Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/5287/GB, 22 november 2019, beroep
Ondertekeningsdatum:22-11-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:        R-19/5287/GB

Betreft:            [klager]            datum: 22 november 2019

De alleensprekende beroepsrechter als bedoeld in artikel 73, eerste lid, in verbinding met artikel 69, derde lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van  […], verder te noemen klager, gericht tegen een op 13 november 2019 genomen beslissing van de Minister voor Rechtsbescherming (de Minister),  en van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing. Op grond van het dossieronderzoek overweegt en beslist de beroepsrechter als volgt.

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De Minister heeft klagers verzoek tot uitstel van zijn melddatum  afgewezen c.q. (zo begrijpt de beroepsrechter) klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar.

2.         Ontvankelijkheid

Uit inlichtingen van de penitentiaire inrichting Arnhem blijkt dat klager zich op 20 november 2019 niet in de inrichting heeft gemeld voor het ondergaan van de aan hem opgelegde gevangenisstraf. Hiermee heeft hij zich onttrokken aan zijn detentie en heeft hij zijn status als zelfmelder verloren. Daarom heeft klager geen belang meer bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep. De beroepsrechter zal hem dan ook niet-ontvankelijk in zijn beroep verklaren.

Ten overvloede merkt de beroepsrechter het volgende op. In de bestreden beslissing wordt geen onderscheid gemaakt tussen een bezwaarschrift en een verzoek tot uitstel. Op grond van artikel 17, eerste en tweede lid, juncto artikel 61, vijfde lid, van de Pbw kan een zelfmelder tegen de oproep zich te moeten melden in een bepaalde inrichting binnen zeven dagen na ontvangst van die oproep een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen. Een buiten die termijn ingediend bezwaarschrift moet worden aangemerkt als een nieuw verzoek tot uitstel van de melddatum en dient als zodanig te worden beoordeeld.

3.         De uitspraak

De beroepsrechter verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepsrechter voornoemd, mr. M.J. Stolwerk, in tegenwoordigheid van mr. R. Smeijers, secretaris, op 22 november 2019.

secretaris        voorzitter

Naar boven