nummer: 17/3660/GA
betreft: [klager] datum: 19 juni 2018
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. A.L. Louwerse namens […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 9 oktober 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, betreffende de afwijzing van klagers verzoek tot bezoek zonder toezicht in verband met een positieve urinecontrole (VU-2017-676), alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsvrouw om het beroep schriftelijk toe te lichten.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De beoordeling
Klager beklaagt zich erover dat de aanvraag bezoek zonder toezicht (BZT) niet is goedgekeurd. De directeur geeft als reden voor het weigeren op dat het vermoeden bestaat dat klager, die stellig van mening is dat hij cannabis nodig heeft om te kunnen functioneren, zijn BZT zal gebruiken om cannabis de inrichting binnen te krijgen.
Naar het oordeel van de beroepscommissie kleeft aan de beslissing van de directeur een motiveringsgebrek. Op geen enkele wijze wordt aangegeven waarom juist via BZT klager de cannabis in zijn bezit krijgt. De beslissing is dan ook niet redelijk en niet billijk. De klacht zal (alsnog) gegrond worden verklaard, en klager zal als compensatie een extra BZT worden toegewezen
Het beroep zal derhalve gegrond worden verklaard.
2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart beklag alsnog gegrond.
De beroepscommissie draagt de directeur op klager als tegemoetkoming een extra BZT toe te kennen.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van
mr. R. Smeijers, secretaris, op 19 juni 2018.
secretaris voorzitter