Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0711/GB, 24 mei 2004, beroep
Uitspraakdatum:24-05-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/711/GB

Betreft: [klager] datum: 24 mei 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 9 april 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1964], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 2 april 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis De Geerhorst te Sittard afgewezen.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 18 oktober 2002 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring (h.v.b.) te Vught. Op 23 januari 2004 is hij geplaatst in de gevangenis Nieuw Vosseveld te Vught, waar een regime van algehele gemeenschapgeldt.

2.2. Klager ondergaat een gevangenisstraf van zes jaar met aftrek. De tenuitvoerlegging van deze straf is aangevangen op 4 november 2003. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 11 oktober 2006.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de afwijzing van het verzoek tot overplaatsing als volgt toegelicht.
Hij heeft reeds in september 2003, toen hij nog in het h.v.b. te Vught verbleef, verzocht om overplaatsing naar Sittard. Dit verzoek is afgewezen. Voorafgaande aan de selectiebeslissing heeft klager aangegeven een voorkeur te hebbenvoor plaatsing in een gevangenis in Sittard. Wederom is geen rekening gehouden met de omstandigheden die aan het verzoek ten grondslag lagen. Klager wil graag naar Sittard teneinde het voor zijn echtgenote, die thans depressief isen zware medicijnen krijgt, makkelijker te maken bij hem op bezoek te komen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
De aan de op 20 januari 2004 genomen beslissing ten grondslag gelegde argumenten zijn nog steeds van kracht. Herplaatsing in De Geerhorst werd destijds niet wenselijk geacht gezien het verloop van klagers verblijf in Sittard,waarbij sprake is geweest van het maken van schulden bij medegedetineerden. Ook klagers houding t.o.v. het personeel, waarbij onder meer sprake is geweest van het bedreigen van personeel maken het niet wenselijk klager op dit momenthernieuwd in de Geerhorst te plaatsen.

4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris is niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.Hierbij is in de eerste plaats in aanmerking genomen dat de selectiefunctionaris thans in redelijkheid nog bij zijn beslissing heeft kunnen meewegen het gedrag van klager tijdens zijn eerdere verblijf in Sittard. Dit te meer nuklager omtrent de gestelde medische gesteldheid van zijn echtgenote en de problemen waar zijn gezin dientengevolge mee te kampen heeft geen medische verklaringen heeft overgelegd.
Het beroep zal mitsdien ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 24 mei 2004

secretaris voorzitter

Naar boven