Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/1041/GA, 18 augustus 2016, beroep
Uitspraakdatum:18-08-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Vervoer  v

Uitspraak

nummer: 16/1041/GA

betreft: [...] datum: 18 augustus 2016

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 4 maart 2016 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Leeuwarden, betreffende het niet laten vervoeren van klager met extra beveiligd vervoer (EBV),

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Leeuwarden in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. L.R. Rommy om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De beoordeling
Klager heeft verzocht het beroep mondeling te mogen toelichten. De beroepscommissie wijst dit verzoek, dat niet is onderbouwd, af nu de noodzaak van een mondelinge toelichting niet is gebleken. Zij acht zich op basis van de stukken voldoende ingelicht
om op het beroep te beslissen.

De klacht betreft het niet inzetten van extra beveiligd vervoer (EBV) voor het transport van de p.i. Leeuwarden naar de p.i. Zwolle op medische gronden. Klager stelt dat hij met gewoon vervoer last krijgt van nek- en rugklachten.
De medische dienst heeft, aldus de directeur, geen indicatie afgegeven dat in het geval van klager gebruik moet worden gemaakt van EBV. Klager is door de directeur het gebruik van een gelkussen aangeboden teneinde de reis voor klager aangenamer te
maken. Klager heeft, zo begrijpt de beroepscommissie, daarvan geen gebruik gemaakt omdat een kussen is om op te zitten en niet gebruikt kan worden voor je rug. Bovendien heeft klager van het gebruik afgezien omdat de rit van Leeuwarden naar Zwolle van
korte duur is.
Gelet op bovenstaande kan hetgeen in beroep is aangevoerd niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard met aanvulling van de gronden.

2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie met aanvulling van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.A.M. de Wit, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en J. Schagen MA, leden, in tegenwoordigheid van
P. de Vries, secretaris, op 18 augustus 2016

secretaris voorzitter

Naar boven