep
Uitspraakdatum:07-09-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/1658/GB

Betreft: [klager] datum: 7 september 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 15 juli 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door

[...], geboren op [1968], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een op 30 juni 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, waarvan niet bekend is op welke datum klaagster deze heeft ontvangen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klaagster gericht tegen de beslissing dat de tenuitvoerlegging van de aan haar opgelegde onvoorwaardelijke gevangenisstraf niet kan worden ondergaan door toepassing vanelektronische detentie ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klaagster was geselecteerd voor elektronische detentie. Op 3 juni 2004 is door de selectiefunctionaris beslist dat klaagster niet (meer) in aanmerking kwam voor elektronische detentie. Bij beslissing van 2 juli 2004 isklaagster geselecteerd voor plaatsing in de beperkt beveiligde inrichting voor vrouwen Ter Peel te Sevenum, een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap.

2.2. Klaagster is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 60 dagen en is opgeroepen om die te ondergaan met ingang van 27 september 2004.

3. De standpunten
3.1. Door klaagster is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Het is niet terecht dat klaagster niet meer in aanmerking komt voor elektronische detentie. Klaagster heeft de selectiefunctionaris uitgelegd dat al haar post eerst naar de curator gaat en ze haar post zelf pas na een week of noglater ontvangt. De oproeping voor het eerste gesprek heeft klaagster niet ontvangen. Op de dag van de afspraak heeft zij van haar curator telefonisch vernomen dat zij naar het gesprek moest, maar klaagster had op hetzelfde tijdstipeen afspraak met de sociale dienst. Klaagster heeft direct opgebeld en uitgelegd wat er mis was gegaan. Genoteerd is echter slechts dat klaagster niet is komen opdagen. Vervolgens is een nieuwe afspraak gemaakt en is klaagstertelefonisch opgegeven dat zij eerstkomende donderdag een afspraak had op de Verlengde Hereweg 44 te Groningen om 14.00 uur. Klaagster is daar geweest, maar het adres klopte niet. Er woonden op dat adres een paar studenten. Het isniet klaagsters intentie om haar afspraken niet na te komen. Zij had het telefoonnummer niet omdat ze de brief van de curator, waar dat telefoonnummer in vermeld stond, nog niet had ontvangen. Klaagster verwachtte dat nog met haarcontact zou worden opgenomen. De selectiefunctionaris gaat er echter vanuit dat klaagster tot twee keer toe niet is komen opdagen. Verzocht wordt om de zaak opnieuw te beoordelen. Klaagster heeft een kind van vier jaar dat eenspeciale school bezoekt. Haar kind van twaalf jaar ondergaat medische onderzoeken. Klaagsters partner werkt fulltime. Klaagster heeft na vele jaren werkloos te zijn geweest weer kans op werk en kan begin september 2004 alswoonbegeleider beginnen.

3.3. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Klaagster is
opgeroepen voor het voeren van een intakegesprek, maar is niet op die afspraak verschenen. Desondanks is zij nogmaals uitgenodigd en verscheen zij wederom niet op die afspraak. Om die reden is besloten om klaagster niet meer inaanmerking te laten komen voor tenuitvoerlegging van de aan haar opgelegde vrijheidsstraf door toepassing van elektronische detentie.

4. De beoordeling
4.1. Bij wijze van experiment bestaat de mogelijkheid voor zelfmelders, aan wie een vrijheidsstraf is opgelegd van maximaal drie maanden, om in plaats daarvan elektronische detentie te ondergaan.

4.2. Klaagster heeft zich middels een zogenaamde overeenkomst elektronische detentie
d.d. 16 februari 2004 bereid verklaard om elektronische detentie te ondergaan. Uit de stukken is onvoldoende aannemelijk geworden dat aan klaagster kan worden toegerekend dat zij niet is verschenen op data dat met haar eenintakegesprek zou worden gehouden. Daarmee is de grond aan de bestreden beslissing komen te ontvallen.
Derhalve dient de bestreden beslissing te worden vernietigd. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming, nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing ongedaan zijn te maken.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden
beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klaagster geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 7 september 2004

secretaris voorzitter

Naar boven