Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 18/0562/GB, 1 mei 2018, beroep
Uitspraakdatum:01-05-2018

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         18/562/GB

Betreft:            [Klaagster]       datum: 1 mei 2018

 

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.S.W. Boorsma, namens […], verder te noemen klaagster, gericht tegen een op 13 maart 2018 genomen beslissing van de selectiefunctionaris, alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

 

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klaagster gericht tegen de oproep zich op 27 maart 2018 te melden in de locatie Nieuwersluis, ongegrond verklaard.

 

2.         De feiten

Klaagster is op 27 februari 2018 opgeroepen zich op 27 maart 2018 te melden in de locatie Nieuwersluis voor het ondergaan van 946 dagen gevangenisstraf. Op 8 maart 2018 heeft klaagster hiertegen een bezwaarschrift ingediend, dat op 13 maart 2018 ongegrond is verklaard. Op 22 maart 2018 heeft de selectiefunctionaris beslist dat klaagster zich in afwachting van een advies inzake klaagsters detentiegeschiktheid, niet op 27 maart 2018 in de inrichting hoeft te melden.

 

3.         De standpunten

3.1.      Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klaagster heeft een eigen woning en een uitkering, die zij dreigt te verliezen als zij zich op 27 maart 2018 in de inrichting moet melden. Voorts is zij mantelzorger voor haar verslaafde zoon, staat zij onder civiel bewind en zit zij in de schuldsanering. De schuldsaneringsprocedure zit in de afrondende fase en als klaagster zich nu moet melden, komt de hele schuldsanering te vervallen. Nu klaagster onder behandeling is van een psycholoog en psychiater vanwege onder meer een posttraumatische stressstoornis, laat haar psychische toestand een detentie thans niet toe. Daarbij komt dat klaagster last heeft van nierstenen, waarvoor op korte termijn een operatie dient plaats te vinden. Zij heeft in verband met haar nierstenen op 13 april 2018 een afspraak bij het Medisch Centrum Slotervaart. De selectiefunctionaris heeft, gelet op de door klaagster aangevoerde persoonlijke omstandigheden, geen zorgvuldige belangenafweging gemaakt.  

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Financiële problemen, waaronder schulden, en de consequenties die daaruit voorvloeien zijn ondergeschikt aan de noodzaak tot tenuitvoerlegging en vallen niet onder het geldende beleid inzake het verlenen van uitstel van de tenuitvoerlegging van lopende vonnissen. Mantelzorg valt evenmin onder dit beleid. Klaagster kan wellicht een beroep doen op familieleden, vrienden of bekenden. Voor zover klaagster aanvoert dat hij een psychische stoornis heeft, beschikt de inrichting over een medische dienst waar zij met medische hulpvragen terecht kan. Het standpunt dat klaagster last heeft van nierstenen en op korte termijn een operatie dient te ondergaan, is niet nader met bewijsstukken onderbouwd.

4.         De beoordeling

Klaagster heeft, onder meer op medische gronden, verzocht om uitstel van haar meldplicht. Ter onderbouwing van haar psychische en somatische problematiek heeft zij – eerst in beroep – stukken van onder meer een maatschappelijk werker, haar huisarts en het ziekenhuis overgelegd. Naar aanleiding van deze stukken heeft de selectiefunctionaris op 22 maart 2018 te kennen gegeven dat de medisch adviseur van de afdeling Individuele Medische Advisering zal worden verzocht een advies uit te brengen inzake klaagsters detentiegeschiktheid en beslist dat klaagster zich in afwachting van dit advies (nog) niet in de inrichting hoeft te melden. Gelet daarop is het belang aan klaagsters beroep komen te ontvallen, zodat zij in haar beroep niet-ontvankelijk zal worden verklaard.  

 

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart klaagster niet-ontvankelijk in haar beroep.

 

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, mr. A.T. Bol en J.G.A. van den Brand, leden, in tegenwoordigheid van Y.L.F. Schuren, secretaris, op 1 mei 2018.

 

 

 

 

 

 

 

 

secretaris         voorzitter

 

 

 

Naar boven