Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/5404/GB, 31 maart 2020, beroep
Uitspraakdatum:31-03-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

Nummer          R-19/5404/GB                 

Betreft [klager]            Datum 31 maart 2020

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

De selectiefunctionaris heeft op 8 augustus 2018 opnieuw beslist tot klagers overplaatsing naar de gevangenis van de Penitentiaire Inrichting (PI) Ter Apel en hem niet terug te plaatsen in de gevangenis van de PI Lelystad.

Klagers raadsvrouw, mr. J.J. Serrarens, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

 

2. De ontvankelijkheid

Op grond van artikel 73, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet moet het met redenen omklede beroepschrift uiterlijk op de zevende dag na die waarop de betrokkene kennis heeft gekregen van de beslissing waartegen hij beroep instelt worden ingediend.

De bestreden beslissing dateert van 8 augustus 2018. Het beroepschrift dateert van 26 november 2019 en is op diezelfde datum op het secretariaat van de Raad ontvangen. Hoewel niet kan worden vastgesteld op welke datum klager de bestreden beslissing heeft ontvangen, leidt dit tijdsverloop tot de conclusie dat het beroepschrift te laat is ingediend. De beroepscommissie overweegt daartoe als volgt.

De bestreden beslissing is genomen nadat de beroepscommissie klagers eerdere beroep op 18 juli 2018 gegrond heeft verklaard (17/3474/GB). Zij heeft daarbij de selectiefunctionaris opdracht gegeven om een nieuwe beslissing te nemen binnen twee weken na ontvangst van haar uitspraak. Klager en zijn raadsvrouw hadden dus kort na die twee weken bij de selectiefunctionaris naar de stand van zaken kunnen vragen. Dan zou klager (alsnog) op de hoogte zijn gebracht van de bestreden beslissing. Daartegen had hij vervolgens binnen zeven dagen beroep in kunnen stellen. Nu een en ander niet (tijdig) is gebeurd, moet klager niet-ontvankelijk worden verklaard in zijn beroep.

 

3. De uitspraak

De beroepsrechter verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

 

Deze uitspraak is op 31 maart 2020 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. C. Fetter, voorzitter, J.G.A. van den Brand en mr. M. Iedema, leden, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.

      

secretaris        voorzitter

Naar boven