Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/3210/GB, 6 augustus 2018, beroep
Uitspraakdatum:06-08-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         17/3210/GB

Betreft:            [klaagster]       datum: 6 augustus 2018

 

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.P. Hilhorst, namens […], verder te noemen klaagster, gericht tegen een op 18 september 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

 

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klaagster gericht tegen de beslissing haar over te plaatsen het huis van bewaring (h.v.b.) van de locatie Zwolle Zuid 2 te Zwolle ongegrond verklaard.

 

2.         De feiten

Klaagster is sedert 8 februari 2017 gedetineerd. Zij verbleef in de locatie Zwolle Zuid 2, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt.

Klaagster is op 25 oktober 2017 overgeplaatst naar de penitentiaire inrichting (p.i.) Utrecht locatie Nieuwersluis in het kader van de extramurale detentie. Op 12 april 2018 is klaagster in vrijheid gesteld. 

 

3.         De standpunten

3.1.      Namens klaagster is het beroep als volgt toegelicht.

Op 3 augustus 2017 zou er sprake zijn geweest van een bevrijdingspoging van klaagster en haar celgenote in de locatie Ter Peel te Evertsoord. Vervolgens is klaagster overgeplaatst naar het h.v.b. van de locatie Zwolle Zuid 2. De door de selectiefunctionaris genomen beslissing tot overplaatsing van klaagster is op onjuiste gronden genomen. Tevens stelt klaagster zich op het standpunt dat de beslissing onvoldoende is gemotiveerd door de selectiefunctionaris en dat daarmee het zorgvuldigheidsbeginsel is geschonden. Klaagster heeft een ontkennende verklaring afgelegd bij de recherche omtrent de bevrijdingspoging. Klaagster beschikt niet over het proces-verbaal van haar verhoor door de recherche en kan derhalve niet controleren of dit voldoende grond biedt voor de beslissing van de selectiefunctionaris. Voorts stelt klaagster dat de genomen beslissing in strijd is met de fundamentele procedurele beginselen.

Namens klaagster is verzocht om gegrondverklaring van het beroepschrift en vernietiging van de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris. Voorts is namens klaagster verzocht om een tegemoetkoming voor de schade en hinder die zij heeft ondervonden van de beslissing waarvan beroep.

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.

Op 3 augustus 2017, rond 21.50 uur, heeft het personeel van de locatie Ter Peel te Sevenum op camerabeeld geconstateerd dat er twee mannen bezig waren om een hek open te knippen. Toen het personeel ter plaatse kwam zijn de twee mannen gevlucht in een auto. Na controle van het personeel bleek dat het hek was opengeknipt en dat het raam van cel [celnummer] stuk was. Klaagster verbleef samen met haar celgenote in deze cel. Bij de celcontrole is voorts geconstateerd dat het binnenraam stuk was en dat er drie opsluitlatten verwijderd waren. Na het bekijken van de camerabeelden is één van de mannen herkend als zijnde de partner van klaagster, nu zij van haar partner een foto in haar cel heeft hangen. Voorts is de auto waarmee de mannen zijn gevlucht, door de politie gekoppeld aan de partner van klaagster. Klaagster is door het personeel gehoord over het incident. Zij heeft bekend dat haar partner en haar broer hebben gepoogd om haar celgenote te bevrijden. De selectiefunctionaris voert aan dat, ondanks dat het uitgewerkte verhoor door de recherche nog niet voorhanden was, de directeur in redelijkheid heeft kunnen concluderen dat klaagster iets te maken had met de bevrijdingspoging op basis waarvan hij geadviseerd heeft om klaagster met spoed over te plaatsen. De procedurele beginselen zijn daarmee niet geschonden. Voorts maakt de enkele ontkenning van klaagster niet dat daarmee de in het selectieadvies aangegeven situatie en omstandigheden terzijde geschoven moeten worden. Gelet op het handhaven van de orde en de rust in de inrichting en de hierboven genoemde omstandigheden, is de beslissing tot overplaatsing van klaagster in redelijkheid en zorgvuldigheid genomen. Op grond van deze inlichtingen dient het beroep ongegrond verklaard te worden. Er is geen aanleiding voor een tegemoetkoming. 

 

4.         De beoordeling

4.1.      Hoewel klaagster inmiddels in vrijheid is gesteld en derhalve niet langer in detentie verblijft, zal de beroepscommissie het beroep inhoudelijk behandelen nu door klaagster is verzocht om een financiële tegemoetkoming.

4.2.      De selectiefunctionaris is voor de beslissing tot overplaatsing van klaagster naar het h.v.b. van de locatie Zwolle Zuid 2 afgegaan op het selectieadvies van de directeur van de locatie Ter Peel van 4 augustus 2017. Uit dit selectieadvies komt naar voren dat op 3 augustus 2017 is gepoogd om klaagster dan wel haar celgenote te bevrijden. Die bevindingen van een onderzoek nadat het personeel was gealarmeerd zijn helder en overtuigend onderbouwd. De enkele ontkenning van klaagster maakt dat niet anders.

4.3.      Om de orde en de rust te bewaren in de inrichting is klaagster overgeplaatst naar een andere inrichting, in eenzelfde regime. Gezien het vorenstaande heeft de selectiefunctionaris in redelijkheid kunnen beslissen klaagster over te plaatsen naar een andere inrichting. De selectiefunctionaris heeft hiertoe beslist om de orde en de veiligheid te kunnen waarborgen in de locatie Ter Peel. Klaagster is in eenzelfde regime geplaatst, dat terwijl de poging tot ontvluchting het oordeel van de selectiefunctionaris ook naar een ander beveiligingsniveau had kunnen brengen.

De beroepscommissie zal het beroep derhalve ongegrond verklaren.

 

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, J.G.A. van den Brand en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van J.A. van der Veen, secretaris, op 6 augustus 2018.

 

           

            secretaris         voorzitter

Naar boven