Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 03/1163/GA, 10 september 2003, beroep
Uitspraakdatum:10-09-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 03/1163/GA

betreft: [klager] datum: 10 september 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 21 mei 2003 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 9 mei 2003 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Zuid-West te Middelburg,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 19 augustus 2003, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam te Amsterdam, zijn gehoord klager en dhr. [...], unit-directeur van p.i. Zuid-West te Middelburg.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de beslissing om klagers werkzaamheden in de keuken te beëindigen.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager was de muren in de keuken aan het schoonspuiten met heet water. De deur naar de gang stond open. Klager heeft niet het rechtom die deur te sluiten. Klager wist niet dat de kok en de bewaarster daar stonden. Klager stond in de lichte keuken en zij in een donkere gang. Hij heeft ze niet gezien, maar wel stemmen gehoord. Ze waren aan het dollen in de gang.Klager wilde zijn werk afmaken. Er stonden snacks voor hem klaar. Hij heeft niet in de gaten gehad dat hij hen natgespoten heeft. Het was geen opzet en daarom heeft klager niet direct zijn excuses aangeboden. Als je weet dat ze daarstaan dan is het opzet. De kok was kwaad op klager. Later heeft klager gezegd: „sorry, maar het was geen opzet“. Hem is toen gezegd dat hij loog en dat hij eruit ging. Tevoren hadden er ook andere incidenten plaatsgevonden. Als jein de keuken werkt, mag je toetjes pakken en daar opeten. Klager heeft een keer een gevallen worst opgegeten en hem werd gezegd dat de worsten geteld waren. Vervolgens werd er in een rapport vermeld dat klager de worst gestolen had.Voorts is klager ervan beticht dat hij tot treiteren had aangezet, maar dit was niet het geval. Momenteel werkt klager op een werkzaal met veel herrie. Hij heeft iedere dag hoofdpijn.

De unit-directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager had een vertrouwelijk baantje. Het natspuiten was niet zozeer het probleem maar wel klagers reactie. Gevoegd bij andere incidenten die voorheen hebben plaatsgevonden was er ook na bemiddeling geen vertrouwen meer. Op eenlater moment heeft klager opnieuw een verzoek gedaan om in de keuken te mogen werken maar dit is geweigerd omdat de afdeling, waar klager verblijft, geen vertrouwen in klager had.

3. De beoordeling
Uit de stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat in verband met twee eerdere incidenten in de keuken het vertrouwen van het keukenpersoneel in klager onder druk was komen te staan. Het laatste incident in de keuken,waarbij klager de kok en een bewaarster met warm water heeft nat gespoten, heeft de verhoudingen tussen het keukenpersoneel en klager nog verder verstoord en het vertrouwen in klager nog verder doen afnemen. In dit licht bezien isde beroepscommissie van oordeel dat de beslissing van de directeur om klagers werkzaamheden in de keuken te beëindigen niet als onredelijk of onbillijk of in strijd met een wettelijk voorschrift kan worden aangemerkt. Derhalve zalhet beroep ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagcommissie worden bevestigd met wijziging van de gronden.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met wijziging van de gronden.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. H.B. Greven en dr. M. Kooyman, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 10 september 2003

secretaris voorzitter

Naar boven