Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 16/0660/GA, 12 mei 2016, beroep
Uitspraakdatum:12-05-2016

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 16/660/GA

betreft: [klager] datum: 12 mei 2016

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.J.A. Bakker, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 26 januari 2016 van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Almere,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Almere in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft de afwijzing van klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van incidenteel verlof.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Namens klager is het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Klager wenst zijn moeder te bezoeken. Klager is ongewenst verklaard en is gebonden aan een rolstoel. Zijn moeder is zeer slecht ter been en lijdt aan
obesitas. Het is voor haar niet mogelijk om klager in de inrichting te bezoeken. Door haar gebrekkige mobiliteit zal zij na de uitzetting van klager ook niet in staat zijn om hem in Marokko te bezoeken. Klager zal door een aan hem opgelegd inreisverbod
niet in staat zijn om zijn moeder in Nederland te bezoeken. De afwijzing van zijn verzoek om verlof is dan ook onredelijk en onbillijk.

De directeur heeft hierop niet gereageerd.

3. De beoordeling
Klager heeft verzocht om incidenteel verlof voor een bezoek aan zijn moeder. Uit artikel 25, eerste lid, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting (hierna: de Regeling) volgt dat incidenteel verlof kan worden verleend voor een bezoek aan een
niet tot reizen in staat zijnde levenspartner, kind of ouder, indien deze wegens medische of psychische belemmeringen niet in staat is de inrichting te bezoeken en de gedetineerde gedurende drie maanden niet heeft kunnen ontmoeten.
Vast staat dat klager ongewenst is verklaard en dat dit volgens artikel 4, sub l, van de Regeling een contra-indicatie vormt voor de verlening van verlof. Dat neemt niet weg dat er redenen van humane aard kunnen zijn die een uitzondering op deze
bepaling rechtvaardigen (vergelijk RSJ 19 mei 2015, 14/3243/GV).

Klager stelt dat zijn moeder niet in staat is om hem in de inrichting te bezoeken omdat zij lijdt aan obesitas en zeer slecht ter been is. Bij gebreke van een medisch advies over de situatie van klagers moeder is de beroepscommissie van oordeel dat de
directeur zijn beslissing tot afwijzing van het verzoek om incidenteel verlof onvoldoende heeft gemotiveerd. Het beroep zal dan ook gegrond worden verklaard, de uitspraak van de beklagcommissie zal worden vernietigd en het beklag zal alsnog gegrond
worden verklaard. Nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing nog ongedaan zijn te maken, zal de beroepscommissie geen tegemoetkoming toekennen. Zij beslist als volgt.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog gegrond. Zij vernietigt de beslissing waarover is geklaagd en draagt de directeur op een nieuwe beslissing te nemen met
inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. C.M. van der Bas, voorzitter, mr. M.M. Boone en mr. R.S.T. van Rossem-Broos, leden, in tegenwoordigheid van mr. R. Boerhof, secretaris, op 12 mei 2016.

secretaris voorzitter

Naar boven