Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ S-20/3638/SGA, 22 mei 2020, schorsing
Uitspraakdatum:22-05-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

Nummer      S-20/3638/SGA             

Betreft        [verzoeker]       Datum         22 mei 2020

Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van […] (hierna: verzoeker)

 

1. De procedure

De directeur van de Penitentiaire Inrichting (PI) Vught (hierna: de directeur) heeft op 1 mei 2020 beslist verzoeker een viertal toezichtmaatregelen op te leggen voor een periode van drie maanden bestaande uit: 1. Inhoudelijke controle van brieven en andere poststukken 2. Het vooraf screenen van telefoonnummers 3. Telefonische contacten worden door personeel tot stand gebracht en 4. Telefoongesprekken worden opgenomen, ingaande op 1 mei 2020 om 14.15 uur en eindigend op 1 augustus 2020 om 14.15 uur, vanwege het contact leggen met de media zonder toestemming van de directeur.

Verzoekers raadsman, mr. A.B.M. Nohl, vraagt namens verzoeker om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging daarvan.

De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van de directeur op het schorsingsverzoek en van de mededeling van de secretaris van de beklagcommissie dat het schorsingsverzoek zal worden ingeschreven als klaagschrift.

 

2.      De beoordeling

De voorzitter stelt voorop dat bij een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling. De zaak kan dus niet ten gronde worden onderzocht. De voorzitter beoordeelt alleen of de beslissing waartegen beklag is ingesteld in strijd is met een wettelijk voorschrift of dat deze zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om op dit moment de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing te schorsen. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval.

Ten aanzien van het opleggen van toezichtmaatregelen geldt, op grond van jurisprudentie van de beroepscommissie, het volgende: a. Er moet sprake zijn van een noodzaak voor het opleggen van de onderhavige toezichtmaatregelen; b. De directeur dient de gedetineerde voorafgaand aan de beslissing te horen; c. De directeur dient een eigen belangenafweging te maken en kan zijn beslissing niet slechts baseren op de plaats en status van verzoeker op de GVM-lijst; en d. De directeur dient een maandelijkse toets te plegen ten aanzien van de noodzaak van voortduring van de toezichtmaatregelen.

Namens verzoeker is aangevoerd dat hij met de opgelegde toezichtmaatregelen ontstoken wordt van bezoek en geen telefonisch contact met de buitenwereld mag leggen. Verzoeker lijdt hieronder nu hij zijn familie erg mist en graag telefonisch contact zou willen opnemen met zijn neef. Verzoeker stelt dat de opgelegde toezichtmaatregelen buitenproportioneel zijn temeer nu hij een personeelslid van het een en ander op de hoogte had gesteld.

Uit de schriftelijke inlichtingen van de directeur komt naar voren dat verzoekers telefoonverkeer steekproefsgewijs is uitgeluisterd. Hieruit kwam naar voren dat verzoeker via derden contact heeft gezocht met de media, hetgeen zonder toestemming van de directeur niet is toegestaan. Verzoeker heeft te kennen gegeven de media in kennis te willen stellen van de gebeurtenissen omtrent een ernstig geweldsincident dat verzoeker heeft veroorzaakt in de PI Alphen. Verzoeker wordt verdacht van het gijzelen en ernstig mishandelen van een personeelslid in die inrichting. Het afdelingshoofd van de PI Vught heeft gevraagd aan verzoeker om te stoppen met het contact zoeken met de media en hem gewezen op eventuele consequenties wanneer hij het zoeken van mediacontact voortzet. Verzoeker heeft aangegeven daaraan geen gehoor te zullen geven. Om de orde en veiligheid binnen de inrichting te waarborgen heeft de directeur verzoeker de toezichtmaatregelen opgelegd. Verzoeker heeft tot op heden de screeningslijsten die hij reeds geruime tijd in zijn bezit heeft niet ingeleverd. Aan verzoeker is uitgelegd dat hij gescreende telefoonnummers mag bellen. In het BPG-regime is het verzoeker toegestaan driemaal per week tien minuten te telefoneren.

Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter wordt uit de bestreden beslissing de noodzaak voor het opleggen van de toezichtmaatregelen voldoende aannemelijk nu hieruit blijkt dat de directeur beschikt over informatie waaruit het zonder toestemming contact maken met de media blijkt. De voorzitter overweegt dat voldoende aannemelijk is geworden dat de directeur een eigen belangenafweging heeft gemaakt. De directeur heeft de bestreden beslissing genomen op grond van de hem beschikbare informatie in combinatie met zijn verantwoordelijkheid voor verzoekers veiligheid en de orde en veiligheid binnen de inrichting. Ook volgt uit de bestreden beslissing dat de directeur verzoeker heeft gehoord voorafgaand aan het opleggen van de toezichtmaatregelen. Gelet op het vorenstaande acht de voorzitter de bestreden beslissing van de directeur niet onredelijk of onbillijk. Het verzoek zal dan ook worden afgewezen.

 

3.      De uitspraak

De voorzitter wijst het verzoek af.

 

 

Deze uitspraak is op 22 mei 2020 gegeven door mr. M. Keppels, voorzitter, bijgestaan door bc. L. Vis-van Alff, secretaris.

secretaris    voorzitter

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

2

Naar boven