Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/2569/SGA, 29 juli 2016, schorsing
Uitspraakdatum:29-07-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer : 16/2569/SGA
Betreft : [verzoeker] datum: 29 juli 2016

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift, ingediend door mr. E.R. Weening, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde inrichting van 22 juli 2016, inhoudende de verlenging met veertien dagen van een
eerder aan verzoeker opgelegde ordemaatregel van plaatsing in afzondering in een andere verblijfsruimte dan een afzonderingscel, welke verlenging is ingegaan op 22 juli 2016 om 18:00 uur en zal eindigen op 5 augustus 2016 om 18:00 uur, en extern ten
uitvoer wordt gelegd op de afdeling voor beheersproblematische gedetineerden (BPG) van de p.i. Vught. Daartoe is beslist omdat klager in verband met de capaciteit van de Terroristen Afdeling (TA) daar niet kan worden geplaatst.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift van 25 juli 2016, alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur van 28 juli 2016.

1. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.
Uit de inlichtingen van de directeur komt naar voren dat is beslist tot verlenging van een eerder aan verzoeker opgelegde ordemaatregel alsmede tot een externe tenuitvoerlegging, omdat de capaciteit van de TA, waarvoor klager door de
selectiefunctionaris is geselecteerd, momenteel niet toelaat dat klager aldaar wordt geplaatst. Deze enkele omstandigheid levert echter geen grond op als bedoeld in artikel 23, eerste lid, van de Pbw. Gelet hierop berust – naar het voorlopig oordeel
van
de voorzitter – de bestreden ordemaatregel en derhalve ook de externe tenuitvoerlegging niet op goede gronden. Het verzoek zal daarom worden toegewezen.

2. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur met onmiddellijke ingang tot het moment dat de beklagcommissie op het onderliggende beklag zal hebben beslist.

Aldus gedaan door mr. J.W. Rijkers, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. R. Boerhof, secretaris, op 29 juli 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven