Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 00/2670/TB, 2 mei 2001, beroep
Uitspraakdatum:02-05-2001

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 00/2670/TB

betreft: [klager] datum: 2 mei 2001

U I T S P R A A K

van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (BVT), inzake het beroep van

[...], verder te noemen klager,

tegen een beslissing van:

De Minister van Justitie, verder te noemen de Minister.

B E V I N D I N G E N E N O V E R W E G I N G E N :

1. De bestreden beslissing
De Minister heeft op 2 oktober 2000 klagers overplaatsing van de Prof.mr. W.P.J. Pompekliniek te Nijmegen (verder de Pompekliniek) naar de TBS-Kliniek De Singel te Amsterdam (hierna: De Singel) geformaliseerd.

2. De procedure
De beroepscommissie heeft kennis genomen van onder meer de volgende stukken:
- het ongedateerde beroepschrift van klager, ingekomen op het secretariaat d.d. 21 december 2000;
- de schriftelijke inlichtingen en opmerkingen d.d. 23 februari 2001 van de Minister over de aangevochten beslissing.

Klager is ter zitting d.d. 21 maart 2001 door de beroepscommissie gehoord. Hiervan is het aangehechte verslag opgemaakt.

De Minister is in de gelegenheid gesteld zijn standpunt mondeling toe te lichten, maar heeft daarvan geen gebruik gemaakt.

3. De feiten
Klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak ter beschikking gesteld met bevel tot verpleging van overheidswege (tbs). In het kader van de tbs is hij geselecteerd voor en vervolgens op 2 december 1993 geplaatst in dePompekliniek.
Bij brief van 14 juli 2000 heeft de Pompekliniek de Minister op de hoogte gebracht van het voornemen om klager over te plaatsen naar De Singel. Bij schrijven van 20 juli 2000 heeft de Pompekliniek de Minister bericht dat klager op12 juli 2000 is gehoord over de voorgenomen overplaatsing en dat klager zich daarin kon vinden. Bedoelde overplaatsing is op 17 juli 2000 gerealiseerd. Op 13 september 2000 heeft De Singel de met de Pompekliniek bereikteovereenstemming over klagers overplaatsing schriftelijk bevestigd. Bij beschikking d.d. 2 oktober 2000 heeft de Minister klagers overplaatsing geformaliseerd.

4. De standpunten
4.1. Het standpunt van klager
Klager heeft de bestreden beslissing pas op 18 december 2000 in De Singel ontvangen.
Hij verbleef op een gegeven moment op een afdeling vanwaar hij zou gaan resocialiseren. Volgens de staf werd klager beïnvloed door een bewoner van die afdeling, waardoor klager werd teruggeplaatst op een afdeling waar het eerdermis was gegaan. Daar ging het opnieuw mis. Het ging niet goed met hem in de Pompekliniek vanwege zijn angst voor separatie. Hij heeft twee maal een staflid bedreigd. De laatste keer is hij zelf meegelopen naar de separeercel.Destijds was hij het eens met zijn overplaatsing naar De Singel. Achteraf echter niet. De psychiater van de Pompekliniek had hem gezegd dat een brief zou worden gestuurd naar die tbs-inrichtingen waar klager het beste behandeld konworden. Tot zijn verbazing leest klager in de reactie van de Minister op het beroep dat hij gewoon geruild is. Hem is destijds niet gezegd dat De Singel een tbs-inrichting in een huis van bewaring, een noodvoorziening, is. Hij isgewoon in een bajes gestopt. In tegenstelling tot hetgeen wordt geschreven is hij er niet tevoren van op de hoogte gesteld dat hij na aankomst in De Singel zou worden afgezonderd. Hem was gezegd dat hij na deelname aan therapie opzijn kamer zou moeten verblijven. Hij krijgt echter maar een keer per week therapie in De Singel. Ter staving daarvan overlegt hij zijn dagprogramma, zoals dat er sinds 26 januari 2001 uitziet. In het geval hij nu een pistool zoukrijgen, zou hij zich een kogel door het hoofd schieten. In De Singel wordt hij niet behandeld. Er wordt op een kleuterachtige manier met hem omgegaan. Als hij ondergoed of een snaar voor zijn gitaar wil kopen, moet hij daarvoortoestemming vragen. Volgens de directie loopt klager anders teveel prikkels op en wil De Singel niet dezelfde fout maken als de Pompekliniek. Klager meent het echt dat ze hem dan maar beter op een longstay afdeling kunnen plaatsen,omdat hij dan tenminste nog kan werken.

4.2. Het standpunt van de Minister
Selectie en plaatsing van ter beschikking gestelden vindt sinds enige tijd plaats krachtens een procedure, die is neergelegd in de notitie vereenvoudigde plaatsingssystematiek. In het kader van een eerste plaatsing in eentbs-inrichting wordt aan een viertal criteria getoetst. De daaruit verkregen gegegevens worden in een geautomatiseerd systeem ingevoerd. De betrokkene wordt vervolgens aan een tbs-inrichting toebedeeld, waarbij de wachtlijsten vooralle in aanmerking komende tbs-inrichtingen een rol spelen.
In geval van overplaatsing naar een andere tbs-inrichting wordt gesproken van of herplaatsing of ruiling. Een tbs-inrichting kan een ter beschikking gestelde ter herplaatsing aanbieden als een opname in een andere tbs-inrichtingnoodzakelijk is vanuit het oogpunt van voortgang in de behandeling, mits de behandeling niet langer dan drie jaar (gerekend vanaf de datum van opname) heeft geduurd. In dat geval wordt dezelfde procedure doorlopen als bij selectievoor eerste opname. Volgens afspraak kan een tbs-inrichting per jaar slechts 20% van de totale afgesproken instroom (nieuwe opnames) ter herplaatsing aanbieden. De ter herplaatsing aangeboden ter beschikking gestelde wordt danbovenaan de wachtlijst van de nieuwe tbs-inrichting geplaatst.
In elk stadium van de procedure kan een tbs-inrichting een ter beschikking gestelde ruilen met een patiënt van een andere tbs-inrichting. De inhoudelijke beoordeling van de wenselijkheid daarvan ligt bij de tbs-inrichtingen,aangezien aldaar de expertise aanwezig is om te beoordelen of voortzetting van de behandeling in de inrichting wenselijk is en om te bezien welke andere tbs-inrichting wellicht beter geoutilleerd zou zijn om de behandeling van debetrokken ter beschikking gestelde op deugdelijke wijze vorm te kunnen geven. De Minister heeft bij de uiteindelijke beslissing een marginale rol, die met name ziet op de beoordeling of aan de procedurele voorschriften is voldaan:de ter beschikking gestelde dient gehoord te worden over de voorgenomen overplaatsing in het kader van een ruiling; vervolgens moet de inrichting een schriftelijke bevestiging zenden over de ruiling. Daarna kan de Minister eenplaatsingsbeschikking maken.
In het onderhavige geval heeft de Pompekliniek op 14 juli 2000 het voornemen van klagers overplaatsing naar De Singel kenbaar gemaakt. Op 20 juli 2000 heeft zij gemeld dat de voorgenomen overplaatsing met klager is besproken en datklager zich van meet af aan daarin kon vinden, hetgeen klager nogmaals in dat gesprek had bevestigd; klager wilde een nieuwe start maken in De Singel aangezien zijn verblijf in de Pompekliniek de laatste jaren vele incidenten kende.Blijkens het verlengingsadvies tbs van 3 januari 2000 had klager vele stemmingswisselingen, waarbij gespannenheid en daadwerkelijk agressief gedrag jegens personeel en medepatiënten veelvuldig redenen vormden voor plaatsing inseparatie of afzondering. Tevens was vaak sprake van automutilatief gedrag. Op 12 december 1999 was sprake van een ernstig incident, waarbij klager een sociotherapeut bedreigde met een stanleymes. Klager is gesepareerd en vervolgensafgezonderd, hetgeen heeft geduurd tot aan zijn overplaatsing naar De Singel. Op 13 september 2000 heeft De Singel de met de Pompekliniek bereikte overeenstemming over klagers overplaatsing schriftelijk bevestigd. Daarbij isaangegeven dat klager had ingestemd met de overplaatsing en dat klager sinds zijn overplaatsing op 17 juli 2000 op de separatieafdeling verblijft. Gemeld werd dat klager zijn situatie als belastend ervaart, maar moet erkennen dat deduidelijke bejegening en begrenzing hem goed doen. Pas na ontvangst van die bevestiging heeft de Minister, op 2 oktober 2000, de plaatsingsbeslissing kunnen maken, die op die datum aan klager is gezonden en volgens klager op 18december 2000 aan hem is uitgereikt.
Geconcludeerd wordt dat klager in zijn beroep kan worden ontvangen en dat dit beroep ongegrond zal zijn. De overplaatsing was geïndiceerd, nu aannemelijk is dat klagers behandeling in de Pompekliniek in een impasse was geraakt enklager een tweede kans verdient in een andere tbs-inrichting.

5. De beoordeling
Naar het oordeel van de beroepscommissie kan klager in zijn beroep worden ontvangen, gelet op zijn niet weersproken verklaring dat hij de bestreden beslissing eerst op 18 december 2000 heeft ontvangen.

Vast staat dat klager is gehoord over zijn voorgenomen overplaatsing van de Pompekliniek naar De Singel, zodat is voldaan aan de in artikel 53, tweede lid, BVT neergelegde hoorplicht.
Ingevolge het bepaalde in artikel 54, tweede lid, BVT ontvangt een ter beschikking gestelde - voorzover hier van belang - onverwijld en schriftelijk mededeling omtrent de beslissing hem te plaatsen in een tbs-inrichting.
Nu klager zonder enige berichtgeving van de Minister op 17 juli 2000 in De Singel is geplaatst en de Minister eerst op 2 oktober 2000 een plaatsingsbeslissing heeft afgegeven, die - naar niet is bestreden - op 18 december 2000 aanklager is uitgereikt, moet worden geoordeeld dat de Minister in strijd met de informatieplicht heeft gehandeld.
Het beroep is derhalve op formele grond gegrond. Klager dient deswege een tegemoetkoming te worden toegekend en de beroepscommissie zal deze vaststellen op
f. 100,=.

Inhoudelijk wordt als volgt overwogen.

Bij de plaatsing of overplaatsing van ter beschikking gestelden dient de Minister, op grond van artikel 11, tweede lid, van de BVT in zijn overwegingen te betrekken:
a) de eisen die de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de ter beschikking gestelde voor de veiligheid van anderen dan de ter beschikking gestelde of de algemene veiligheid van personen of goederen stelt, en
b) de eisen die de behandeling van de ter beschikking gestelde gezien de aard van de bij hem geconstateerde gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van zijn geestvermogens stelt.

Uitgangspunt van het op grond van het IBO II-rapport door de Minister geformuleerde beleid is dat alle tbs-inrichtingen geoutilleerd zijn voor iedere ter beschikking gestelde, met uitzondering van een aantal speciale categorieën, teweten vrouwen, zwakbegaafden en extreem beheers- en vluchtgevaarlijke ter beschikking gestelden. Daarnaast wordt onderscheiden naar de primaire psychopathologie: psychotische stoornis of persoonlijkheidsstoornis.

Naar de Minister heeft aangegeven is ten aanzien van klager sprake van een ruiling en vindt in dat geval door de Minister geen toetsing aan bovengenoemde criteria plaats. De Minister beoordeelt of door de inrichtingen, die dewenselijkheid van een ruiling inhoudelijk beoordelen, is voldaan aan de procedurele voorschriften.
In de beslissing heeft de Minister verwezen naar de (hierboven genoemde) brieven d.d. 14 en 20 juli 2000 van de Pompekliniek en de brief d.d. 13 september 2000 van De Singel.
Geen overwegingen zijn daarin gewijd aan een voor klager wenselijk te achten behandeling. In de reactie op klagers beroep heeft de Minister, onder verwijzing naar het verlengingsadvies tbs d.d. 3 januari 2000 aangegeven hetaannemelijk te vinden dat de behandeling van klager in de Pompekliniek in een impasse is geraakt; klager verdient een tweede kans, zodat klagers plaatsing in een andere tbs-inrichting derhalve geïndiceerd was.
Het ontbreken van een nadere motivering omtrent de overplaatsing naar juist De Singel geeft in de onderhavige zaak geen aanleiding om het beroep op die grond gegrond te verklaren, nu klager voorafgaand aan de overplaatsing isgehoord en klager toen te kennen had gegeven zich in die overplaatsing te kunnen vinden.
Hetgeen klager ter zitting van de beroepscommissie heeft aangevoerd is niet zodanig zwaarwegend dat dit zou kunnen of moeten leiden tot het oordeel dat de Minister in redelijkheid niet tot de bestreden plaatsingsbeslissing heeftmogen komen. De wijze waarop door een tbs-inrichting invulling wordt gegeven aan een tbs-behandeling staat niet ter beoordeling van de beroepscommissie.
Het hiervoor overwogene in aanmerking genomen is de beslissing klager over te plaatsen naar De Singel materieel niet in strijd met de BVT en kan deze evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

Nu de bestreden beslissing op formele grond dient te worden vernietigd zal de beroepscommissie met toepassing van het bepaalde in artikel 66, derde lid, onder b, BVT in verbinding met artikel 69, vijfde lid, BVT bepalen dat haaruitspraak met betrekking tot de plaatsing van klager in de plaats treedt van de bestreden beslissing.

Op grond van het bovenstaande komt de beroepscommissie tot de volgende beslissing.
6. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond op formele grond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij bepaalt dat haar uitspraak omtrent de plaatsing van klager in de plaats treedt van de bedoelde beslissing.
Zij bepaalt de aan klager ten laste van de Minister toekomende tegemoetkoming op
f. 100,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.M. van der Vaart, voorzitter, dr. H. van den Berg en mr. C.L. van den Puttelaar, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 2 mei 2001.

secretaris voorzitter

Nummer: 00/2670/TB

Betreft: [...], verder klager te noemen.

Verslag van het behandelde ter zitting van de beroepscommissie uit de sectie terbeschikkingstelling van de Centrale Raad voor Strafrechtstoepassing, bedoeld in artikel 69 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden,van 21 maart 2001, gehouden in de penitentiaire inrichtingen "Over-Amstel" te Amsterdam.

Samenstelling van de beroepscommissie:
voorzitter: mr. J.M. van der Vaart
leden: dr. H. van den Berg en mr. C.L. van den Puttelaar.
Het lid Van den Berg was verhinderd bij het horen aanwezig te zijn, maar heeft op grond van het verslag van horen en de overige stukken inhoudelijk het beroep beoordeeld.
De beroepscommissie is bijgestaan door de secretaris mr. E.W. Bevaart.

De Minister is in de gelegenheid gesteld te worden gehoord, maar heeft daarvan geen gebruik gemaakt.
Gehoord is klager.

Door klager is - zakelijk weergegeven - het volgende aangevoerd.
In zijn beroepschrift heeft klager geschreven dat mr. H.T.A. Seegers zijn raadsman is. Hij heeft inmiddels echter een andere raadsman, die niet in deze zaak voor hem optreedt.
Klager heeft de bestreden beslissing pas op 18 december 2000 in De Singel ontvangen.
Hij verbleef op een gegeven moment op een afdeling vanwaar hij zou gaan resocialiseren. Volgens de staf werd klager beïnvloed door een bewoner van die afdeling, waardoor klager werd teruggeplaatst op een afdeling waar het eerdermis was gegaan. Daar ging het opnieuw mis. Het ging niet goed met hem in de Pompekliniek vanwege zijn angst voor separatie. Hij heeft twee maal een staflid bedreigd. De laatste keer is hij zelf meegelopen naar de separeercel.Destijds was hij het eens met zijn overplaatsing naar De Singel. Achteraf echter niet. De psychiater van de Pompekliniek had hem gezegd dat een brief zou worden gestuurd naar die tbs-inrichtingen waar klager het beste behandeld konworden. Tot zijn verbazing leest klager in de reactie van de Minister op het beroep dat hij gewoon geruild is. Hem is destijds niet gezegd dat De Singel een tbs-inrichting in een huis van bewaring, een noodvoorziening, is. Hij isgewoon in een bajes gestopt. In tegenstelling tot hetgeen wordt geschreven is hij er niet tevoren van op de hoogte gesteld dat hij na aankomst in De Singel zou worden afgezonderd. Hem was gezegd dat hij na deelname aan therapie opzijn kamer zou moeten verblijven. Hij krijgt echter maar een keer per week therapie in De Singel. Ter staving daarvan overlegt hij zijn dagprogramma, zoals dat er sinds 26 januari 2001 uitziet. In het geval hij nu een pistool zoukrijgen, zou hij zich een kogel door het hoofd schieten. In De Singel wordt hij niet behandeld. Er wordt op een kleuterachtige manier met hem omgegaan. Als hij ondergoed of een snaar voor zijn gitaar wil kopen, moet hij daarvoortoestemming vragen. Volgens de directie loopt klager anders teveel prikkels op en wil De Singel niet dezelfde fout maken als de Pompekliniek. Klager meent het echt dat ze hem dan maar beter op een longstay afdeling kunnen plaatsen,omdat hij dan tenminste nog kan werken.

secretaris voorzitter

Naar boven