Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/3351/JB, 1 februari 2017, beroep
Uitspraakdatum:01-02-2017

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 16/3351/JB

Betreft: [klager] datum: 1 februari 2017

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 78, eerste lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. C.W.J. Faber, namens

[...], geboren op [ 1994], verder te noemen klager,

gericht tegen een beslissing van 27 september 2016 van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Ter zitting van de beroepscommissie van 12 januari 2017, gehouden in de rechtbank te Utrecht, zijn gehoord klagers raadsman mr. C.W.J. Faber en [...], werkzaam bij de Dienst Justitiële Inrichtingen van het ministerie van Veiligheid en Justitie.

Klager heeft afstand gedaan van het recht om ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar j.j.i. Den Hey-Acker te Breda ongegrond verklaard.

2. De feiten
Aan klager is bij onherroepelijk geworden rechterlijke uitspraak de maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen (p.i.j.-maatregel) opgelegd. Bij beslissing van 14 september 2015 is hij geplaatst in j.j.i. De Hunnerberg te Nijmegen. Bij
beslissing van 18 juli 2016 is klager tijdelijk geplaatst in j.j.i. De Hartelborgt te Spijkenisse. Op 11 augustus 2016 heeft de directeur van j.j.i. De Hunnerberg verzocht om klager over te plaatsen naar j.j.i. Den Hey-Acker. Op 11 augustus 2016 heeft
de selectiefunctionaris beslist om klager over te plaatsen naar j.j.i. Den Hey-Acker. Een op 18 augustus 2016 ingediend bezwaarschrift tegen deze laatste beslissing is door de selectiefunctionaris op 27 september 2016 ongegrond verklaard.

3. De standpunten
Namens klager is het beroep tegen de beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager is gebaat bij terugplaatsing naar j.j.i. De Hartelborgt omdat de begeleiding en de behandeling daar aansloegen door klagers klik met het personeel. In j.j.i. Den Hey-Acker moet klager opnieuw beginnen. Bij een externe overplaatsing is de
mogelijke negatieve invloed op de continuering van de behandeling vele malen groter dan bij een interne overplaatsing. Het is niet juist dat klager in j.j.i. De Hartelborgt geen MBO niveau 3 zou kunnen volgen. Klager heeft dit onderwijs wel in j.j.i.
De
Hartelborgt gevolgd. Dit betreft informatie van klager die de raadsman niet heeft nagegaan. Het uitgangspunt van regionale plaatsing is ondergeschikt aan het uitgangspunt dat de behandeling zo optimaal mogelijk dient te zijn. Het belang van het kind
dient voorop te staan. Verwezen wordt naar artikel 3 IVRK.
In j.j.i. Den Hey-Acker gaat het niet goed met klager. Er is geen passende behandeling gestart. Klager heeft geen aansluiting met het behandelteam. Er wordt hem geen passend onderwijs aangeboden. Het is geen kwestie van niet willen maar van niet kunnen
in j.j.i. Den Hey-Acker. Inmiddels heeft klager contact met een GGz-psychiater en gaat hij met deze in gesprek om te bezien of plaatsing in Catamaran een optie is. De psychiater wil graag met klager in j.j.i. Den Hey-Acker spreken maar dit wordt
tegengewerkt door de inrichting. Volgens de inrichting heeft klager geen motivatie voor behandeling in Catamaran. Klagers behandeling bevindt zich in een impasse. Het is nog te vroeg voor een formeel verzoek om overplaatsing naar Catamaran. Klager wil
daar geplaatst worden waar zijn behandeling het beste aanslaat. Hij neemt de reisafstand voor lief. Het was beter geweest als in enige mate wordt meegegaan in de plaatsingswens van een jeugdige. Het verbaast de raadsman dat thans gesteld wordt dat een
mededader in j.j.i. De Hartelborgt verblijft en dat dit een beletsel is om klager daar te plaatsen. In j.j.i. De Hunnerberg verbleef toentertijd ook een mededader en dat was toen geen argument om hem daar niet te plaatsen. J.j.i. De Hartelborgt is niet
gevraagd of het een beletsel is dat een mededader daar verblijft. Klager heeft een kader nodig en minder prikkels. Hij zal niet zomaar terugvallen in oude vriendengroepen. De raadsman heeft daar gesprekken met klager over gevoerd.

Door en namens de selectiefunctionaris is inzake het beroep het volgende standpunt naar voren gebracht.
Na een incident op 18 juli 2016 is klager tijdelijk geplaatst in j.j.i. De Hartelborgt. Beoogd werd om klager terug te plaatsen naar j.j.i. De Hunnerberg. Doordat er sprake was van een verstoorde en gestagneerde behandelrelatie en behandeling in j.j.i.
De Hunnerberg is verzocht om klager elders te plaatsen. Uitgangspunt is regionale plaatsing. De overplaatsing naar j.j.i. Den Hey-Acker is in klagers belang. Het is nooit de bedoeling geweest om klager in j.j.i. De Hartelborgt te laten blijven. Voorts
verblijft er een mededader in j.j.i. De Hartelborgt waardoor het niet wenselijk is om klager daar te plaatsen. Het volgen van een MBO niveau 3 opleiding is momenteel niet mogelijk voor klager in j.j.i. Den Hey-Acker. Als hij onbegeleid verlof zou
hebben, zou hij buiten de inrichting die opleiding kunnen volgen. Dit vraagt dus iets van klager. Onbegeleid verlof moet hij verdienen. In j.j.i. De Hartelborgt had hij ook geen MBO niveau 3 opleiding kunnen volgen. Er is van alles mogelijk, als klager
maar meewerkt. De structuur en de groepen in j.j.i. Den Hey-Acker zijn geschikt voor hem. Klager kan een goede behandeling worden geboden in de inrichting en het betreft een regioplaatsing. J.j.i. De Hartelborgt is verder weg en behandeling in j.j.i.
Den Hey-Acker biedt een betere structuur. Meegewogen is dat klager liever in j.j.i. De Hartelborgt wilde blijven. Tevens is meegewogen dat zich in de behandeling van klager een patroon aftekent van niet mee werken aan behandeling. De weigering te
willen profiteren van een door de professionals ingeschatte goede behandeling in Den Hey-Acker kan ook in deze context gezien kan worden.

4. De beoordeling
Klager is na een incident in j.j.i. De Hunnerberg tijdelijk geplaatst in j.j.i. De Hartelborgt. Omdat hij in verband met een verstoorde behandelrelatie niet kon terugkeren naar j.j.i. De Hunnerberg is beslist om klager over te plaatsen naar j.j.i. Den
Hey-Acker. Klager wil graag in j.j.i. De Hartelborgt worden geplaatst ook als dat betekent dat hij dan naar een andere afdeling wordt overgeplaatst.

Klagers argument dat in j.j.i. De Hartelborgt de behandeling aansloeg omdat hij een klik met het personeel had, treft naar het oordeel van de beroepscommissie geen doel nu klager in die inrichting niet op een behandelafdeling verbleef, er in die
periode
ook geen daadwerkelijke behandeling heeft plaatsgevonden en hij daartoe in ieder geval diende te worden overgeplaatst naar een behandelafdeling.

De beroepscommissie acht, gelet op de door en namens de selectiefunctionaris en de j.j.i. Den Hey-Acker verstrekte inlichtingen, aannemelijk geworden dat in j.j.i. Den Hey-Acker aan klager de juiste structuur en behandeling kunnen worden geboden.
Daarbij komt dat de plaatsing in j.j.i. Den Hey-Acker in tegenstelling tot een plaatsing in j.j.i. De Hartelborgt een regioplaatsing betreft. Niet aannemelijk is geworden dat klager, die nog niet over verloffaciliteiten beschikt(e), in j.j.i. De
Hartelborgt wel een MBO niveau 3 opleiding had kunnen volgen.

De beroepscommissie is, gelet op het bovenstaande, van oordeel dat de beslissing van de selectiefunctionaris niet in strijd is met de wet en, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet onredelijk of onbillijk kan worden genoemd. Het
beroep zal ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M.J.C. Koens, voorzitter,
mr. R.S.T. van Rossem-Broos en drs. J.E. Wouda, leden, bijgestaan door mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 1 februari 2017.

secretaris voorzitter

Naar boven