Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 02/2557/GA, 3 maart 2003, beroep
Uitspraakdatum:03-03-2003

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 02/2557/GA

betreft: [klager] datum: 3 maart 2003

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 4 december 2002 bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak d.d. 22 november 2002 van de beklagcommissie bij de gevangenis Norgerhaven te Veenhuizen,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van voormelde inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de vermissing door klager van een Nokia-gsm telefoon tijdens zijn verblijf in het detentiecentrum te Amsterdam.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De inrichting waarin ik verbleef ten tijde van de vermissing was het detentiecentrum te Amsterdam. Na sluiting hiervan ben ik overgeplaatst naar de gevangenis Norgerhaven. Hierna ben ik de artikelen kwijtgeraakt. Ik kan dus niet inbeklag bij het detentiecentrum te Amsterdam omdat deze niet meer bestaat.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in
beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
De beroepscommissie komt tot het oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Het beklag richt zich tegen een beslissing van de directeur van het Detentiecentrum Amsterdam. Voor die inrichting geldt de beklag- en beroepsregeling van de Tijdelijke wet noodcapaciteit drugskoeriers. De beklagcommissie van degevangenis Norgerhaven is niet bevoegd te beslissen op een beklag tegen de directeur van het Detentiecentrum Amsterdam. De beklagcommissie had het beklag ter behandeling dienen door te zenden aan de beklagcommissie bij hetDetentiecentrum Amsterdam. Nu zulks niet is geschied, zal de beroepscommissie het beklag alsnog ter afdoening in handen stellen van de beklagcommissie bij het Detentiecentrum Amsterdam.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verstaat dat op het beklag alsnog beslist wordt door de beklagcommissie verbonden aan het detentiecentrum Amsterdam en stelt de stukken met dat doel in handen van die beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris,
Op 3 maart 2003

secretaris voorzitter

Naar boven