Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 17/0705/GB, 27 maart 2017, beroep
Uitspraakdatum:27-03-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 17/705/GB

Betreft: [Klaagster] datum: 27 maart 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klaagster,

gericht tegen een op 27 februari 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klaagster gericht tegen de oproep zich op 1 maart 2017 te melden in de locatie Ter Peel gegrond verklaard.

2. De feiten
Klaagster is op 21 februari 2017 opgeroepen zich op 1 maart 2017 te melden in de locatie Ter Peel voor het ondergaan van 40 dagen principale hechtenis. Het bezwaarschrift dat zij hiertegen heeft ingediend is bij beslissing van 27 februari 2017 gegrond
verklaard, als gevolg waarvan de selectiefunctionaris haar uitstel van de melddatum heeft verleend. Op 28 februari 2017 is klaagster opgeroepen zich op 15 maart 2017 te melden in de locatie Ter Peel voor het ondergaan van de hiervoor genoemde
hechtenis.
Op 1 maart 2017 heeft het Openbaar Ministerie te kennen gegeven dat het vonnis van 3 februari 2016, waarbij klaagster is veroordeeld tot voornoemde hechtenis, niet langer zal worden geëxecuteerd.

3. Ontvankelijkheid
Ingevolge artikel 17, eerste lid onder a, van de Pbw kan een gedetineerde, waaronder begrepen een zelfmelder, een met redenen omkleed bezwaarschrift indienen tegen de beslissing tot plaatsing of overplaatsing als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van
de Pbw. Artikel 72, eerste lid, van de Pbw biedt de mogelijkheid tegen een gehele of gedeeltelijke ongegrondverklaring van genoemd bezwaarschrift een met redenen omkleed beroepschrift in te dienen.
Het onderhavige beroepschrift ziet echter niet op een gehele of gedeeltelijke ongegrondverklaring van het bezwaarschrift, maar op een gegrondverklaring hiervan. Tegen een dergelijke beslissing van de selectiefunctionaris staat geen rechtsmiddel open.

Hierbij komt dat de selectiefunctionaris te kennen heeft gegeven dat het Openbaar Ministerie het vonnis van 3 februari 2016 heeft teruggetrokken en dat deze niet langer zal worden geëxecuteerd. Nu het bezwaar en het beroep van klaagster waren gericht
tegen de oproep zich te melden voor het ondergaan van principale hechtenis en inmiddels door het Openbaar Ministerie deze straf niet zal worden geëxecuteerd heeft klaagster geen belang meer bij deze procedure. Gelet op voornoemde redenen dient
klaagster
niet-ontvankelijk te worden verklaard in haar beroep.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klaagster niet-ontvankelijk in haar beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. A. van Holten, leden, in tegenwoordigheid van Y.L.F. Schuren, secretaris, op 27 maart 2017.

secretaris voorzitter

Naar boven