Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/4722/GB, 24 februari 2020, beroep
Uitspraakdatum:24-02-2020

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         R-19/4722/GB

Betreft: [klager]            datum: 24 februari 2020

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E.A. Blok, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een op 9 september 2019 genomen beslissing van de Minister voor Rechtsbescherming (de Minister) en van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing. Op 21 januari 2020 heeft de beroepscommissie de Minister verzocht om het advies van het Gedetineerden Recherche Informatie Punt (GRIP) aan te leveren. Dit advies is op 28 januari 2020 door de beroepscommissie ontvangen. Klager en zijn raadsvrouw zijn in de gelegenheid gesteld om op het stuk te reageren. Van die gelegenheid is, door een kantoorgenoot van klagers raadsvrouw, op 13 februari 2020 gebruik gemaakt. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De Minister heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Nieuwegein ongegrond verklaard.

2.         De feiten

Klager is sinds 22 juni 2016 gedetineerd. Hij is vanuit het huis van bewaring Alphen te Alphen aan den Rijn in de gevangenis van de p.i. Nieuwegein geplaatst.

3.         De standpunten
3.1.      Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
De Minister beroept zich op nieuwe feiten waarvan klager niet heeft kennisgenomen. Klager moet het enkel doen met het selectieadvies. De informatie in het selectieadvies is wat hem betreft correct. Klager heeft immers als verdachte de meeste kennis van zijn lopende strafzaak. Hij weet niets van rivaliserende groeperingen waarvan de Minister meent dat klager daar mogelijk mee van doen heeft en is evenmin bekend met de aannames die de Minister doet. Klager eist de nieuwe informatie die aan de bestreden beslissing ten grondslag ligt te ontvangen, zodat deze informatie getoetst kan worden aan de hand van zijn strafdossier.
3.2.      Namens de Minister is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager wordt verdacht van een liquidatie die in verband wordt gebracht met de zogeheten Mocro-oorlog. Het is een feit van algemene bekendheid dat binnen die oorlog sprake is van verschillende kampen. De informatie waar namens klager om wordt verzocht, is reeds in de bezwaarfase aan zijn raadsman gestuurd.
3.3.      Namens klager is hierop als volgt gereageerd.De nieuwe informatie waar de Minister zich op beroept, is beslist niet toegezonden. Klager stelt bij geen enkele groep betrokken te zijn en ziet dan ook graag een nadere toelichting op de zogenaamde kampen waar de Minister het over heeft. De Mocro-oorlog is een term die justitie gebruikt en waarvan justitie informatie meent te hebben die zij normaliter niet deelt met derden, dus van een feit van algemene bekendheid is geen sprake. Mocht een nadere toelichting niet volgen, dan ziet klager niet anders dan een gegrondverklaring van het beroep, omdat de Minister weigert inzage te geven in de stukken en derhalve ook de beroepscommissie niet voorziet van alle beschikbare stukken en dus feitelijk informatie achterhoudt. Voorts is geen sprake van een enigszins dragende toelichting op de afwijzing van de overplaatsing naar de door klager gewenste inrichting, wat maakt dat klagers gronden voor een overplaatsing dienen te prevaleren boven dat van de niet te controleren beslissing van de Minister.
3.4.      Op 13 februari 2020 is namens klager als volgt schriftelijk gereageerd op het aan klager toegezonden advies van het GRIP.
De informatie van het GRIP zegt niets over een belemmering voor een plaatsing in het Justitieel Complex (JC) Zaanstad, de inrichting waar klager geplaatst wilde worden en bevestigt derhalve dat klager gewoon naar het JC Zaanstad kan worden overgeplaatst.

4.         De beoordeling
4.1.      Uit het dossier komt naar voren dat klager in eerste aanleg is veroordeeld en daarom dient te worden doorgeplaatst naar een gevangenisafdeling. Hij heeft, zo blijkt uit het selectieadvies, zijn voorkeur uitgesproken voor de gevangenis van de locatie Zuyder Bos dan wel het JC Zaanstad.
4.2.      De Minister heeft toegelicht dat het delict waarvoor klager is veroordeeld verband houdt met de zogeheten Mocro-oorlog, waarbinnen sprake is van verschillende rivaliserende groepen. De Minister stelt dat uit nadere informatie van het GRIP is gebleken dat het onwenselijk is klager te plaatsen in de locatie Zuyder Bos dan wel het JC Zaanstad, vanwege het verblijf van een medeverdachte en anderen uit die rivaliserende groepen. Die stelling vindt echter geen steun in het dossier. Uit het advies van het GRIP van 25 juli 2019, dat desgevraagd in beroep is overgelegd, kan worden afgeleid dat het niet wenselijk is klager te plaatsen in de locatie Zuyder Bos nu daar een medeverdachte verblijft. Uit het advies kan echter niet worden afgeleid dat een plaatsing in het JC Zaanstad onwenselijk moet worden geacht. De bestreden beslissing is in zoverre dan ook onvoldoende toereikend gemotiveerd. De beroepscommissie zal het beroep daarom gegrond verklaren en de bestreden beslissing vernietigen. Zij zal de Minister opdragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Voor een tegemoetkoming bestaat geen aanleiding.

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.

Zij draagt de Minister op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, drs. M.R. van Veen en mr. J.W. Wabeke, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Smeijers, secretaris, op 24 februari 2020.

            secretaris        voorzitter

Naar boven