Nummer: 17/2333/GB
Betreft: [Klager] datum: 25 juli 2017
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[…], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 11 juli 2017 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het verzoek van klager tot uitstel van de oproep zich op 24 juli 2017 te melden in de penitentiaire inrichting Nieuwegein afgewezen.
2. De feiten
Bij beslissing van 28 juni 2017 is aan klager desgevraagd uitstel van de melddatum verleend tot 24 juli 2017 voor het ondergaan van 14 dagen gevangenisstraf in de penitentiaire inrichting Nieuwegein. Op 7 juli 2017 is namens klager wederom verzocht om uitstel van de melddatum. De selectiefunctionaris heeft dat verzoek op 11 juli 2017 afgewezen. In verband met de behandeling van het beroep is uitstel van de meldplicht verleend tot 28 juli 2017.
3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager verblijft op dit moment in een kliniek voor een behandeling van zijn medicijnverslaving. De verwachting is dat klager op 7 augustus 2017 het doel zal hebben behaald. Nu in de inrichting geen kundige nazorg kan worden verleend, verzoekt klager om uitstel van de melddatum. Een en ander wordt ook door de verslavingsarts geadviseerd.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing in beroep als volgt toegelicht.
De selectiefunctionaris verwijst naar de inhoud van de bestreden beslissing. In die beslissing is het volgende vermeld. Uit de Aanwijzing executie van het Openbaar Ministerie blijkt dat de noodzaak tot tenuitvoerlegging van een gevangenisstraf voorop staat. Slechts in uitzonderlijke gevallen kan een verzoek tot uitstel worden toegekend. In februari 2017 heeft klager voor de eerste keer om uitstel verzocht.
Aan de medisch adviseur is toen gevraagd een advies uit te brengen. In afwachting van dit advies is de oproep in de zgn. wachtstand gezet. Op 8 mei 2017 heeft de medisch adviseur bericht dat van klager geen toestemmingsverklaring voor het opvragen van medische informatie is ontvangen, ondanks herhaalde verzoeken daartoe. Na een nieuwe oproep heeft klager wederom om uitstel verzocht. Dat is aan hem verleend tot 24 juli 2017. De selectiefunctionaris ziet geen aanleiding klager nu weer uitstel te verlenen.
In aanvulling op het vorenstaande is in beroep nog het volgende aangevoerd.
Klager verblijft op vrijwillige basis in een verslavingskliniek. Het is niet mogelijk te onderzoeken of er - in het geval van klager - voldoende expertise binnen de inrichting is, omdat hij geen toestemming voor het opvragen van medische informatie heeft gegeven.
4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hierbij neemt de beroepscommissie in aanmerking dat de medisch adviseur geen advies heeft kunnen opstellen, omdat klager de medisch adviseur - hoewel enkele malen gevraagd - geen toestemming heeft gegeven voor het opvragen van medische informatie. Daardoor is niet vast te stellen of het (wederom) verlenen van uitstel van de melddatum tot - zo begrijpt de beroepscommissie klagers verzoek - 8 augustus 2017 op medische gronden strikt noodzakelijk is. Daarbij komt dat klager dat zelf ook niet met stukken aannemelijk heeft gemaakt. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.
Het voorgaande betekent dat klager zich - overeenkomstig de oproepbrief van 20 juli 2017 - op 28 juli 2017 voor 10.00 uur dient te melden bij de penitentiaire inrichting Nieuwegein voor het ondergaan van zijn detentie.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.W. Wabeke, voorzitter, J.G.A. van den Brand en mr. M.A.G. Rutten, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Boerhof, secretaris, op 25 juli 2017
secretaris voorzitter