Nummer: 04/1206/GB
Betreft: [klager] datum: 19 juli 2004
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 1 juni 2004 bij het bureau selectiefunctionarissen ontvangen en ter behandeling naar hetsecretariaat van de Raad doorgestuurd beroepschrift van
[...], geboren op [1954], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 19 mei 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in de regio Rotterdam afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 23 oktober 2003 gedetineerd. Hij verblijft als preventief gehechte in het h.v.b. Tilburg.
3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft enkele gehandicapte en hoogbejaarde familieleden die in de regio Rotterdam wonen. Reizen over de afstand Rotterdam-Tilburg is bezwaarlijk en daarom is bezoek onmogelijk. Het hoger beroep van klager wordt behandeld doorhet gerechtshof Amsterdam.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klagers verzoek om overplaatsing is niet onderbouwd met (medische) verklaringen. Hij ontvangt regelmatig bezoek in het h.v.b. Tilburg. Ten tijde van het verzoek om overplaatsing was klager ingesloten voor het parket Utrecht. Hetinmiddels door klager ingediende hoger beroep wordt door het gerechtshof Amsterdam behandeld. Vanwege de druk op de capaciteit in het ressort Amsterdam dienen gedetineerden regelmatig daarbuiten geplaatst te worden. Ook de druk opde capaciteit in de regio Rotterdam is groot. Hier is evenmin voldoende capaciteit om alle gedetineerden voor de Randstad in te sluiten. De capaciteitsbenutting, het onvoldoende onderbouwde verzoek van klager en het feit dat hijregelmatig bezoek ontvangt, geven de selectiefunctionaris geen aanleiding het verzoek om overplaatsing te honoreren.
4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.
4.2. De beroepscommissie overweegt dat klager zijn verzoek om overplaatsing voor wat betreft het argument dat het reizen naar Tilburg voor zijn bezoek uit de regio Rotterdam bezwaarlijk zou zijn, niet heeft ondersteund met(medische) verklaringen. Bovendien blijkt uit de bij de stukken gevoegde bezoekerslijst, die de periode van 24 oktober 2003 tot en met 17 mei 2004 bestrijkt, dat klager zeer frequent bezoek uit Rotterdam ontvangt. Gelet op hetvorenstaande en het gegeven dat een gebrek aan celcapaciteit eveneens aan een overplaatsing van klager naar een h.v.b. in de regio Rotterdam in de weg staat, is de beslissing van de selectiefunctionaris niet in strijd met de wet enkan deze, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Jousma, secretaris, op 19 juli 2004
secretaris voorzitter