Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 02/1800/GA, 16 december 2002, beroep
Uitspraakdatum:16-12-2002

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 02/1800/GA

betreft: [klager] datum: 16 december 2002

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een op 29 augustus bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie Groot Bankenbosch te Veenhuizen,

gericht tegen een uitspraak d.d. 9 augustus 2002 van de beklagcommissie bij voormelde locatie, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 14 november 2002, gehouden in de locatie Norgerhaven te Veenhuizen, is gehoord de heer [...], unit-directeur bij de locatie Groot Bankenbosch voornoemd. Hoewel voor klagers vervoer naar dezitting was zorggedragen, heeft hij daarvan geen gebruik gemaakt.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft het niet op de aangegeven tijden rijden van de (inrichtings)bus, die gedetineerden tussen het arbeidsbedrijf en de inrichting moest vervoeren.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van de directeur en klager
De unit-directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
Klager heeft een klaagschrift ingediend met betrekking tot de vertraging van de bus. Naar het oordeel van de directeur is hier geen sprake van een beslissing van de directeur, als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw. Dedirecteur heeft alles gedaan hetgeen in zijn macht lag om de bus op tijd te laten rijden. Het valt de chauffeur eventueel ter verwijten dat hij de dienstregeling niet gevolgd heeft. In dit geval was er sprake van een zogenaamde uitvoeringsvergissing. Door een medewerker is er abusievelijk iets verkeerd gedaan. Voor die verkeerde uitvoering is de directeur in dit geval niet aansprakelijk.
Overigens is een dergelijke vertraging sinds dit voorval niet meer voorgekomen. De directeur kan evenwel niet garanderen dat dit in de toekomst niet nogmaals kan voorvallen. De betreffende chauffeur was een invalchauffeur en heeftdie dag niet goed op het dienstrooster gekeken.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Door de directeur is aangevoerd dat klager niet-ontvankelijk had moeten worden verklaard in zijn beklag nu het hier niet een beslissing zou betreffen als bedoeld in artikel 60, eerste lid van de Pbw.
De directeur heeft een inspanningsverplichting om toe te zien dat de door de inrichting georganiseerde busdienst rijdt volgens het vastgestelde dienstrooster. Indien daarbij sprake is van kleine vertragingen (enkele minuten) kan datniet aan de directeur worden toegerekend. In dit geval is er evenwel sprake van een langere overschrijding van dat dienstrooster, ten gevolge waarvan klager (en enkele medegedetineerden) andere afspraken niet konden nakomen. Dievertraging kan daarom, gelet op die inspanningsverplichting van de directeur, aan de directeur worden toegerekend. Om die reden is er in dit geval sprake van een beslissing als bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw en isklager ontvankelijk in zijn beklag.

Hetgeen in beroep is aangevoerd kan - voorzover dat is komen vast te staan - naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond wordenverklaard

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. H.B. Greven en mr. R. Weenink, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 16 december 2002

secretaris voorzitter

Naar boven