Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/2623/GA, 06 november 2019, beroep
Uitspraakdatum:06-11-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

nummer:         R-19/2623/GA

betreft:            [klager]            datum: 6 november 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 10 december 2018 van de beklagcommissie bij de locatie Hoogvliet, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht. De beroepscommissie heeft de directeur in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:          

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie

Het beklag betreft het voorstel tot overplaatsing van klager naar het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) Scheveningen (klachtnummer Ho-2018-419). De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van klager en de directeur

Klager heeft in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt -zakelijk weergegeven- als volgt toegelicht. Klager zit al geruime tijd in onzekerheid over een eventuele overplaatsing en daarmee samenhangende vertraging in zijn traject. Zijn casemanager heeft aangegeven dat hij niet verplicht is naar het PPC te gaan en dat dit al is doorgegeven. Dit is besproken met de psycholoog. Klager is zes weken in onwetendheid gelaten over wat er zou gebeuren. Hierdoor is hij in een dip geraakt. Klager wil graag geholpen worden in de vorm van plaatsing in een kliniek. De directeur heeft in beroep aangegeven te persisteren bij het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt.

3.         De beoordeling

Op grond van artikel 15, eerste lid en derde lid, van de Pbw is (sinds 1 januari 2019) de Minister bevoegd tot plaatsing en overplaatsing naar een inrichting of afdeling. Artikel 17 en 18 van de Pbw geven de te volgen procedures aan. De beroepscommissie is van oordeel dat de beklagrechter zich onbevoegd had moeten verklaren om van het beklag, betreffende een mogelijke overplaatsing van klager naar het PPC, kennis te nemen. Nu de beklagcommissie klager niet-ontvankelijk in het beklag heeft verklaard, zal de uitspraak van de beklagcommissie worden vernietigd. Uit telefonische verkregen informatie van de selectiefunctionaris is gebleken dat op 30 november 2018 is beslist tot overplaatsing van klager naar het PPC en dat deze beslissing op 7 januari 2019 weer is ingetrokken. De beroepscommissie zal de klacht gelet hierop dan ook niet ter behandeling doorsturen naar de Minister.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en bepaalt dat de beklagcommissie onbevoegd is van het beklag kennis te nemen.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. T.B. Trotman, voorzitter, mr. A.M.G. Smit en mr. J.A.M. de Wit, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 6 november 2019.           

 

secretaris       voorzitter

 

Naar boven