Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-18/1229/GB, 29 november 2018, beroep
Uitspraakdatum:29-11-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

Nummer:         R-18/1229/GB

Betreft:            […]      datum: 29 november 2018

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. F.L.C. Schoolderman, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een op 19 juni 2018 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, en van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te over te plaatsen naar de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught ongegrond verklaard.

2.         De feiten

Klager is sinds 26 januari 2008 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis van de locatie Sittard. Op 8 maart 2018 is hij overgeplaatst naar de gevangenis van de p.i. Vught, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

3.         De standpunten

3.1.      Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De stelling dat klager medegedetineerden onder druk zou zetten en bedreigen is niet gepreciseerd. Klager betwist dit. De inrichting heeft in augustus 2017 aangegeven dat er geen concrete beschuldigingen tegen klager bestaan. De beschuldiging door een medegedetineerde in december 2017 is volgens hemzelf slechts een vaag vermoeden. Noch de aanwezigheid van een grote hoeveelheid shag noch de aangehaalde rapporten impliceren dat sprake zou zijn van bedreigingen. Het is vrij eenvoudig om contrabande te verkrijgen. Dit betekent niet dat klager over criminele connecties beschikt. Klager kreeg slechts één dag van tevoren te horen dat hij zou worden overgeplaatst. Dit ontnam de mogelijkheid de beslissing effectief te schorsen. Dat klemt temeer nu klager eerder in 2017 ook met spoed is overgeplaatst, waardoor hij zes weken ten onrechte in het basisregime heeft verbleven. Het beklag daartegen werd gegrond verklaard. Klagers vestigingsadres is in Limburg. Zijn bezoek komt daar eveneens vandaan. De overplaatsing naar de p.i. Vught stelt hem dus bloot aan verdergaande beperkingen van zijn vrijheid dan strikt noodzakelijk, wat strijdig is met artikel 2, vierde lid, Pbw. Het is weliswaar niet onmogelijk om bezoek te ontvangen, maar het bezoek wordt wel onnodig gehinderd.

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Aan klager zijn op 5 mei 2017, 3 oktober 2017, 4 oktober 2017, 6 februari 2018, 7 februari 2018, 8 februari 2018, 24 februari 2018. 27 februari 2018 en 28 februari 2018 rapporten en disciplinaire straffen opgelegd in verband met aangetroffen contrabande, geweld richting een medegedetineerde en goederen en een positieve urinecontrole. Voorts blijkt uit het selectieadvies dat klager veel genoemd werd in verband met afrekeningen en bedreigingen, maar dat gedetineerden dat niet op papier durfden te zetten. Met de overplaatsing is mede beoogd klagers lijnen om in bezit van contrabande te komen te doorbreken. De gegrond verklaarde klacht waaraan klager refereert ziet overigens op de degradatiebeslissing en niet op de overplaatsing.

4.         De beoordeling

Uit de door de selectiefunctionaris overgelegde rapporten blijkt dat in de locatie Sittard aan klager – ook kort voor zijn overplaatsing – veel straffen zijn opgelegd, voornamelijk wegens bezit van (grote hoeveelheden) contrabande. De beslissing om klager over te plaatsen in een poging de aanvoer daarvan te dwarsbomen acht de beroepscommissie geenszins onredelijk of onbillijk. Hierbij komt nog dat klager ook door gebruik van geweld en bedreigingen – waarvan diverse en ernstige vermoedens bestonden – tornde aan de orde, rust en veiligheid in de inrichting. Het beroep zal dus ongegrond worden verklaard.

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, mr. A.T. Bol en J.G.A. van den Brand, leden, in tegenwoordigheid van P. de Vries, secretaris, op 29 november 2018.

 

 

 

            secretaris         voorzitter

 

Naar boven