nummer: 17/2301/JA
betreft: [klager] datum: 23 februari 2018
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[…], geboren op [ 1996], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 26 juni 2017 van de alleensprekende beklagrechter bij de justitiële jeugdinrichting Het Keerpunt te Cadier en Keer, alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 6 februari 2018, gehouden in de rechtbank Midden-Nederland te Utrecht zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. D.M. Penn, en […], directeur van Het Keerpunt, en […], juridisch adviseur.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag, voor zover in beroep aan de orde, betreft het niet meedraaien op de leefgroep van de ITA (J2016/157).
De beklagrechter heeft het beklag inhoudelijk ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Het beklag is inhoudelijk gegrond, omdat klager in de week van 16 oktober 2016 volgens afspraak aan alle activiteiten heeft meegedaan op de vrijdag na, omdat hij toen migraine had. Afgesproken was dat hij bij het meedoen aan alle activiteiten op de groep mocht gaan meedraaien.
Door en namens de directeur is in beroep zijn tegenover de beklagrechter ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft er die vrijdag zelf voor gekozen op bed te blijven liggen. Hij heeft die vrijdag geen briefje op zijn luik geplakt dat hij ziek was, wat hij normaliter doet. Hij heeft blijkens de rapportage die dag geen verzoek om medicijnen bij de medische dienst ingediend. Een dergelijk verzoek wordt altijd in de rapportage vermeld. Klager heeft vaker niet aan alle activiteiten meegedaan, waardoor niet is toegekomen aan de beoogde opbouw om te kunnen komen tot het meedraaien met een of meer jongens op de groep.
3. De beoordeling
Bij RSJ 13 juni 2017, 17/0450/JA heeft de beroepscommissie een eerder beroep van klager betreffende zijn klacht over het ‘alleen draaien’ op de ITA op de haar op dat moment beschikbare gegevens gegrond verklaard en een tegemoetkoming toegekend over de periode van 3 oktober 2016 tot 5 januari 2017. De huidige klacht ziet op de week van 16 oktober 2016 en valt derhalve onder de periode waarop voornoemde uitspraak betrekking heeft. Klager kan om die reden niet in het onderhavige beroep worden ontvangen.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in het beroep..
Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M.J.C. Koens, voorzitter, prof. dr. F. Boer en drs. H. Heddema, leden, bijgestaan door mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 23 februari 2018.
secretaris voorzitter