nummer: 16/3576/JA
betreft: [klager] datum: 27 december 2016
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 74, tweede lid, van de Beginselenwet justitiële jeugdinrichtingen (Bjj) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.D. Kloosterman, namens
[...], geboren op [ 1998], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 13 oktober 2016 van de beklagcommissie bij de Rijks Justitiële Jeugdinrichting (j.j.i.), locatie De Hunnerberg te Nijmegen,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Ter zitting van de beroepscommissie van 13 december 2016, gehouden in de rechtbank Midden-Nederland te Utrecht, is het beroep behandeld. Klagers raadsman heeft op 8 december 2016 bericht dat klager niet aanwezig wenst te zijn ter zitting en dat de
raadsman evenmin ter zitting aanwezig zal zijn.
De directeur van de j.j.i. heeft op 8 en 12 december 2016 schriftelijk bericht te zijn verhinderd om ter zitting te verschijnen.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de plaatsing in fase 1 (instroomfase) van Youturn na tijdelijk verblijf elders (TVE) waardoor klager geen mogelijkheid wordt geboden om door te faseren (H-2016-145).
De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.
2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager was voorafgaand aan de TVE geplaatst in fase 3 (individueel traject) van de behandelmethodiek Youturn. Na terugkeer in de inrichting heeft klager net en correct gedrag vertoond. Terugplaatsing in fase 1 is gebaseerd op het gedrag dat klager
voorafgaand aan de TVE heeft vertoond. Gelet op het tijdsverloop tussen laatstgenoemd gedrag en de beslissing tot plaatsing in fase 1 was er geen noodzaak die beslissing te nemen. De terugplaatsing in fase 1 is daarom onredelijk en disproportioneel. De
beklagcommissie kan niet gevolgd worden in haar oordeel dat sprake is van een beslissing als bedoeld in artikel 23, eerste lid, Bjj. Klager was immers in het kader van een TVE op grond van artikel 27 Bjj tijdelijk overgeplaatst gedurende welke periode
hij ingeschreven is blijven staan bij de inrichting die tot de TVE heeft beslist. Bij terugkeer in die inrichting is daarom geen sprake van binnenkomst in die inrichting zoals bedoeld in artikel 23, eerste lid, Bjj. Bovendien is geen sprake van
uitsluiting van verblijf in de groep en deelname aan gezamenlijke activiteiten zoals bedoeld in artikel 23, derde lid, Bjj, omdat klager na terugkeer in de inrichting direct op de groep is geplaatst.
De terugplaatsing in fase 1 van de behandelmethodiek Youturn heeft uitsluitend zijn weerslag op de behandeling die klager wordt aangeboden en op de daarbij behorende verwerfbare vrijheden.
De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht. Dit standpunt houdt in dat klager niet-ontvankelijk is in de klacht dan wel dat de klacht ongegrond is. Het klopt dat klager na de TVE is
teruggeplaatst in de fasering van Youturn. Dit was, geheel conform de behandelmethodiek, het gevolg van het respectloos gedrag van klager naar groepsmedewerkers op basis waarvan de TVE was aangevraagd. Als gevolg van dat gedrag was sprake van een erg
onveilig leefklimaat op klagers afdeling. Bovendien werkte klager niet samen met het behandelteam. Klager kan na terugplaatsing doorfaseren en vrijheden verwerven als hij zich houdt aan door hem gedane toezeggingen weer met het behandelteam te willen
samenwerken.
3. De beoordeling
Beklag kan worden ingediend tegen de in artikel 65, aanhef, eerste lid, onder a t/m l, Bjj genoemde beslissingen van de directeur. In artikel 65, eerste lid, aanhef en onder m, Bjj is bepaald dat beklag kan worden ingediend ter zake van enige andere
beslissing van de directeur die een beperking inhoudt van een recht dat de jeugdige op grond van een bij of krachtens de Bjj of een ieder verbindende bepaling van een in Nederland geldend verdrag toekomt.
Uit artikel 77 van het Reglement justitiële jeugdinrichting (Rij) volgt dat de inrichting een passende behandeling aanbiedt. Onder passende behandeling wordt verstaan zorg van een goed niveau, die in ieder geval doeltreffend, doelmatig en gericht op de
jeugdige wordt verleend en die is afgestemd op de reële behoefte van de jeugdige.
Naar het oordeel van de beroepscommissie betreft het beklag een vermeende schending van het recht op passende behandeling zoals dit is omschreven in artikel 77 Rij. Klager is dan ook terecht door de beklagcommissie ontvangen in het beklag.
Naar de beroepscommissie ambtshalve bekend is, bestaat de behandelmethodiek Youturn uit vijf fases, waarbij de eerste drie fases binnen de inrichting plaatsvinden en de laatste twee fases buiten de inrichting. Fase 1 betreft de instroomfase waarin aan
de hand van dossiers, rapportages en gesprekken de intake plaatsvindt en een perspectiefplan voor de jongere moet worden opgesteld. Fase 2 betreft een basistraject waarin het gaat om het volgen van een dagprogramma, waarbij aan de hand van
basisprofielen taken en vaardigheden worden aangeleerd en groepsbijeenkomsten plaatsvinden. Fase 3 is een individueel traject dat is bedoeld voor de persoonlijke ontwikkeling van de jongere, waarbij aan de hand van ontwikkelprofielen aan zijn
persoonlijke leerdoelen wordt gewerkt.
Op grond van de stukken is voldoende aannemelijk dat klager op grond van zijn gedrag op grond van artikel 27 Bjj tijdelijk in een andere j.j.i. is geplaatst (TVE) met de bedoeling weer in de inrichting terug te keren zodra de TVE niet langer
noodzakelijk wordt geacht. Klager verbleef, volgens zijn niet weersproken verklaring, voorafgaand aan de TVE in fase 3 van de behandelmethodiek Youturn. Onbetwist is dat klager bij terugkeer in de inrichting is geplaatst in fase 1 van de
behandelmethodiek Youturn op grond van zijn gedrag in de periode van 18 juni tot 5 juli 2016 voorafgaand aan de TVE. Volgens de directeur is dit conform de behandelmethodiek van Youturn. Fase 1 is blijkens de behandelmethodiek van Youturn echter niet
bedoeld voor terugkeer na een TVE. Bovendien is op grond van de stukken waarover de beroepscommissie in het onderhavige geval beschikt niet aannemelijk geworden waarom het gedrag van klager vóór de TVE zodanig ernstig is geweest dat zelfs na een TVE
van
bijna een maand een terugplaatsing naar fase 1 in het kader van een passende behandeling van klager als noodzakelijk en proportioneel kan worden aangemerkt.
Het beroep zal derhalve gegrond worden verklaard.
Nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing niet meer ongedaan zijn te maken, komt klager een tegemoetkoming toe. De directeur is in de gelegenheid gesteld zijn standpunt hieromtrent te bepalen. De beroepscommissie stelt deze vast op € 30,=.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond.
Zij bepaalt dat aan klager ten laste van de directeur een tegemoetkoming toekomt van € 30,=.
Deze uitspraak is gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M.J.C. Koens, voorzitter, mr. R. van de Water en drs. J.E. Wouda, leden, bijgestaan door mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 27 december 2016.
secretaris voorzitter