Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/2727/GA, 2 december 2016, beroep
Uitspraakdatum:02-12-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 16/2727/GA

betreft: Klager datum: 2 december 2016

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. L.H. van der Grinten, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 7 juli 2016 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, betreffende het niet terstond wijzigen van klagers voedingskeuze,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Vught in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsvrouw om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
De beroepscommissie overweegt dat het niet (terstond) wijzigen van klagers voedingskeuze kan worden aangemerkt als een door of namens de directeur genomen beslissing waartegen op grond van artikel 60, eerste lid, van de Pbw beklag open staat. De
uitspraak van de beklagrechter zal derhalve worden vernietigd en klager zal alsnog ontvankelijk worden verklaard in zijn beklag.

Nu de directeur heeft gesteld dat het enige tijd kan duren voordat de leverancier de voeding kan aanpassen en overigens gesteld noch gebleken is dat klager hierdoor enig nadeel heeft ondervonden, is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing
niet
als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Het beklag zal alsnog ongegrond worden verklaard.

2. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagrechter, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag, maar verklaart dit beklag ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. C.M. van der Bas en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van
mr. L.S. Rietdijk, secretaris, op 2 december 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven