Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/3012/GB, 4 maart 2004, beroep
Uitspraakdatum:04-03-2004

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 03/3012/GB

Betreft: [klager] datum: 4 maart 2004

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 24 december 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], geboren op [1981], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 17 december 2003 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring (h.v.b.) voor psychologisch onvolwassenen (jovo)Nieuw Vosseveld ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 30 oktober 2003 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. Grave. Op 16 januari 2004 is hij overgeplaatst naar het h.v.b. Nieuw Vosseveld (jovo).

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager heeft bezwaar tegen zijn overplaatsing naar Vught omdat zijn oma en moeder moeilijk ter been zijn en ver van Vught wonen. Indien klager geplaatst zou worden in het h.v.b. De Geerhorst in Sittard, zou het voor zijn familieeenvoudiger zijn om hem te bezoeken. Klager heeft belang bij bezoek van zijn moeder omdat hij haar al langere tijd niet gezien heeft. Klager heeft het selectieadvies wel getekend maar toen hij tekende wist hij eigenlijk nietwaarvoor hij tekende. Klager is het niet eens met zijn plaatsing in Vught. Klager heeft daar eerder verbleven en toen konden zijn familieleden hem daar ook niet bezoeken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager verbleef sinds 3 november 2003 in het h.v.b. Grave. Op dat moment was klager 22 jaar oud en viel daarom in de categorie gedetineerden van wie een eerste indicatiestelling moet worden uitgebracht. Op 25 november 2003 is doorhet h.v.b. Grave een indicatiestelling uitgebracht. Blijkens die indicatiestelling scoorde klager op de items A (sociale contacten), B (opleidingen) en E (kwetsbaarheid). Op 28 november 2003 is klager daarom geselecteerd voorplaatsing in het h.v.b. Nieuw Vosseveld (jovo). Klager is voor die inrichting geselecteerd omdat hij preventief is ingesloten voor het arrondissementsparket
’s-Hertogenbosch. Door die plaatsing kunnen de transportlijnen zo kort mogelijk worden gehouden. De selectiefunctionaris heeft het bezwaar van klager ongegrond verklaard. Klager geeft weliswaar aan dat hij graag in Sittard geplaatstzou willen worden maar die inrichting heeft geen jovo-bestemming. Klager heeft in beroep geen nieuwe gronden aangevoerd die voor de selectiefunctionaris tot een nieuwe zienswijze zouden leiden.

4. De beoordeling
4.1 Het jovo-h.v.b. Nieuw Vosseveld is aangewezen als een huis van bewaring voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau alsmede als inrichting voor bijzondere opvang als bedoeld in artikel16 Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (hierna de Regeling).

4.2 De beroepscommissie stelt vast dat het beroep van klager niet is gericht tegen zijn jovo-indicatie, maar dat hij het niet eens is met de keuze van het h.v.b. waar hij dient te verblijven. Blijkens de indicatiestelling heeftklager tekortkomingen ten aanzien van zijn sociale contacten, opleidingen en kwetsbaarheid. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris is, nu klager voldoet aan de voor de onder 4.1genoemde inrichting geldende criteria, niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Daarbij is in aanmerking genomen dat klager invoorlopige hechtenis verblijft voor het arrondissementsparket ’s-Hertogenbosch en dat het h.v.b. van de locatie De Geerhorst geen jovo-regime kent. Hetgeen door klager is aangevoerd omtrent de bezoekmogelijkheden maakt dit oordeelniet anders.
Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 4 maart 2004

secretaris voorzitter

Naar boven