Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/1518/GB, 19 september 2003, beroep
Uitspraakdatum:19-09-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 03/1518/GB

Betreft: [klager] datum: 19 september 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 3 juli 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. C.H. Zuur,namens

[...], geboren op [1971], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 23 juni 2003 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de locatie De IJssel (gevangenis) te Krimpen aan den IJssel afgewezen.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 26 november 2001 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring te Nieuwegein. Op 7 maart 2003 is hij geplaatst in de locatie Dordtse Poorten (gevangenis) te Dordrecht, waar een regime van algehelegemeenschap geldt.

2.2. Klager ondergaat een gevangenisstraf van zes jaar met aftrek. De tenuitvoerlegging van deze straf is aangevangen op 21 januari 2003. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 25 november 2005.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep tegen de afwijzing van het verzoek tot overplaatsing naar de locatie De IJssel als volgt toegelicht.
Blijkens mondelinge uitlatingen van het b.s.d. van Dordtse Poorten is positief geadviseerd ten aanzien van het verzoek tot overplaatsing. De gezondheidstoestand van klagers partner is slecht te noemen, gelet op de medischeverklaringen. Zij heeft een zwelling onder in de buik en afwijkingen aan haar baarmoedermond. Op 22 juli 2003 zal zij opgenomen worden voor een ingreep aan haar baarmoedermond. Klagers partner staat, nu klager gedetineerd is,alleen voor de opvoeding en zorg voor hun zeer jonge kind. Gelet op haar medische situatie is het van groot belang als zij met haar zeer jonge kind gebruik kan maken van de ruime(re) bezoekmogelijkheden zoals die aanwezig zijn in delocatie De IJssel doch niet in de locatie Dordtse Poorten. Ten tweede heeft klager tot aan zijn detentie steeds een opleiding gevolgd, hetzij een goede baan gehad. Klager wenst zijn detentie te gebruiken om een studie te volgen. Ookdit kan niet in Dordrecht, maar wel in Krimpen aan den IJssel. De overweging van de selectiefunctionaris dat de reisafstand voor het bezoek van klager acceptabel zou zijn is niet van belang. Het gaat in casu met name om debezoekmogelijkheden en niet zo zeer om de reistijden. De persoonlijke omstandigheden van klager zijn zodanig dat het hem op zijn minst gegund moet worden om op de wachtlijst van De IJssel te worden geplaatst, zo mogelijk metvoorrang.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is enkele maanden geleden geselecteerd voor de locatie Dordtse Poorten. De reis Schiedam – Dordrecht wordt acceptabel voor klagers bezoek geacht qua duur en afstand, mede gezien de medische verklaring van de huisarts diealgemeen is en zelfs haar klachten wijt aan klagers justitiële contacten en de daaruit voortvloeiende detentie. Klager kan in principe elke studie in de inrichting volgen. Hij geeft in zijn verzoek geen specifieke voorkeur voor eenstudie op. Met betrekking tot de door de gynaecoloog uitgebrachte medische verklaring wordt opgemerkt dat dit schrijven is ontvangen na de onderhavige selectiebeslissing. Met betrekking tot de medische situatie heeft klager eenincidenteel verlof genoten van twaalf uur op 22 juli 2003. In klagers verzoek tot overplaatsing wordt aangegeven dat het wel degelijk om de afstand gaat en wordt er niet gerept over bezoekmogelijkheden. Het laatste argument voorafwijzing van klagers bezoek is de lange wachtlijst van De IJssel.

4. De beoordeling
Namens klager is aangevoerd dat overplaatsing naar De IJssel wenselijk is in verband met betere bezoekmogelijkheden, waarbij volgens de raadsvrouw niet wordt bedoeld het verschil in afstand tussen Schiedam-Dordrecht enSchiedam-Krimpen aan den IJssel, en de mogelijkheid om een studie te volgen in De IJssel en de onmogelijkheid daarvan in Dordtse Poorten. De beroepscommissie overweegt dat niet vast is komen te staan dat De IJssel over beterebezoekmogelijkheden zou beschikken (onbekend is ook wat klager daaronder verstaat) noch dat klager in De IJssel wel de mogelijkheid tot studie kan worden geboden en dat dit in de Dordtse Poorten niet mogelijk zou zijn. Door klageris zelfs niet aangegeven welke studie hij zou willen volgen, waaruit volgt dat klagers (on)geschiktheid om de niet gedefinieerde studie te volgen ook niet vaststaat. De beroepscommissie is van oordeel dat de op de onder 3.2 genoemdegronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris niet in strijd is met de wet en, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrondAldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. vanGemert, secretaris, op 19 september 2003

secretaris voorzitter

Naar boven