Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-18/427/GA, 9 januari 2019, beroep
Uitspraakdatum:09-01-2019

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

nummer:          R-18/427/GA

betreft: [klager]            datum: 9 januari 2019

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van de directeur van het Centrum voor Transculturele Psychiatrie (CTP) Veldzicht te Balkbrug, gericht tegen een uitspraak van 8 mei 2018 van de beklagcommissie bij het CTP Veldzicht, gegeven op een klacht van […], verder te noemen klager, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht. Ter zitting van de beroepscommissie van 26 november 2018, gehouden in de penitentiaire inrichting Lelystad, zijn gehoord klagers raadsman mr. R.T. Schrama en […] namens de directie van het CTP Balkbrug. Klager heeft schriftelijk afstand gedaan van het recht ter zitting te worden gehoord. Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1.         De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie

Het beklag betreft het niet verstrekt krijgen van koosjer eten (VP-2018-000005).

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2.         De standpunten van de directeur en klager

Namens de directeur is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager heeft bij binnenkomst in december 2017 terloops aangegeven koosjer eten te willen nuttigen. Hij at vervolgens gewoon mee met de reguliere maaltijden. Hij heeft nadien nooit herhaald koosjere maaltijden te willen en niet meer mee te willen eten met de reguliere maaltijden. De beklagcommissie stelt dat geen dagrapportages zijn overgelegd in de beklagprocedure en derhalve niet is na te gaan of de informatie in het verweer van de directeur juist is. In beginsel dient echter uit te worden gegaan van de juistheid van de informatie in het verweer. Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager heeft uitdrukkelijk aangegeven koosjer te willen eten. De enkele omstandigheid dat hij mee at met de pot wil niet zeggen dat hij geen koosjere maaltijden meer wenste. Omdat de standpunten van klager en de directeur lijnrecht tegenover elkaar staan, is verzocht om verstrekking van de dagrapportages.

3.         De beoordeling

Voor zover door de directeur is geklaagd over de procedure bij de beklagcommissie gaat de beroepscommissie hieraan voorbij, nu het beklag in beroep opnieuw ten gronde wordt beoordeeld. Op grond van artikel 44, derde lid, van de Pbw dient de directeur bij het verstrekken van voeding zoveel mogelijk rekening te houden met de godsdienst of levensovertuiging van de gedetineerde. Vaststaat dat klager na binnenkomst in het CTP Veldzicht heeft verzocht om koosjere maaltijden omdat hij half joods is. Namens de directeur is toegelicht dat klagers verzoek niet in behandeling is genomen, omdat hij de reguliere maaltijden niet heeft geweigerd en klager nadien zijn verzoek niet expliciet heeft herhaald. Door klagers verzoek niet in behandeling te nemen heeft de directeur, naar het oordeel van de beroepscommissie, niet voldaan aan zijn zorgplicht zoals bedoeld in artikel 44, derde lid, van de Pbw. Zij verklaart het beroep van de directeur ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met wijziging van gronden.

4.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met wijziging van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr.dr. J. de Lange, voorzitter, J.G.A. van den Brand en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Smeijers, secretaris, op 9 januari 2019.

 

 

 

            secretaris         voorzitter

 

 

 

Naar boven