Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/0563/GB, 18 mei 2017, beroep
Uitspraakdatum:18-05-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 17/0563/GB

Betreft: [klager] datum: 18 mei 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E. Hullegie, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 13 februari 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing van de penitentiaire inrichtingen (p.i.) Lelystad naar de p.i. Arnhem afgewezen.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 26 oktober 2012 gedetineerd. Klager verbleef in de p.i. Lelystad en heeft verzocht om overplaatsing naar de p.i. Arnhem. Dat verzoek is afgewezen. Klager verblijft sinds 12 april 2017 in de p.i. Nieuwegein.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris heeft het overplaatsingsverzoek afgewezen, ondanks het positieve advies van de inrichting. Uit het selectieadvies blijkt dat klager in de p.i. Lelystad correct heeft
gefunctioneerd en gedurende zijn verblijf geen rapporten of meldingen heeft ontvangen. Klager verzoekt om overplaatsing, omdat zijn moeder ziek is en geen lange reis kan maken.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager is op 24 november 2016 overgeplaatst van de locatie Esserheem te Veenhuizen naar de p.i. Lelystad. Het door klager tegen deze beslissing ingestelde beroep is ongegrond verklaard (RSJ 20 april 2017, 17/0436/GB). In het vorengenoemde beroepschrift
werd tevens melding gemaakt van bezoekproblemen. Het positieve functioneren in de p.i. Lelystad betreft een relatief korte tijd, na het disfunctioneren van klager in de locatie Esserheem. Dat maakte een overplaatsing noodzakelijk. Klager verbleef sinds
april 2014 in de locatie Esserheem. Uit de stukken blijkt niet waar klagers moeder woont en klager heeft niet toegelicht waaruit de gezondheidsproblemen van zijn moeder bestaan. Klager ontvangt regelmatig bezoek in de p.i. Lelystad.

4. De beoordeling
Klager heeft verzocht om overplaatsing, omdat zijn moeder ziek is en geen lange reis kan maken. Klager heeft aangevoerd dat hij in de p.i. Lelystad wel bezoek ontvangt, maar niet van familieleden. De beroepscommissie overweegt dat klager niet heeft
toegelicht waar zijn moeder woonachtig is. Voorts heeft hij de gestelde gezondheidsproblemen van zijn moeder niet nader onderbouwd. Klager heeft zijn verzoek dan ook onvoldoende onderbouwd. Dat vanuit de inrichting een positief advies is gegeven, maakt
dat niet anders. Gelet op het vorenstaande kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep
zal derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. W.F. Korthals Altes, voorzitter, J.G.A. van den Brand en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Blankenspoor, secretaris, op 18 mei 2017.

secretaris voorzitter

Naar boven