Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-19/2769/TA en R-19/2771/TA, 15 augustus 2019, beroep
Uitspraakdatum:15-08-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummers:        R-19/2769/TA en R-19/2771/TA

betreft:       [klager]      datum:  15 augustus 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van de bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschriften ingediend door mr. A.L. Louwerse namens […], verder te noemen klager,

gericht tegen twee uitspraken van 22 januari 2019 van de beklagcommissie bij de Pompestichting, locatie Nijmegen, verder te noemen de inrichting, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraken waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak zijn gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 10 juli 2019, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Lelystad, is gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. A.L. Louwerse en namens het hoofd van de inrichting […], jurist.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraken van de beklagcommissie

Het beklag betreft a. de screening van klagers broer en vriend, b. de weigering van het bezoek van klagers broer en vriend, c. het toezicht op het bezoek van klagers broer en vriend en d. de beperking van klagers bewegingsvrijheid tot de afdeling ingaande op

2 augustus 2018 (PN 2018/164 en -143).

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag vermeld onder a, c en d, op de gronden als in de aangehechte uitspraken weergegeven en niet beslist op het beklag vermeld onder b.

2.         De standpunten van het hoofd van de inrichting en klager

Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.

a., b. en c. De weigering van bezoek en het toezicht op bezoek zijn beperkende maatregelen waartegen op grond van artikel 56 van de Bvt beklag kan worden ingediend. Klager is ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard in het beklag.

In artikel 7.3.1 van de huisregels staat dat, indien de screening positief is, de betreffende bezoeker op bezoek mag komen. Zowel klagers broer als vriend waren eerder gescreend en hadden klager respectievelijk twee- en driemaal eerder in de inrichting bezocht. Overgelegd is een e-mailbericht van de vriend dhr. G. waarin hij bevestigt dat hij al jaren zonder begeleiding bij klager op bezoek komt. In feite kwam het opnieuw screenen van de bezoekers neer op een weigering van het bezoek. Dat de gegevens in het MITS-systeem niet heel duidelijk waren, is door een staflid aangegrepen om het bezoek opnieuw te screenen. Het staflid herinnerde zich ook dat dhr. G. klager eerder had bezocht. Een collega van de inrichtingsjurist heeft erkend dat het MITS-systeem niet altijd duidelijk was. De screening had niet hoeven plaatsvinden en is in strijd met de huisregels. Ook heeft het bezoek ten onrechte onder toezicht plaatsgevonden. Klager is inmiddels overgeplaatst naar de locatie Zeeland en daar heeft dhr. G. hem nu eenmaal onder toezicht bezocht. Gezegd is dat het bezoek van dhr. G. de volgende keer onbegeleid kan plaatsvinden.

d. Door de beperking van klagers bewegingsvrijheid tot de afdeling in klagers behandelplan op te nemen, wordt zijn rechtspositie uitgehold en dit is in strijd met het verbod op discriminatie. Klager dient in het beklag te worden ontvangen.

In een longstayvoorziening dient klager een bepaalde kwaliteit van leven te worden geboden. Klager kon op de afdeling Niers in de locatie Nijmegen niet hardlopen op het terrein. Indien hij weer terugkwam op de afdeling moest hij aanbellen, terwijl het personeel hem gewoon voor de deur zag staan. Dit is heel kinderachtig.

Klager heeft ter zitting het volgende verklaard.

a., b. en c.  Dhr. G. heeft klager wel bezocht in de inrichting en niet alleen spullen voor klager opgehaald en gebracht. Het bezoek van dhr. G. is altijd goed verlopen. Klager heeft hier een nare smaak aan over gehouden. Hij verblijft inmiddels sinds twee weken in de locatie Zeeland en het bezoek is nog steeds niet geregeld. Ook in de locatie Zeeland vindt het bezoek onder toezicht plaats. Dat het MITS-systeem oud en niet gebruikersvriendelijk is, dient te worden opgelost.

d. Dat klager eerst moest aanbellen, sloeg nergens op. Dit gebeurde alleen bij hem. Hij heeft een moeilijke periode gehad nadat hij als gevolg van het advies van de RSJ samen met andere verpleegden was overgeplaatst van de locatie Vught naar de locatie Nijmegen. Hij voelde zich op de afdeling Niers als uitschot behandeld. Hij verwachtte een bepaalde kwaliteit van leven maar heeft nog nooit ergens zo slecht gezeten. Hij probeerde een en ander zo goed mogelijk op te bouwen in de locatie Vught maar dat is in de locatie Nijmegen afgebroken. Klager is nog steeds gemotiveerd voor behandeling, maar alles is van hem afgepakt. Hij is vernederd. Het waren de drie slechtste jaren van zijn leven. Iedereen had het op hem gemunt. Hij verblijft nu sinds twee weken in de locatie Zeeland. Hij kan daar wel hardlopen.

Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.

a.,  b. en c. Het bezoek is niet geweigerd. Omdat het bezoek in MITS stond vermeld als ‘afgekeurd’ zijn de bezoekers opnieuw gescreend. De screening is goed verlopen. Er is volgens het boekje gehandeld. Dhr. G. had geen bezwaar tegen het een uur onder begeleiding bezoeken van klager maar klager wilde dit niet. Het MITS-systeem is een ouder en niet gebruikersvriendelijk systeem.  Op klagers afdeling is het heel gebruikelijk dat bezoek onder toezicht plaatsvindt. In de locatie Nijmegen heeft dhr. G. alleen spullen voor klager gebracht en opgehaald.

d. In de afdelingsregels van de afdeling Niers is - in verband met de populatie die daar verblijft - opgenomen onder 7.2 dat de bewegingsvrijheid van de verpleegden is beperkt tot de afdeling en dat het TBO zal beoordelen of en onder welke omstandigheden de bewegingsvrijheid zal worden uitgebreid, hetgeen zal worden vastgelegd in het behandelingsplan. In klagers behandelingsplan is in de betreffende periode opgenomen dat zijn bewegingsvrijheid is beperkt tot de afdeling. Klager is geen maatregel opgelegd en is terecht niet-ontvankelijk verklaard in het beklag. Klager is er herhaaldelijk op gewezen dat hij moest aanbellen, maar maakte er een spelletje van. Het personeel dient te weten of klager op de afdeling is. De pieper wordt hier op ingesteld. De verleende vrijheden bleken te hoog gegrepen voor klager en er is een stapje teruggedaan.

3.         De beoordeling

Met betrekking tot a:

Uit de stukken en de behandeling ter zitting volgt dat (opnieuw) screening van twee van klagers bezoekers heeft plaatsgevonden omdat in het MITS-systeem was vermeld dat het bezoek van deze bezoekers was afgekeurd.

Gelet op vaste jurisprudentie (zie bijv. RSJ 15 maart 2007, 06/2705/TA) kan tegen een beslissing tot screening van bezoekers beklag worden ingediend. De beroepscommissie zal derhalve de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en klager alsnog ontvangen in het beklag.

Gelet op de vermelding in het MITS-systeem dat het bezoek van de bezoekers was afgekeurd, acht de beroepscommissie de beslissing om de bezoekers opnieuw te screenen niet onredelijk of onbillijk en zal zij derhalve het beklag op dit punt alsnog ongegrond verklaren.

Met betrekking tot b:

De beklagcommissie heeft op dit onderdeel van het beklag niet beslist. Om proceseconomische redenen zal de beroepscommissie dit onderdeel van het beklag zelf beoordelen. Naar het oordeel van de beroepscommissie is in dit geval geen sprake van  een daadwerkelijke weigering van bezoek en kan  klager  op dit punt niet in het beklag worden ontvangen. 

Met betrekking tot c:

Ten aanzien van het bezoek van twee van klagers bezoekers is beslist dat na het (opnieuw) screenen van deze bezoekers het eerste bezoek onder toezicht diende plaats te vinden. Dit betreft naar het oordeel van de beroepscommissie een beslissing als vermeld in artikel 37, vierde lid, Bvt en gelet op het bepaalde in artikel 56, eerste lid aanhef en onder c, Bvt zal de beroepscommissie de uitspraak van de beklagcommissie op dit punt vernietigen en  klager alsnog ontvangen in dit onderdeel van het beklag .

Gelet op het feit dat in het MITS-systeem het bezoek van deze bezoekers als ‘afgekeurd’ werd vermeld en (opnieuw) screening had plaatsgevonden, is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing om vervolgens het eerstvolgende bezoek van deze bezoekers onder toezicht te laten plaatsvinden niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. De beroepscommissie zal in zoverre het beklag alsnog ongegrond verklaren.

Ten aanzien van d:

In klagers vrijhedencontract staat vermeld dat het klager niet is toegestaan om onbegeleid andere afdelingen te bezoeken omdat hij zich niet houdt aan het vrijhedencontract. Klager volgt met name de aanwijzingen van het personeel niet op omdat hij niet aanbelt als hij weer de afdeling op wil gaan.

Hetgeen is opgenomen in klagers vrijhedencontract maakt deel uit van klagers verplegings- en behandelingsplan.

Naar het oordeel van de beroepscommissie was in de betreffende periode de grondslag voor de beperking van klagers bewegingsvrijheid tot zijn afdeling gelegen in zijn verplegings- en behandelingsplan en maakte deze deel uit van zijn behandeling.

Aan klager zijn niet op een andere grondslag verdergaande beperkingen opgelegd. Derhalve is er geen sprake van een aan klager opgelegd afdelingsarrest en betreft de beperking van klagers bewegingsvrijheid geen beslissing waartegen op grond van het bepaalde in artikel 56 of artikel 57 Bvt beklag kan worden ingediend.

Naar het oordeel van de beroepscommissie is geen sprake van strijd met (hogere) regelgeving en is klager terecht niet-ontvankelijk verklaard in dit onderdeel van het beklag. De beroepscommissie is overigens niet bevoegd te treden in de behandeling en de inhoud van een verplegings- en behandelingsplan van een verpleegde. Het beroep zal in zoverre ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagcommissie zal op dit punt worden bevestigd met deels aanvulling van de gronden.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart ten aanzien van d. het  beroep ongegrond en bevestigt in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie met deels aanvulling van de gronden.

Ten aanzien van a. en c. vernietigt de beroepscommissie in zoverre de uitspraak van de beklagcommissie, ontvangt klager op deze punten alsnog in het beklag maar verklaart zij het beklag ongegrond.

Ten aanzien van b. verklaart de beroepscommissie klager niet-ontvankelijk in het beklag.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, drs. H. Heddema en mr. drs. L.C. Mulder, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 15 augustus 2019.           

            secretaris                                 voorzitter        

Naar boven