Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0368/GB, 20 april 2004, beroep
Uitspraakdatum:20-04-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/368/GB

Betreft: [klager] datum: 20 April 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 26 februari 2004, door tussenkomst van het bureau selectiefunctionarissen, bij het secretariaat vande Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1974], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 13 februari 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, welke op 16 februari 2004 aan klager is uitgereikt,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in Amsterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 31 januari 2004 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. te Dordrecht. Op 18 februari 2004 is hij overgeplaatst naar het h.v.b. te Alphen aan den Rijn.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft zijn beroep als volgt toegelicht.
Gelet op klagers Ajax-verleden wil hij graag worden overgeplaatst naar een h.v.b in Amsterdam. De kans op confrontatie met Feyenoord-aanhangers in het h.v.b. te Alphen aan den Rijn is reëel aanwezig. Hierdoor kunnen zowel klager alszijn bezoek gevaar lopen. Klager raakt thans in een isolement.
Voorts heeft klager aangevoerd dat hij vanwege rugklachten zo snel mogelijk aan zijn rug geopereerd moet worden in het Andreas Ziekenhuis in Amsterdam.
Tenslotte kunnen zijn moeder, die een whiplash heeft, en zijn vriendin, die in Amsterdam studeert, klager gelet op de reistijd niet in Alphen aan de Rijn komen bezoeken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Gelet op de door klager aangegeven bijzondere omstandigheden, waarin ook de directie van het h.v.b. te Dordrecht positief heeft geadviseerd, is besloten klager over te plaatsen naar het h.v.b. te Alphen aan den Rijn. Hierbij isrekening gehouden met het parket van insluiting, ’s-Gravenhage, de korte transportlijnen in verband met de rechtsgang, de woonplaats van klager en het gegeven dat er in de regio Amsterdam een tekort aan celcapaciteit is.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris is niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk wordenaangemerkt.
Hierbij wordt opgemerkt dat klager op 13 februari 2004 heeft ingestemd met een overplaatsing naar het h.v.b. te Alphen aan den Rijn, terwijl de bezwaren tegen de overplaatsing die betrekking hebben op de gezondheidstoestand vanklagers moeder onvoldoende met redenen zijn omkleed.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 20 april 2004

secretaris voorzitter

Naar boven