Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/3845/STA, 18 november 2016, schorsing
Uitspraakdatum:18-11-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 16/3845/STA

Betreft : [verzoeker] datum: 18 november 2016

De voorzitter van de beroepscommissie uit de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in FPC Oostvaarderskliniek te Almere, verder de inrichting te noemen.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 64 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt), van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van het hoofd van de inrichting van 10 november 2016, inhoudende
tijdelijke overplaatsing naar afdeling Rozenbeek 2 in afwachting van het vrijkomen van een plaats voor verzoeker op een reguliere behandelafdeling.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het met het schorsingsverzoek meegezonden klaagschrift van 15 november 2916 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van het hoofd van voornoemde inrichting van 17 november 2016.

1. De standpunten
Verzoeker heeft zijn verzoek als volgt toegelicht.
De afdeling Meresteijn gaat vanwege personeelstekort sluiten, waardoor verzoeker en de medebewoners naar andere behandelafdelingen moeten worden overgeplaatst. Verzoeker is het er niet mee eens dat hij in afwachting van overplaatsing naar een andere
behandelafdeling met ingang van 30 november 2016 als enige tijdelijk op de afdeling Rozenbeek 2 wordt geplaatst. Die afdeling is geen behandelafdeling, maar een strafafdeling voor patiënten die niet in behandeling willen, ernstig ontspoord en/of in de
fout zijn gegaan dan wel een gevaar voor zichzelf en/of anderen zijn. Hem is verzekerd dat de overplaatsing tijdelijk zal zijn en dat hem geen beperkingen opgelegd worden. Verzoeker vreest echter dat zijn behandeling door die tijdelijke overplaatsing
ernstige vertraging zal oplopen. De oppervlakkige dossierkennis van het huidige hoofd behandeling zal summier worden overgedragen aan het hoofd behandeling op de afdeling Rozenbeek 2 die vanaf december 2016 in een andere kliniek zal gaan werken, zodat
door laatstgenoemde een nog meer summiere overdracht aan het volgende hoofd behandeling zal plaatsvinden. Er zal onvoldoende patiëntenoverdracht zijn. Verzoeker zal zich moeten aanpassen aan de zeer beperkende afdelingsregels, waardoor hij fors
vrijheden zal moeten inleveren. De inrichting biedt geen enkele tegemoetkoming ter compensatie van de stagnering van zijn behandeling.

Uit de inlichtingen van het hoofd van de inrichting komt het volgende naar voren.
Het gaat om een niet beklagwaardige interne overplaatsing. De afdeling Rozenbeek 2 is geen intensieve zorgafdeling als bedoeld in artikel 32 Bvt, maar een afdeling met een gestructureerd milieu voor patiënten die intensieve begeleiding nodig hebben. Er
is geen sprake van een strafplaatsing, maar van een logistieke overplaatsing van tijdelijke aard in afwachting van het vrijkomen van een kamer voor verzoeker op een reguliere behandelafdeling. De afdeling Meresteijn wordt niet vanwege personeelstekort
gesloten, maar vanwege de verminderde toestroom van tbs-patiënten en het verkrijgen van een andere bestemming. De tijdelijke overplaatsing van verzoeker naar een gewone kamer van de afdeling Rozenbeek 2 houdt geen verband met zijn problematiek en is
goed voorbereid opdat zijn behandeling geen vertraging oploopt. Verzoekers behandelplanbespreking is een maand vervroegd ten behoeve van een warme overdracht tussen het huidige hoofd behandeling en het nieuwe hoofd behandeling. Het verlengingsadvies
met
de meest recente informatie is in concept opgesteld door verzoekers huidige hoofd behandeling zodat geen waardevolle informatie verloren gaat. In beginsel zal verzoeker geen beperkingen opgelegd krijgen. Wel zal hij vanwege de afdelingsregels minder
spullen op zijn kamer mogen houden die tot aan zijn overplaatsing naar een reguliere afdeling in de inrichting zullen worden opgeslagen.

2. De beoordeling
Vanwege het beperkte beklagrecht in de Bvt staat tegen een interne overplaatsing alleen beklag open als het gaat om overplaatsing naar een afdeling voor intensieve zorg zoals bedoeld in artikel 32 Bvt. De voorzitter stelt vast dat de afdeling Rozenbeek
niet als een zodanige afdeling is aangewezen. Verzoeker voert aan dat de interne overplaatsing naar de afdeling Rozenbeek een schending van het recht op behandeling inhoudt omdat zijn behandeling daardoor ernstige vertraging zal oplopen. Een klacht
tegen overplaatsing naar een andere afdeling dan een afdeling voor intensieve zorg is ontvankelijk als die overplaatsing meebrengt dat sprake is van het niet betrachten van een in de wet neergelegde zorgplicht met betrekking tot de behandeling. Naar
het
voorlopig oordeel van de voorzitter is daarvan geen sprake. Uit de inlichtingen van het hoofd van de inrichting komt immers naar voren dat verzoeker ook op de afdeling Rozenbeek zal worden behandeld. Voorts komt uit die inlichtingen naar voren dat
daartoe een warme overdracht tussen het huidige hoofd behandeling en het hoofd behandeling van de afdeling Rozenbeek zal plaatsvinden en dat het huidige hoofd behandeling het advies van de inrichting met betrekking tot verlenging van verzoekers tbs in
concept heeft opgesteld. Verzoeker kan daarom niet in het verzoek worden ontvangen.

3. De uitspraak
De voorzitter verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in het verzoek.

Aldus gegeven door mr. R.M. Maanicus, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 18 november 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven