Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0331/GA, 27 april 2004, beroep
Uitspraakdatum:27-04-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 04/331/GA

betreft: [klager] datum: 27 april 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 23 februari 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie De IJssel te Krimpen aan den IJssel,

gericht tegen een uitspraak d.d. 9 januari 2004 van de beklagcommissie bij voormelde locatie, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager, welke uitspraak op 17 februari 2004 aan klager en de directeur is verzonden,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 14 april 2004, gehouden in de p.i. Amsterdam, zijn gehoord klager en de heer [...], locatie-directeur bij voormelde locatie.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een disciplinaire straf van zes dagen opsluiting in de eigen cel wegens (kortweg) werkweigering en het verbaal bedreigen van het personeel.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard ten aanzien van de duur van de opgelegde disciplinaire straf, voor zover deze de duur van vier dagen te boven is gegaan, een en ander op de gronden als in de aangehechteuitspraak weergegeven. Voorts heeft de beklagcommissie aan klager terzake van die gegrondverklaring een tegemoetkoming toegekend van € 15,-.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De disciplinaire straf is aan klager opgelegd in verband met (kortweg) werkweigering en het onheus behandelen van personeelsleden. Voor de werkweigering stonden, bij de bepaling van de strafmaat, drie dagen opsluiting en voor hetbedreigen van het personeel eveneens drie dagen opsluiting. De beklagcommissie heeft terzake van die bedreigingen de strafmaat teruggebracht tot opsluiting voor één dag. Dat is naar het oordeel van de directeur, gelet op de aard enernst van het door klager vertoonde gedrag onvoldoende.

Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager is het eens met de beslissing van de beklagcommissie. Klager is van mening dat hij al zwaar genoeg is gestraft voor deze feiten. Zijn overplaatsing naar een beperkt beveiligde inrichting kan door deze straf immers nietdoorgaan.

3. De beoordeling
Blijkens het terzake opgemaakte verslag d.d. 28 november 2003 heeft klager op die datum geweigerd aan de arbeid deel te nemen. Voorts heeft klager tegenover een personeelslid aangegeven dat hij op 16 juni 2004 vrij zou komen.Gevraagd naar de bedoeling van die opmerking heeft klager aangegeven dat dat personeelslid dat dan wel zou zien. Bij de afhandeling van het aangezegde verslag heeft klager tegenover de directeur aangevoerd dat de door hem gemaakteopmerkingen bedoeld waren als psychologische oorlogsvoering.
Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen kan niet worden gezegd dat de onderhavige beslissing van de directeur is genomen in strijd met een in de inrichting geldend wettelijk voorschrift, noch dat die beslissing – bij afweging vanalle in aanmerking komende belangen – onredelijk of onbillijk moet worden geacht. Dit maakt dat de beslissing van de beklagcommissie niet in stand kan blijven en dat het beklag alsnog (in zijn geheel) ongegrond moet wordenverklaard.
Nu het beklag in zijn geheel ongegrond zal worden verklaard, is er geen reden voor de toekenning van een tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. W.J. Schudel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 27 april 2004

secretaris voorzitter

Naar boven