nummer: 17/2490/GA
betreft: […] datum: 9 mei 2018
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van 24 juli 2017 ingediend door […], verder te noemen klager, gericht tegen een uitspraak van 12 juli 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Haaglanden alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Haaglanden in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft medisch nalaten (SC 2017/229).
De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard, nu geen sprake is van een op de voet van artikel 60 lid 1 van de Penitentiaire Beginselenwet genomen beslissing van de directeur.
2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft zijn standpunt in beroep niet nader toegelicht.
De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagrechter, in beroep niet toegelicht.
3. De beoordeling
Hoofdstuk 7 van de Penitentiaire maatregel bevat de exclusieve regeling van het beroep tegen medisch handelen (en nalaten) van de inrichtingsarts. Daarom heeft de beklagrechter klager terecht niet–ontvankelijk verklaard in zijn klacht.
Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met aanvulling van gronden.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. A. van Holten, voorzitter, mr. N. Jorg en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van mr. A. de Groot, secretaris, op 9 mei 2018.
secretaris voorzitter