Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-18/2267/GA, 25 juli 2019, beroep
Uitspraakdatum:25-07-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Bezoek  v

 

nummer:          R-18/2267/GA

betreft: [klager]                                   datum: 25 juli 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van  […], verder te noemen klager,  gericht tegen een uitspraak van 9 november 2018 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Sittard, betreffende de beslissing klagers partner op 10 oktober 2018 de toegang tot de inrichting te ontzeggen (G-2018-000791),  en van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.  De beroepscommissie heeft de directeur van bovengenoemde inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager, en zijn raadsman J. van Rooijen, om het beroep schriftelijk toe te lichten. De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De beoordeling

Artikel 38, eerste lid, van de Pbw bepaalt dat de gedetineerde recht heeft gedurende ten minste één uur per week op in de huisregels vastgestelde tijden en plaatsen bezoek te ontvangen. Op grond van artikel 38, derde lid, van de Pbw in samenhang met artikel 36, vierde lid, van de Pbw kan de directeur de toelating tot de gedetineerde van een bepaald persoon weigeren, indien dit noodzakelijk is met het oog op de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting. In paragraaf 3.8.1 van de huisregels van de p.i. Sittard is bepaald dat bezoekers bij binnenkomst met behulp van detectieapparatuur worden gecontroleerd. Zij die weigeren hieraan hun medewerking te verlenen, worden niet tot de inrichting toegelaten. Als daar aanleiding voor is, wordt de bezoeker verzocht mee te werken aan controle aan de kleding. Bij de bezoekreceptie kan informatie over de bezoekprocedure worden ingewonnen. Volgens de bezoekregels van de p.i. Sittard, zoals die gelden vanaf 30 maart 2016, wordt de bezoeker de toegang tot de inrichting ontzegd, indien deze niet piepvrij de detectiepoort passeert.
Uit de stukken blijkt dat klagers partner op 1 augustus 2018 handmatig is gefouilleerd en toen – na een waarschuwing – alsnog tot de inrichting is toegelaten. Blijkens het dagjournaal van de bezoekreceptie van 10 oktober 2018 werd zij de toegang tot de inrichting geweigerd, omdat zij er (opnieuw) niet in slaagde de detectiepoort piepvrij te passeren. De beslissing klagers partner op 10 oktober 2018 de toegang tot de inrichting te weigeren en haar niet toe te staan een ander – in de auto liggend en met het oog op de detectiepoortjes geschikter – kledingstuk aan te trekken, kan in het licht van de in de p.i. Sittard geldende regels niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard.

2.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, J. Schagen MA en mr. T.B. Trotman, leden, in tegenwoordigheid van M.G. Bikker, secretaris, op 25 juli 2019.

 

            secretaris         voorzitter

 

 

 

 

Naar boven