nummer: 17/3167/GA
betreft: [Klager] datum: 18 april 2018
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van [Klager], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
De beroepscommissie heeft de directeur van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het plaatsen van klager op de inkomstenafdeling in plaats van op een normale afdeling (VU 2017-000463).
De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk in zijn beklag verklaard, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Klager is van oordeel dat hij op een normale afdeling met meer recreatie en een uitgebreider winkellijst had moeten worden geplaatst, gelet op zijn ‘groene’ voorgeschiedenis in een voorgaande inrichting.
De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet verder toegelicht. Dit standpunt houdt in dat het de selectiefunctionaris is die het regiem bepaalt, en niet de directeur.
3. De beoordeling
De beroepscommissie heeft in de brief van de selectiefunctionaris van 30 januari 2017 waarbij aan klager werd meegedeeld dat besloten was hem te selecteren voor het “Penitentiair Psych. Centrum Man regiem” van de P.I. Vught niet kunnen lezen voor welke afdeling hij was geselecteerd; klager was op de wachtlijst geplaatst. Een door de selectiefunctionaris opgemaakt risicoprofiel als bedoeld in artikel 22 van de ‘Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden’ (verder: de Regeling) heeft de beroepscommissie niet aangetroffen. Dit brengt mee dat het de directeur is die bepaalt in welk regiem klager wordt geplaatst. In zoverre volgt de beroepscommissie de beklagrechter niet.
Overigens is het niet onredelijk om een ‘nieuwe’ gedetineerde eerst in de inkomstenafdeling te plaatsen teneinde inzicht in de persoon van de nieuweling te krijgen, alvorens hem door te plaatsen naar die afdeling waar hij het meest op zijn plaats wordt geacht. De Regeling biedt daartoe een periode van zes weken (artikel 1d, tweede lid).
Tegen de achtergrond van het vorenstaande zal de uitspraak van de beklagrechter worden vernietigd, zal klager alsnog ontvankelijk worden verklaard in zijn beklag, maar zal dit beklag ongegrond worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag, maar verklaart dit beklag ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. N. Jörg, voorzitter, J. van den Brand en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. A. de Groot, secretaris, op 18 april 2018.
secretaris voorzitter