Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/2036/GB, 14 december 2017, beroep
Uitspraakdatum:14-12-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer:         17/2036/GB

Betreft:            […]      datum: 14 december 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. R. van der Horst, namens

[…], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 16 juni 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

 

1.         De inhoud van de bestreden beslissing

De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis van de locatie Esserheem te Veenhuizen afgewezen.

 

2.         De feiten

Klager is sedert 15 juli 2015 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis van de penitentiaire inrichting (p.i.) Groot Alphen.

 

3.         De standpunten

3.1.      Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager wil graag weg uit de Randstad, zodat hij geen bekenden meer tegenkomt. Hij voelt zich in de p.i. Groot Alphen niet veilig door het verblijf van enkele medegedetineerden daar. Klager wenst hierover niet nader te verklaren, maar verzoekt hiermee niettemin dringend rekening te houden.

3.2.      De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager is op zijn verzoek op 1 mei 2017 overgeplaatst vanuit de p.i. Arnhem naar de p.i. Groot Alphen, vanwege de bezoekmogelijkheden voor zijn ouders uit Vianen. Klager ontvangt in de p.i. Groot Alphen regelmatig bezoek. Er zijn geen duidelijke redenen voor overplaatsing naar de locatie Esserheem. De directeur heeft negatief geadviseerd ten aanzien van klagers verzoek en vanuit de inrichting zijn geen signalen dat klagers veiligheid niet gegarandeerd zou kunnen worden. Nu klager hierover niets wenst te verklaren, kan ook geen nader onderzoek worden gedaan.

4.         De beoordeling

De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt, nu van enige noodzaak tot overplaatsing van klager in het kader van diens veiligheid niet is gebleken. Dit geldt temeer nu klager – ook in beroep – om welke reden dan ook niet nader wenst te verklaren over zijn veiligheid of zijn medegedetineerden en dus niet de omstandigheden aanduidt op grond waarvan een andere beslissing zou moeten worden genomen. De beroepscommissie zal het beroep daarom ongegrond verklaren.

5.         De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

 

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. W.F. Korthals Altes, voorzitter, mr. A.T. Bol en J.G.A. van den Brand, leden, in tegenwoordigheid van P. de Vries, secretaris, op 14 december 2017.

 

 

            secretaris         voorzitter

Naar boven