Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/1553/GA, 19 september 2003, beroep
Uitspraakdatum:19-09-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/1553/GA

betreft: [klager] datum: 19 september 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 11 juli 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 7 juli 2003 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught te Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde p.i. in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag houdt in dat klager maximaal twee condooms mag bestellen voor een bezoek zonder toezicht.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Het lijkt klager dat de inrichting niet kan bepalen hoeveel keer een gedetineerde gemeenschap heeft tijdens een bezoek zonder toezicht.Voorts is het volgens de unit-directeur [...] zo dat dit in de regelgeving staat. Tot op de dag van vandaag heeft klager deze regelgeving niet gezien, ook niet tijdens de behandeling van zijn zaak ter zitting. De behandeling van dezaak was een farce. De beklagcommissie bestond maar uit één persoon en een notulist. Klager vraagt zich af of dit wel toegestaan is. Als hij was bijgestaan door een advocaat had dit mogelijk geleid tot wraking van die persoon. Zewilde de zaak eerst niet-ontvankelijk verklaren, maar was bang om juridisch op de vingers te worden getikt door de beroepscommissie, dus is de klacht zonder opgaaf van redenen, tenminste klager heeft ze niet gehoord, ongegrondverklaard.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.

Desgevraagd heeft de directeur d.d. 9 september 2003 de dienstorder ‘bezoek zonder toezicht’ van de p.i. Vught aan het secretariaat van de Raad gefaxt.

3. De beoordeling
De beroepscommissie stelt voorop dat uit de model huisregels, versie maart 2003, noch uit de dienstorder bezoek zonder toezicht d.d. 24 december 2001, is gebleken dat het maximaal te verstrekken/verkopen condooms per bezoek zondertoezicht daarin is geregeld. Derhalve kan niet worden gesteld dat sprake is van een klacht gericht tegen de toepassing van algemene in de inrichting geldende regelgeving. De beroepscommissie is van oordeel dat de beslissing omklager maximaal twee condooms per bezoek te verkopen een jegens klager door of namens de directeur genomen beslissing betreft en derhalve is de beroepscommissie, zij het op andere gronden dan de beklagrechter, van oordeel dat heteen beklagwaardige beslissing ex artikel 60, eerste lid, Pbw betreft en kan klager in zijn beklag worden ontvangen.
Klager wordt toegestaan om maximaal twee condooms mee te nemen naar het bezoek zonder toezicht. Omdat condooms geschikt zijn en in het verleden in de inrichting ook gebruikt zijn om drugs te verpakken met het doel deze daarna in hetlichaam te verbergen wordt het maximum van twee condooms per bezoek gesteld. De beroepscommissie is van oordeel dat dit niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Derhalve kan hetgeen in beroep is aangevoerd naar hetoordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard met wijziging van de gronden.
Tenslotte merkt de beroepscommissie terzake van klagers opmerkingen met betrekking tot de enkelvoudige behandeling van zijn klaagschrift door de beklagrechter op dat, gelet op artikel 62, tweede lid, Pbw, de voorzitter dan wel eendoor hem aangewezen lid van de beklagcommissie, indien het beklag van eenvoudige aard wordt geacht, het klaagschrift enkelvoudig kan afdoen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 19 september 2003

secretaris voorzitter

Naar boven