Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/0329/GB, 23 maart 2004, beroep
Uitspraakdatum:23-03-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/329/GB

Betreft: [klager] datum: 23 maart 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 20 februari 2004 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1982], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 12 februari 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, welke op 17 februari 2004 aan klager is uitgereikt.

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de afdeling voor psychologisch onvolwassenen (hierna jovo-h.v.b.) Noordsingel te Rotterdam ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 18 november 2003 gedetineerd. Hij verblijft als preventief gehechte in de h.v.b.-unit van de locatie Dordtse Poorten te Dordrecht. Vanuit dit h.v.b. is hij geherselecteerd voor het jovo-h.v.b. Noordsingel.Deze overplaatsing was ten tijde van het instellen van het beroep nog niet gerealiseerd.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager is een man van 22 jaar en heeft heel veel meegemaakt in zijn leven. Hoe rustiger zijn omgeving is des te rustiger klager is. Hij woont al sinds zijn negende jaar in kindertehuizen en instituten en weet als geen ander hoe heter daar aan toegaat. Een jovo-h.v.b. is vergelijkbaar. Klager heeft vrienden die in een jovo-h.v.b. verblijven en die het daar niet naar hun zin hebben in verband met de sfeer, vechtpartijen waarbij er vaak mensen ernstig verwondraken en de verplichtingen en de uiterst strenge regels. Klager is in zijn leven van internaat naar internaat gegaan en overal ging het fout. Hij vindt het erg vervelend om zo vaak van plaats te veranderen. Klager heeft het naarzijn zin in Dordrecht, omdat het er rustig is en er veel volwassen gedetineerden verblijven die klager begrijpen. Klagers tante, de enige die naar klager omkijkt, woont ook in Dordrecht. Als klager overgeplaatst wordt is hetmoeilijk voor zijn tante om hem te bezoeken. Hij kan zich in Dordrecht, omdat het rustig en vredig is, beter concentreren op zijn terugkeer in de maatschappij dan in een jovo-h.v.b.. Het klopt dat hij een gebrek aan opleiding heeft,maar hij heeft hiervoor al afspraken lopen bij de reclassering. Wanneer hij vrijkomt, gaat hij een speciaal opleidings- en werkproject voor jongeren volgen. In de locatie Dordtse Poorten heeft hij zich ook al opgegeven voor eenopleiding.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager verblijft sinds 20 november 2003 als preventief gehechte in de h.v.b.-unit van de locatie Dordtse Poorten. Uit de jovo-indicatiestelling blijkt dat klager scoort op opleiding en first offender. Klagers argument dat het foutzou gaan op een jovo-afdeling blijkt uit geen enkel feit. Niet plaatsing in het jovo-circuit kan alleen aan de orde zijn middels gedragsrapportage van de psycholoog en de daarbij aan te geven argumenten. Het argument met betrekkingtot het bezoek is niet terecht. De reis qua afstand en duur van Dordrecht naar Rotterdam is zeker niet onacceptabel.

4. De beoordeling
4.1. Volgens artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden worden in inrichtingen of afdelingen voor bijzondere opvang van psychologisch onvolwassenen onder meer gedetineerden geplaatst dieouder zijn dan 17 jaar en die zich door hun gedrag kenmerken als psychologisch onvolwassen. Uit het handboek voor de bijzondere opvang van psychologisch onvolwassen mannen binnen het gevangeniswezen, Ministerie van Justitie, DienstJustitiële Inrichtingen, augustus 2001, kan worden afgeleid dat psychologische onvolwassenheid zich in algemene zin kenmerkt door een gebrek aan vaardigheden die noodzakelijk zijn voor een goede persoonlijke ontwikkeling. Daarbijkomt dat gedetineerden in de leeftijd van 16 tot (indicatief) 24 jaar zich in het algemeen in een relatief kwetsbare periode van hun ontwikkeling bevinden. Om te bepalen of een gedetineerde is gebaat bij plaatsing in een inrichtingvoor psychologisch onvolwassenen vindt indicatiestelling plaats.

4.2. De beroepscommissie stelt vast dat klager, gelet op de tekst van artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden aanhef en onder b, qua leeftijd valt onder de categorie gedetineerden die ineen jovo-inrichting kunnen worden geplaatst. Voorts is uit klagers indicatiestelling gebleken dat hij een tekortkoming heeft voor wat betreft opleiding en dat hij first offender is. Dit maakt dat hij eveneens voldoet aan het tweedecriterium van artikel 16 van de Regeling. Het bestaan van die indicatiestelling blijkt uit het zich bij de stukken bevindende formulier ‘verzamelstaat’. Tegen de achtergrond van het vorenstaande komt de beroepscommissie tot hetoordeel dat klager in beginsel in aanmerking komt voor plaatsing in een jovo-inrichting. Nu klager, die thans 22 jaar is, evenwel gemotiveerd bezwaar heeft tegen de jovo-indicatie en de selectiefunctionaris blijkens de bestredenbeslissing niet op die bezwaren is ingegaan terwijl de stukken ter onderbouwing van de verzamelstaat zich niet bij de aan de beroepscommissie gezonden stukken bevinden, moet de beslissing van de selectiefunctionaris is alsonvoldoende gemotiveerd worden aangemerkt. Het beroep zal mitsdien gegrond worden verklaard. De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn vantwee weken na ontvangst daarvan. De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor toekenning van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 23 maart 2004

secretaris voorzitter

Naar boven