nummer: 18/24/GA
betreft: [klager] datum: 10 juli 2017
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. H.M.S. Cremers, namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 22 december 2017 van de beklagcommissie bij de locatie Zuyder Bos van de penitentiaire inrichting (p.i.) Heerhugowaard, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 15 juni 2018, gehouden in de p.i. Lelystad, zijn gehoord klagers raadsvrouw mr. L. Toet en de heer […], plaatsvervangend vestigingsdirecteur bij de locatie Zuyder Bos en mevrouw […], juridisch medewerker bij locatie Zuyder Bos. Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorg gedragen, heeft hij daarvan geen gebruik gemaakt.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Klager klaagt over het niet doorgeven van een terugbelverzoek van zijn raadsvrouw op 9 maart 2017. Hij verzoekt om een hogere tegemoetkoming dan de gebruikelijke € 5,=. (ZB-2017-176).
Klager klaagt over de oplegging van meerdere disciplinaire straffen vanwege het gebruik van cannabis (ZB-2017-183, ZB-2017-306 en ZB 2017-417).
Klager klaagt over de dagvergoeding die hij ontvangt (ZB-2017-184).
Klager heeft maandenlang op zijn laptop moeten wachten. Dat is onredelijk (ZB-2017-195).
Klager klaagt over het niet waarborgen van zijn medische privacy en over het niet uitreiken van het D&R plan (ZB-2017-198).
Klager klaagt over het ontslaan uit het kosterschap, vanwege cannabisgebruik (ZB-2017-208).
Klager heeft geen mogelijkheid om gebruik te maken van een laptop/pc met vrij internet (ZB-2017-210).
Klager klaagt over het ongunstige tijdstip van de kerkdiensten. Daarnaast mag klager geen verse bloemen meenemen naar de kerkdienst en mag hij tevens geen kaarsen aansteken tijdens de kerkdienst (ZB-2017-215).
Klager beklaagt zich erover dat er niet aan afvalscheiding wordt gedaan binnen de p.i. (ZB-2017-218).
Klager wordt niet toegestaan Hindoestaans eten via de buitenkantine te bestellen, terwijl dit wel mogelijk zou moeten zijn (ZB-2017-228).
Klager ontvangt geen aanbod van Hindoestaanse zenders (ZB-2017-229).
Klager klaagt over het niet doorgeven van een terugbelverzoek van de Stichting Emanuel op 4 april 2017 (ZB-2017-246).
Klager klaagt over het niet doorgegeven dat er een afspraak was gemaakt met klagers advocaat (ZB-2017-247).
Klager beklaagt zich over de oplegging van een disciplinaire straf, omdat hij zonder toestemming contact heeft opgenomen met de media, zijnde de gedetineerdenbelangenvereniging BONJO (ZB-2017-263).
Klager is het niet eens met de lange wachtduur vanwege onderzoek en de kosten van verzegeling van door hem ontvangen theelichtjes (ZB-2017-265).
Klager kon op het moment van teruggaven van zijn t.v. op cel niet over de t.v. beschikken tussen 16:45 en 17:35 vanwege een stroomstoring. Hierdoor is de directeur tekort geschoten in zijn zorgplicht (ZB-2017-266).
De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag ten aanzien van de klachten 2017/198 onderdeel a, 2017/208, 2017/215 onderdelen b en c, 2017/218 en 2017/229 op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard inzake 217/183, 2017/306, 2017/417, 2017/184, 2017/195, 2017/198 onderdeel b, 2017/210, 2017/215 onderdeel a, 2017/228, 2017/246, 2017/247, 2017/263, 2017/265 en 2017/266op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard inzake 2017/176 op gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven en kende klager een tegemoetkoming van €5,= toe aan klager.
2. De standpunten van klager en de directeur en de beoordeling
ZB-2017-176
Standpunten klager
Aan klager is de financiële tegemoetkoming, die is toegekend door de beklagcommissie vanwege het niet tijdig doorgeven van een terugbelverzoek van de advocaat, te laag. Het betrof een zeer belangrijk terugbelverzoek, waarbij door de advocaat werd aangegeven dat het spoed betrof. Het was slechts een zeer kort overleg waardoor er geen goede voorbereiding op de zitting van de RSJ mogelijk was. Klager mocht later langer bellen met zijn advocaat, maar dat was drie dagen na de zitting. Klager acht een vergoeding van €25,= redelijk.
Stanpunten directeur
Het terugbelverzoek werd inderdaad laat doorgegeven. Klager werd wel in de gelegenheid gesteld om kort voor de zitting te bellen met de raadsvrouw. De geboden compensatie is genoeg.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-183, ZB-2017-306 en ZB-2017-417
Standpunten klager
Klager is meermalen disciplinair gestraft vanwege een positief resultaat tijdens de UC. Hij gebruikt de medicatie echter voor eigen gebruik. Dat de arts geen toestemming verleent tot het toedienen van cannabis zoals de directeur stelt, is onjuist. Klager krijgt inmiddels de CBD-olie 10% voorgeschreven en dat wordt hem verstrekt. Daar moet wel een combinatie met THC bijkomen om daadwerkelijke goede pijnbestrijding tegen te gaan. Die combinatie gaat ook de hallucinerende werking tegen. Het is dan ook moeilijk te begrijpen dat dit niet gelegaliseerd wordt. Verder houdt de directeur het gebruik tegen, terwijl de inrichtingsarts dit wel voorschrijft. Op de zitting van 24 maart 2017 is gesteld door de directeur dat niet gesanctioneerd zou worden, zolang de vraag nog ligt bij de pijnpoli in hoeverre klager de medicatie nodig heeft. Het Pv van die zitting wordt niet verstrekt.
Standpunten directeur
Klager kreeg geen toestemming voor de invoer van cannabis. Wel is hem toegezegd dat onderzocht zou worden wat de mogelijkheden zijn voor klager. Klager krijgt nu de cannabisolie. Het is erg onwaarschijnlijk dat toegezegd werd dat klager niet meer gesanctioneerd zou worden. Dit wordt dan ook ontkend.
Beoordeling
Ter zitting werd gesteld dat aan klager is toegezegd dat hij niet meer gesanctioneerd zou worden. Dit gebeurde ter zitting van, zoals de advocaat stelt, 24 maart 2017. Het is de beroepscommissie gebleken dat het moet gaan om de zitting van 24 april 2017. Op 24 maart 2017 vond namelijk geen zitting plaats. Het Pv van de betreffende zitting is niet uitgewerkt en zal ook niet meer uitgewerkt worden. De directeur ontkent dat werd toegezegd dat klager niet gesanctioneerd zou worden. Gelet op voorgaande is het niet aannemelijk geworden dat klager een dergelijke toezegging werd gedaan. De beroepscommissie bevestigt dan ook de uitspraak van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-184
Standpunten klager
Klager wil met terugwerkende kracht de verhoogde dagvergoeding ontvangen voor levenslanggestraften als vervangend uurloon, gelet op het principiële standpunt van de Minister van Veiligheid & Justitie dat het resocialisatiebeginsel bij een levenslange gedetineerde niet van toepassing is. Klager acht het redelijk dat hij vanaf de eerste dag van zijn verblijf de 100% vergoeding zal krijgen. Het kosterschap wordt in andere inrichtingen wel gezien als een baan.
Standpunten directie
Levenslanggestraften hoefden eerst niet 100% uitbetaald te worden bij het niet verrichten van werk. Dat zij dat nu wel krijgen is enkel een extra tegemoetkoming. In de overhandigde bijlage is aangegeven dat kosterschap niet gezien wordt als een baantje. Volgens de algemene regeling van InMade mag maar 10 % van de gedetineerden deelnemen aan arbeid. Daarom is een onderverdeling gemaakt.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie, echter met aanvulling van gronden. De beroepscommissie is van oordeel dat het studentschap en kosterschap van klager geen onderbouwing zijn van een uitbetaling van 100% met terugwerkende kracht. De directeur kan namelijk in redelijkheid beslissen dat het kosterschap niet aangemerkt wordt als het verrichten van arbeid. Verder valt studie niet onder de Regeling arbeidsloon. Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-195
Standpunten klager
Klager heeft maandenlang op zijn laptop moeten wachten. Dat is onredelijk. Er is niet gebleken dat de directeur zich inspande om een snelle levering van de laptop te realiseren. Daarnaast had de directeur tijdens het wachten die acht maanden een passende oplossing kunnen bieden en klager op een andere manier tegemoet kunnen en moeten komen. Klager heeft de laptop nodig voor zijn studie en verdediging (herziening, gratie). Klager acht een vergoeding van € 100,= per maand op zijn plaats.
Standpunten directeur
Het verstrekken van de laptop duurde lang. Dat komt, doordat de aanvraag en het verkrijgen van de laptop verloopt via verschillende kanalen. De directie zat regelmatig achter de laptop aan. De beveiligingsfunctionaris belde een keer per maand om te vragen naar de stand van zaken. Klager kon gebruik maken van digitale tekstverwerking, zoals op de algemene computer.
Beoordeling
De beroepscommissie is van oordeel dat niet is gebleken dat de directeur voldoende inspanning verrichtte om het proces te bespoedigen. De directeur voert aan dat een medewerker een keer per maand belde en rappelleerde. Dit vindt de beroepscommissie niet voldoende. Het beroep zal dan ook gegrond worden verklaard en klager zal een tegemoetkoming krijgen.
ZB-2017-198
Onderdeel a
Standpunten klager
Er is geen sprake van het bewust niet innemen van de medicatie. Klager geeft door zijn gezondheidstoestand vaak over. Hierdoor kan het zijn dat hij zijn medicatie wel heeft ingenomen, maar dat het vervolgens nog niet in zijn lichaam was opgenomen. Het moeten innemen van medicatie onder toezicht vormt dan ook een schending van de privacy en is niet redelijk. Klager wordt gedwongen deze medicatie onder toezicht in te nemen in de teamkamer waardoor dit voor iedereen op de afdeling zichtbaar is. De directeur kon ook een andere manier van toezicht aanbieden, zonder dat klagers privacy zo ernstig geschonden wordt.
Standpunten directeur
Dit is een algemene regel waartegen geen beklag kan worden ingediend, nu er geen sprake is van strijd met een hogere regelgeving.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
Onderdeel b
Standpunten klager
Uit de EHRM- jurisprudentie volgt dat resocialisatie en re-integratieactiviteiten moeten worden aangeboden en opgenomen in het D&R plan. Levenslanggestraften dienen een kans te krijgen om zich te herstellen en mogelijk ooit weer vrij te komen. Na 25 jaar kan een eventuele vrijlating in beeld komen en worden getoetst. Om daadwerkelijk een kans hierop te maken moet cliënt uiteraard wel een goede mogelijkheid geboden zijn om aan zichzelf te werken. Een tijdig D&R plan is hiervoor essentieel. Het D&R-plan dat er ligt, is geheel blanco. Bij de verstrekking werd tegen hem gezegd ‘kom maar terug, nadat jij 25 jaar hebt gezeten”. Dat is niet redelijk en is niet in lijn met de jurisprudentie.
Standpunten directeur
Het D&R plan is niet blanco. Er staat inderdaad niet veel in, maar dat is inherent aan klagers regime. Verder wil klager zelf ook niets bespreken. Hij kan het plan inzien samen met iemand van de p.i.
Beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat er een D&R plan is. De directeur gaf aan dat klager daar een uitdraai van kan krijgen. Hoewel het D&R plan marginaal is, is de beroepscommissie van oordeel dat klager de mogelijkheid geboden wordt om aan zichzelf te werken. Het beroep zal ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-208
Standpunten klager
Klager neemt cannabis in vanwege medische gronden. Klager kan enkel ontslagen worden door de directeur. De reden voor dit ontslag is onredelijk, omdat hij cannabis vanwege medische gronden tot zich neemt.
Standpunten directeur
Klager gedroeg zich agressief tegen de pastor. Het kosterschap wordt niet gezien als werk. Het levert de p.i. namelijk niets concreets op.
Beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat klager werd ontslagen door de pastor. Dit is een medewerker van de p.i. en diegene valt dan ook onder de verantwoordelijkheid van de directeur. Het ontslag kan dan ook gezien worden als een beslissing van de directeur. Klager zal dan ook ontvangen worden in zijn beklag, op grond van artikel 60 van de Pbw.
Het doel van het gesprek tussen klager en de pastor was om de gevolgen van klagers cannabisgebruik te bespreken. Het gesprek tussen de pastor en klager verliep vervolgens desastreus. Daarna werd unaniem besloten om geen gebruik meer te maken van de diensten van klager. Gelet op het voorgaande is de beroepscommissie van oordeel dat de directeur in redelijkheid heeft kunnen beslissen klager te ontslaan als koster. Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-210
Standpunten klager
Klager heeft geen mogelijkheid om gebruik te maken van een laptop/pc met vrije internet. Eén van de medegedetineerden heeft misbruik gemaakt, en klager wordt daar ook voor ‘gestraft’ door hem het vrije internet af te nemen. Klager heeft een dergelijke laptop nodig voor zijn studie en ter voorbereiding van zijn zaak.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur werden geen nadere standpunten aangevoerd.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-215
Standpunten klager
Het tijdstip van de kerkdiensten is voor klager ongunstig. Daarnaast mag klager geen verse bloemen meenemen naar de kerkdienst en mag hij geen kaarsen aansteken tijdens de kerkdienst. Dit is onredelijk, omdat er voldoende controle wordt uitgeoefend.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur werden geen nadere standpunten aangevoerd.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-218
Standpunten klager
Klager had een actieve rol in het scheiden van afval, maar de directie van de p.i. kiest er niet voor om afval te scheiden. Dat is niet redelijk volgens klager.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur werden geen nader standpunten aangevoerd.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-228
Standpunten klager
Klager wordt niet toegestaan Hindoestaans eten via de buitenkantine te bestellen. Dat zou wel mogelijk moeten zijn. Daarnaast geldt dat voor gedetineerden met een Hindoestaanse geloofsovertuiging of achtergrond weinig keuze is uit de beschikbare etenswaren. Veel minder dan voor gedetineerden met een andere geloofsovertuiging/achtergrond. Door klager wordt dit dan ook ervaren als ongelijke behandeling.
Veel minder dan voor het eten van andere geloofsovertuigingen. Dat ervaart klager zo. Er is dan ook sprake van een ongelijke behandeling (KC2010/046). Of er sprake is van gelijke gevallen is een beslissing voor de beroepscommissie. Klager wil door genoeg Hindoestaans eten zijn geloofsovertuiging helemaal kunnen beleven.
Standpunten directie
Klager kan kant en klare Hindoestaanse maaltijden bestellen. Die worden door de p.i. zelf gekookt. Er is voor andere gedetineerden met andere geloofsovertuigingen niet meer keus.
Beoordeling
Klager heeft zijn beroep op het gelijkheidsbeginsel niet nader onderbouwd zodat het reeds op die grond niet kan slagen. Klager heeft niet aannemelijk gemaakt dat hij vanwege het ontbreken van Hindoestaans eten zijn geloofsovertuiging niet kan beleven. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-229
Standpunten klager
Klager ontvangt geen aanbod van Hindoestaanse Zenders. De directeur kan extra zenderpakketten aanbieden aan diverse populaties. Indien hij dat niet doet moet hij aannemelijk maken dat hij bij het aanbieden van een zenderpakket een zorgvuldige afweging heeft gemaakt om geen Hindoestaanse TV-zender aan te beiden en dat heeft hij niet gedaan. Er wordt geleverd door Ziggo, waardoor de mogelijkheid wel degelijk bestaat. Verwezen wordt naar de uitspraken RSJ 23 november 2016, 16/2582/GA en RSJ 4 mei 2015, 14/4510/GA. Nu klager specifiek verzoekt om zijn zenderpakket uit te breiden en de directeur dat niet doet is er sprake van een beslissing van de directeur. Dit is beklagwaardig.
Standpunten directeur
Klager kan een basispakket van Ziggo afnemen. Dit is wat aangeboden wordt. Dat is landelijk afgesproken. Het is niet mogelijk het basispakket uit te breiden. Dan moet er van alles ingebouwd worden.
Beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat de directeur gebonden is aan een landelijk aangewezen provider bij de keuze van het televisieaanbod. Dat pakket kan niet uitgebreid worden. Het gaat hier, anders dan in de aangevoerde uitspraken van de RSJ, om een algemene regel. Deze regelgeving is niet in strijd met een hogere regelgeving en klager kan dan ook niet ontvangen worden in zijn beklag. Het beroep zal dan ook ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-246
Standpunten klager
Klager is geschaad in zijn belangen nu een terugbelverzoek van de Stichting Emanuel niet tijdig aan hem werd doorgegeven in verband met een teamdag. Het terugbelverzoek werd gedaan op 4 april 2017. De medewerker van die organisatie zegde de team dag kort daarna af. Klager wordt vaker laat dan wel te laat op de hoogte gebracht van terugbelverzoeken. In dit geval heeft hij tot 5 april gedacht dat hij bezoek zou krijgen en maakte voor die dag geen andere afspraken. Toen hij hoorde dat het bezoek niet doorging kon hij geen andere activiteiten meer plannen.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur werden geen nadere standpunten aangevoerd.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-247
Standpunten klager
De afdeling had klager op de hoogte moeten brengen van het feit dat zijn advocaat hem op 5 april 2017 zou bezoeken. Het is zeer omslachtig en inefficiënt dat de advocaat dat zelf moet doorgeven aan klager.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur werden geen nadere standpunten aangevoerd.
Beoordeling
De beroepscommissie stelt vast dat het bezoek niet tijdig was doorgegeven aan klager. Klager had zitting en het was dus van belang dat hij zijn advocaat sprak. Dit is een verzwarende omstandigheid. Daar komt bij dat de advocaat alleen via de p.i. door kan geven dat hij of zij langskomt. Het is daarom de verantwoordelijkheid van de p.i. om dat bezoek door te geven. De beroepscommissie is dan ook van oordeel dat de directeur zijn zorgplicht geschonden heeft. Het beroep zal gegrond worden verklaard en klager zal een tegemoetkoming worden toegekend.
ZB-2017-263
Standpunten klager
Contact met de BONJO kan niet vallen onder ‘contacten met de pers’. Dit is namelijk enkel een informatieblad voor gedetineerden. Klager is dan ook van mening dat hij niet de procedure inzake contacten met de pers hoefde te volgen. Klager maakte een afspraak met de redacteur dat het artikel niet te herleiden zou zijn naar klager. Dat de p.i. Heerhugowaard wordt genoemd, kan klager niet verweten worden nu de redacteur dat tegen de afspraken met klager in deed.
Standpunten directeur
Klager diende geen verzoek in bij de directeur om contact met de pers toe te staan. Dit deed hij op eigen houtje. Hier werd dan ook geen toestemming voor gegeven. Verzoeken van levenslanggestraften lopen via een landelijke coöperatie. Dat gebeurt weinig en dat zou de directeur dan ook onthouden hebben. Het pseudoniem is te herleiden naar klager.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-265
Standpunten klager
Klager is het niet eens met de lange wachtduur vanwege onderzoek en de kosten van verzegeling van door hem ontvangen theelichtjes. Door de directeur is niet inzichtelijk gemaakt dat de verzegeling hiervoor maar liefst € 9,= kost, terwijl de kosten van verzegeling bij invoer van b.v. een tondeuse slechts € 5,= kostte.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur werden geen nadere standpunten aangevoerd.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
ZB-2017-266
Standpunten klager
Klager kon op het moment van teruggaven van zijn tv op cel niet over de tv beschikken tussen 16:45 en 17:35 vanwege een stroomstoring. Hierdoor is de directeur tekort geschoten in zijn zorgplicht.
Standpunten directeur
Door en namens de directeur zijn geen nadere standpunten aangevoerd.
Beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie inzake 2017/176, 2017/198 onderdeel a, 2017/210, 2017/215, 2017/218, 2017/228, 2017,146, 2017/263, 2017/265 en 2017/266, ZB-2017-183, ZB-2017-306 en ZB-2017-417
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met verbetering van de gronden, inzake 2017/184, 2017/198 onderdeel b, 2017/229
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond inzake 2017/195 en 2017/247
Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van €5,= en € 10,=.
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie inzake 2017/208, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag, maar verklaart dit beklag ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M. Soffers, voorzitter, J. Schagen MA en U.P. Burke, leden, in tegenwoordigheid van mr. A.G. Dekker, secretaris, op 10 juli 2017
secretaris voorzitter