Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/3259/GA (eindbeslissing), 15 mei 2017, beroep
Uitspraakdatum:15-05-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Vermissing  v

Uitspraak

nummer: 16/3259/GA (eindbeslissing)

betreft: [klager] datum: 15 mei 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. W.K. Cheng, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 14 september 2016 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 13 januari 2017, gehouden in de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsman mr. W.K. Cheng, en de heer [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van voormelde
inrichting.

Bij tussenbeslissing van 20 februari 2017, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht, heeft de beroepscommissie de behandeling van het beroep aangehouden, teneinde de directeur in de gelegenheid te stellen nadere informatie aan de beroepscommissie
te doen toekomen. Op 20 en 31 maart 2017 zijn van de directeur nadere schriftelijke inlichtingen ontvangen. Een kopie hiervan is verzonden aan klager en zijn raadsman. Op 3 en 10 april 2017 is van klager een schriftelijke reactie in de Poolse taal
ontvangen. Deze reacties zijn vertaald in het Nederlands en in kopie verzonden aan de directeur.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag betreft de vermissing van goederen bij gelegenheid van klagers overplaatsing van de locatie Roermond naar de p.i. Vught op 21 juni 2016.

De beklagrechter heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
De standpunten van klager en de directeur zijn opgenomen in de tussenbeslissing van de beroepscommissie van 20 februari 2017, die in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De directeur heeft bij zijn nadere schriftelijke inlichtingen aangevoerd dat de volgende goederen zich bevinden onder de binnengekomen door de p.i. Vught ingenomen goederen: een zorgpas, een Xbox, een afstandsbediening van een Xbox, een
tondeuse-oplader
(adapter), een grote soeppan, een potloodgum, een groene markeerstift, een puntenslijper en linialen. Klager heeft nimmer een PlayStation in Vught gehad. De overige door klager gestelde vermiste goederen heeft hij zelf in een doos meegenomen naar zijn
cel.

In reactie hierop heeft klager het volgende – samengevat en voor zover in deze zaak van belang – aangevoerd. Klager weet nog steeds niet welke goederen zich onder de binnengekomen door de p.i. Vught ingenomen goederen bevinden. Hij mag niet in het
magazijn controleren of de door hem gestelde vermiste goederen daar liggen.

3. De beoordeling
Klager stelt dat bij gelegenheid van zijn overplaatsing naar Vught de volgende goederen vermist zijn geraakt: 100 postzegels, een zorgpas, een afstandsbediening van een Xbox, batterijen, een tondeuse-oplader, een grote soeppan, een potloodgum, een
groene markeerstift, een puntenslijper, linialen, een PlayStation en beklagstukken.

Uit de invoerformulieren en de nadere schriftelijke inlichtingen van de directeur blijkt dat de volgende goederen in de p.i. Vught zijn binnengekomen: postzegels (diversen), een zorgpas, een afstandsbediening van een Xbox, batterijen (diversen), een
tondeuse-oplader, een grote soeppan, een potloodgum, een groene markeerstift een puntenslijper, twee linialen en post/papieren (diversen). Uit de invoerformulieren en de nadere inlichtingen blijkt ook dat deze goederen deels door de badmeester van de
p.i. Vught zijn ingenomen en deels aan klager zijn meegegeven. Klager heeft dit gegeven niet of onvoldoende onderbouwd betwist. Mitsdien is niet gebleken dat deze goederen door toedoen van de p.i. Vught vermist zouden zijn geraakt.

Uit de invoerformulieren en de nadere schriftelijke inlichtingen blijkt verder dat in de p.i. Vught een Xbox is binnengekomen, maar niet dat de door klager gestelde vermiste PlayStation is binnengekomen. Om die reden kan de p.i. Vught niet
verantwoordelijk worden gesteld voor de gestelde vermissing daarvan.

Gezien het vorenstaande zal de beroepscommissie het beroep ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met wijziging van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.M. van der Bas, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en mr. J.W. Wabeke, leden, in tegenwoordigheid van
mr. R. Boerhof, secretaris, op 15 mei 2017

secretaris voorzitter

Naar boven