Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/0129/GA, 1 juli 2016, beroep
Uitspraakdatum:01-07-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 16/129/GA

betreft: [klager] datum: 1 juli 2016

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift ingediend door mr. L.J.L.M. Dacier namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 18 januari 2016 van de beklagcommissie bij locatie Sittard,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 20 mei 2016, gehouden in de penitentiaire inrichting Vught, zijn gehoord klager, bijgestaan door de kantoorgenoot van zijn raadsman mr. A. van Kan en [...], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de locatie
Sittard.

De directeur heeft ter zitting twee foto’s van camerabeelden aan de beroepscommissie, klager en mr. A. van Kan overgelegd.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de plaatsing van klager in het basisprogramma bij terugplaatsing op
23 november 2015 in de locatie Sittard.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager betwist dat hij degene is die op de overgelegde foto’s staat. Hij heeft wel zo’n jas maar zijn jas is grijs en niet blauw. De camerabeelden hadden bewaard moeten worden. Uit de foto’s kan niet worden opgemaakt dat er iets over de muur wordt
gegooid. Geconcludeerd kan worden dat er op de foto’s een donkere man is te zien. Dat is alles. Niet aangegeven is waaraan klager is herkend. Enige vorm van onderbouwing ontbreekt.
Klager ging ervan uit dat hij zelfmelder was omdat hij zich moest melden voor een gesprek. Na de plaatsing in het basisprogramma moest hij zes weken binnen blijven. Inmiddels is hij in een plusprogramma geplaatst. De vriend uit Heerlen bij wie klager
die dag verbleef, heeft wel een verklaring afgelegd. Misschien heeft een collega van mr. Van Kan die ontvangen. Klager hoefde die dag pas om 23.00 uur binnen te zijn bij Moveo.

Door de directeur is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager was geen zelfmelder. Hij is voor een time-out teruggeplaatst naar de locatie Sittard. Het beroep tegen de terugplaatsing is inmiddels gegrond verklaard omdat de beslissing onbevoegd is genomen. Klager heeft zes weken in het basisregime verbleven
en is inmiddels in het plusregime geplaatst. Klager is herkend op de camerabeelden, die niet bewaard zijn, en op de foto’s van de camerabeelden, omdat het personeel klager kent. Vooral op de foto, waarop klager en profil staat, is duidelijk dat het
klager is. Contrabande is daarna aangetroffen maar nergens is omschreven wat er is gevonden.

3. De beoordeling
Klager is na terugplaatsing in de locatie Sittard in het basisprogramma geplaatst, omdat medewerkers op camerabeelden zouden hebben gezien dat klager contrabande over de muur van de p.i. zou hebben gegooid. Deze camerabeelden zijn niet bewaard.
Ter zitting van de beroepscommissie zijn door de directeur twee foto’s overgelegd die gemaakt zijn van de camerabeelden. Aangegeven is door de directeur dat op de camerabeelden en op de twee van de camerabeelden gemaakte foto’s een persoon staat die
door het personeel is herkend als zijnde klager.
De beroepscommissie stelt vast dat de plaatsing van klager in het basisprogramma rust op de waarneming van het personeel dat klager ‘iets’, geduid als contrabande, over de muur van de p.i. zou hebben gegooid. Gesteld is dat dit ‘iets’ wel is
aangetroffen maar dat niet is vastgelegd wat er is gevonden. De beroepscommissie acht het aannemelijk dat klager de persoon op de foto is, maar uit de stukken en het verhandelde ter zitting wordt niet duidelijk of en wat er over de muur is gegooid.
Nu
ook niet is vastgelegd wat er zou zijn aangetroffen is de beslissing om klager in het basisprogramma te plaatsen onvoldoende gemotiveerd. De beroepscommissie zal derhalve het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen en
het beklag alsnog gegrond verklaren. Zij kent klager ter zake een tegemoetkoming toe van € 30,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 30,=.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J. Stolwerk, voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds en mr. M.M. Boone, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 1 juli 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven